Brug naar Babylon – Rome, Oecumenisme & De Bijbel /

Bridge To Babylon – Rome, Ecumenism & The Bible A Lamp In The Dark Deel III – Transcriptie /Transcript Deel 3 van 3, transcript.

Brug naar Babylon – Rome, Oecumenisme & De Bijbel

Bridge To Babylon – Rome, Ecumenism & The Bible

A Lamp In The Dark Deel III – Transcriptie

– Deel 3 –

De Grote Revisie

Door de Middeleeuwen heen, de mannen die van de Bijbel hielden en geloofden dat dit het woord van God was, hebben eeuwenlang geworsteld om de Heilige Schrift vertaald te zien worden in de taal van het gewone volk.

In Engeland was het grote hoogtepunt van hun inspanning de publicatie van de King James Bible in 1611, maar bijna 300 jaar later zou wat bekend stond als de Authorized Version (KJV) dramatisch worden herzien door een commissie van Engelse geleerden als resultaat van de ontdekking van de codex Sinaiticus, in 1859, en daarmee ook de publicatie van de

Vaticaanse Griekse bijbel, bekend als ‘Codex Vaticanus’.

In 1870 kwam een ​​herzieningscommissie samen onder leiding van twee geleerden genaamd Brook Foss Westcott en Fenton John Anthony Hort. Deze mannen waren vastbesloten om niet alleen de Engelse woorden van de Authorized Version (KJV) te herzien, maar ook de onderliggende Griekse tekst.

In de eeuw die volgden, zouden de veranderingen die zij aanbrachten en de redenen waarom ze die aanbrachten, een van de scherpste controverses in de moderne kerk aanwakkeren.

Omdat ze de leugen voortbrengen dat het Vaticaanse-

manuscript en het Sinaï-manuscript de oudste en het beste zijn. Ze formuleerden ook de theorie dat de kerken door al die eeuwen heen een corrupte tekst als Schrift hadden en dat pas nu de zuivere tekst van de Schrift kon worden teruggevonden, voornamelijk vanwege de ontdekking van Vaticanus en de ontdekking van Sinaiticus, en natuurlijk als die twee manuscripten niet kloppen, dan is hun hele theorie verdwenen.

Deze mannen waren vind ik co-liberalen en afvalligen, en ze hadden meer te maken met het veranderen van de wereld naar de verkeerde Griekse tekst, dan welke man die vóór of na hen was.

Het werk van Westcott en Hort werd tegengewerkt door de negentiende-eeuwse Britse geleerde, Dean John W. Burgon. Nadat hij hun herziene versie van de Bijbel had bestudeerd, confronteerde hij hun veranderingen in zijn eigen werk getiteld ‘De Herziening Herzien’ ‘The Revision Revised’. Burgon schreef dat de herziening van 1881 onnauwkeurig was, en zei dat het: “Vertoont gebrekkige geleerdheid op talloze plaatsen.” Hij verklaarde openlijk dat Westcott en Hort een ‘Nieuwe Griekse Tekst’ hadden gemaakt.

Burgon schreef: “Het is de systematische verdorvenheid van het onderliggende Grieks wat mij zo ernstig beledigt. Want dit is niets anders dan een vergiftiging van de Rivier van Leven aan zijn heilige bron. Onze revisoren (met de beste en zuiverste bedoelingen, ongetwijfeld) …, staan veroordeeld omdat ze opzettelijk de woorden van inspiratie verworpen hebben op elke bladzijde, en hebben deze vervangen voor gefabriceerde lezingen die de kerk allang heeft geweigerd te erkennen, of anders, met afschuw heeft afgewezen, en die op dit moment slechts in een handjevol van documenten overleven, van het meest verdorven type.”

De theorie van Westcott en Hort was dat het grotere aantal van bijbelmanuscripten, waarvan het aantal duizenden is, op de een of andere manier corrupt waren, en dat er meer nauwkeurigere lezingen te vinden waren in slechts een paar exemplaren die zogenaamd ouder en betrouwbaarder waren.

Westcott en Hort’s bijdrage was dat ze in staat waren om academisch een theorie op te bouwen waardoor ze 95% van het manuscriptbewijs konden negeren, zodat zij het Griekse Nieuwe Testament konden creëren dat ze in 1881 gebruikten.

Als een gevolg, zou Dean John Burgon verklaren dat: “De ‘herziening’ van 1881 moet universeel worden beschouwd als – ‘van wat het zeker is’: De meest verbazingwekkende, maar ook de meest rampzalige literaire blunder van de eeuw.

Een andere geleerde, FHA Scrivener, werkte in het comité met Westcott en Hort, hij uitte veel bezwaren tegen hun theorie en hun conclusies. Uiteindelijk was hij zo verontrust door hun werk dat hij uiteindelijk zijn eigen weerwoord publiceerde, hij zei:

“Dr. Hort zijn systeem heeft helemaal geen historische fundering. We zijn gedwongen om nogmaals ‘met de grootste nadruk’ onze sterke overtuiging te geven, dat de veronderstelling waaraan hij zoveel moeizame jaren heeft gewerkt, gebrekkig is niet alleen van een historisch fundament, maar ook van alle waarschijnlijkheid.”

Westcott en Hort, die op de voorgrond treden, hebben geniepig, en in het geheim deze nieuwe Griekse tekst samengesteld die is gebaseerd op de corrupte teksten van het Vaticaan, het is gebaseerd op de corrupte teksten van Sinaiticus, en is gebaseerd op, je gaat terug naar Griesbach, ze gebruikten ook Griesbach zijn unitaire eenheids-tekst.

Johann Jakob Griesbach was een 19e-eeuwse Duitse geleerde die vaak wordt genoemd: de vader van de moderne tekstkritiek. Westcott en Hort verklaarden dat de naam van Griesbach was: “Een naam die we vereren boven die van elke andere tekstcriticus van het Nieuwe Testament.”

Scrivener schreef dat hun nieuwe tekstuele theorie was gebaseerd op het denken van Griesbach en op andere tekstcritici die alternatieve opvattingen presenteerden over de traditionele Griekse tekst.

“Het ontstaan van deze theorie is te vinden in de speculaties van Bentley en Griesbach, maar er is weinig hoop op de stabiliteit van hun groots ogende structuur, als hun fundamenten zijn gelegd op de zanderige grond van ingenieus giswerk.”

Het giswerk waar Scrivener naar verwees, had te maken met de theorie van dr. Hort die beweerde dat ergens tussen 250 en 350 na Christus de originele teksten van de Bijbel opzettelijk werden veranderd door bepaalde kerkleiders in Antiochië in het oude Syrië, dit werd zogenaamd gevolgd door een tweede herziening die later plaatsvond.

Tijdens deze herzieningen werden vermoedelijk woorden en verzen aan de Bijbel toegevoegd, wat resulteerde in de langere lezingen die te vinden zijn in de Textus Receptus of de Traditionele tekst die door de Hervormers werd gebruikt. Hort voerde aan dat codex Vaticanus en Sinaiticus over het algemeen kortere lezingen bevatte omdat ze niet waren besmet door dit zogenaamde herzieningsproces in Antiochië.

Scrivener gaf aan dat Hort’s theorie volledig denkbeeldig was: “Van deze tweevoudige gezaghebbende herziening van de Griekse tekst, is er geen enkel spoor te vinden in de geschiedenis van de Christelijke oudheid.”

Hij geeft geen referentie of citaat van wie dan ook die in die periode actief was, hij geeft alleen maar een theorie en omdat hij een theorie geeft moet dat waar zijn.

En toen zeiden ze dat toen dit gebeurde in 250 of 350 na Christus, wat een leugen is, er is geen dergelijke gebeurtenis, geen historisch bewijs. Dean Burgon zegt: ‘als dit toen zo’n grootse gebeurtenis was geweest dan zouden ze dat op papier hebben geschreven, in autobiografieën en in verslagen en historische boeken, maar er is niks over te vinden.’

Dean Burgon zei ook dat Westcott en Hort de oorspronkelijke instructies van de herziening overtraden, die vereisten dat ze zich moesten onthouden van alle behalve noodzakelijke wijzigingen. Hij zei ook dat ze in het geheim hun Nieuwe Griekse Tekst hadden geïntroduceerd om de basis te vormen voor de Nieuwe Revisie. Burgon: “Ik herleidde het onheil naar zijn ware auteurs, de doktoren Westcott en Hort hadden een kopie van hun ongepubliceerde tekst van het Nieuwe Testament (de meest kwaadaardige die er bestaat) in het vertrouwen en onder de beloften van de striktste geheimhouding in de geplaatst handen van elk lid van het Herzienings-team.”

Wat ze deden was het in de handen geven van elk van deze revisoren, hij gaf hun een andere tekst, hun eigen tekst, waar ze elf jaar lang aan hadden gewerkt, en ze zeiden: ‘nu onder geen enkele voorwaarde, en onder geen enkele omstandigheid zal iemand van jullie mannen in deze commissie, iemand vertellen dat jullie een andere Griekse tekst hebben.’ Ze hebben hem in het geheim opgedrongen.

Volgens Dean Burgon hadden Westcott en Hort hun nieuwe Griekse tekst al gemaakt en begonnen toen de commissie ervan te overtuigen om deze te accepteren. Hort zelf zou de doorslaggevende leider zijn geweest in het promoten van de historische theorie erachter.

Burgon schrijft: “De revisionisten hadden zich, in een kwaad uur, overgegeven aan dr. Hort’s begeleiding. ”

Toch blijft de vraag: waarom zou Hort zo’n onwaarschijnlijke theorie ontwikkelen? En erop staan om deze te gebruiken om de originele Griekse tekst te veranderen van het Nieuw Testament. Sommigen geloven dat het antwoord te vinden is in een brief die hij schreef als jonge geleerde.

Hij legde de verklaring af op de leeftijd van 23, in 1851. Hij schreef aan een vriend, hij zei: “Ik had geen idee tot de laatste paar weken van het belang van teksten, omdat ik zo weinig Grieks Testament had gelezen en me mee liet slepen met die gemene Textus Receptus, denk aan die verachtelijke Textus Receptus die volledig leunt op late manuscripten;” Dat is waar hij begon en hij hield daar zijn hele leven aan vast. 23 jaar oud, had niet veel Grieks Testament gelezen, en komt tot dat. Ik denk dat je kunt zien dat een vijand dit had gedaan, om een quote van Mark te gebruiken, en de gelijkenis van de tarwe en het onkruid, een vijand heeft dit gedaan.

Maar waarom hield dr. Hort zich vast aan zo’n vijandige kijk op de traditionele Griekse tekst, en was hij echt een vijand van de Bijbel? Nadat Westcott en Hort stierven, werden hun privé-brieven gepubliceerd die licht werpen op enkele van hun overtuigingen. Hort lijkt zijn eigen leerstellige opvattingen geheim te hebben gehouden toen hij met Westcott aan de nieuwe Griekse tekst werkte, uit angst dat deze zou worden afgewezen vanwege zijn ketterse opvattingen.

In een brief aan Westcott in 1861 zei Hort: “Dat ook – maar dit kan lafheid zijn – Ik heb een soort verlangen dat onze tekst op de wereld moet worden geworpen voordat we zaken behandelen die ons met argwaan kunnen bestempelen. Ik bedoel, een tekst die word uitgegeven door mannen die al bekend zijn om wat ongetwijfeld als ‘gevaarlijke ketterij’ word bestempeld, zal grote moeilijkheden hebben om zijn weg te vinden naar streken die het anders misschien, zou hopen te bereiken. Natuurlijk heb ik deze twijfel altijd al gevoeld, maar ik maakte plaats voor de behoeften van ons gezamenlijke plan.”

Het gezamenlijke plan was een serie van essays die ze wilden publiceren, waarvan dr. Hort geloofde dat dit hun on-orthodoxe opvattingen zou onthullen.

Westcott en Hort waren zeer symbolisch over een beweging in de Kerk van Engeland, die niet Protestants was in gevoel, en was niet evangelisch, het vertegenwoordigde niets van wat het betere deel van de Kerk van Engeland vertegenwoordigde.

Om de historische context van hun geschriften te begrijpen, is het belangrijk om de omgeving te kennen waarin Westcott en Hort leefden in de 19e eeuw.

Het was een tijdperk aangedreven door wat bekend stond als de Oxford-beweging. De Oxford-beweging was er hoofdzakelijk voor om de Anglicaanse Kerk indien mogelijk terug te brengen onder het gezag van Rome.

De Oxford-beweging was een 19e eeuwse manifestatie van de Jezuïeten contra-Reformatie.

In 1850 noemde historicus Thomas Carlyle dit tijdperk ‘De eeuw van Jezuïtisme’. Hij beschreef verder: “de ellendige sterveling, onder de mensen bekend als Ignatius Loyola, de stichter van de Jezuïeten-orde, toegewijd aan het ten val brengen van de Protestantse Reformatie.

Carlyle zei: “… voor mij lijkt hij historisch omschreven, ‘hij meer dan een ander’, als de gifbron waar vanuit deze rivieren van bitterheid, die nu de wereld overspoelen, stromen.”

Tijdens de Oxford-beweging werd aangenomen dat de Jezuïeten en de Rooms-katholieken de Protestantse kerken in heel Engeland hadden geïnfiltreerd.

Deze politieke cartoon uit 1850 toont paus Pius de negende samen met kardinaal Wiseman die proberen in te breken in een kerk. De Anglo-katholieken stonden bekend als ritualisten en Tractarians.

Sommige van hun leringen over de Bijbel worden beschreven in het boek ‘The Secret History of the Oxford Movement’ (De geheime geschiedenis van de Oxford-beweging), door Walter Walsh. Ze verzetten zich ferm tegen de Protestantse leer van ‘Sola Scriptura’, wat betekent: ‘Door de Schrift alleen’. Hiertegenover leerden de ritualisten: “De Bijbel is niet de basis en enige Regel van Geloof.”

Ze verklaarden verder: “Het is ook geen schending

van de eerbied die de Bijbel toekomt, om openlijk en duidelijk te verklaren dat het ‘Bijbels Christendom’ een uitvinding van de Duivel is.”

En “Onze Gezegende Heer had niet de bedoeling dat enig geschreven document de basis zou zijn van het Geloof dat Hij heeft gegrondvest.”

En misschien wel het meest significant, ze zeiden: “Als een man zijn geloof op een document is vastgemaakt, en als dat document bewezen wordt dat het gebreken bevat, weg is zijn geloof.”

Eén van de belangrijkste leden van die Oxford-beweging was John Newman, Newman was een belangrijke schrijver van de traktaten die in die tijd verschenen, in een poging om de Anglicanen geleidelijk te beïnvloeden om terug te komen onder het gezag van Rome, ze waren redelijk succesvol, ze hadden 150 mannen die terugkwamen onder het gezag van Rome.

In zijn geschriften schreef Hort vaak over John Henry Newman. Newman was een Anglicaanse predikant geweest die aanvankelijk tegen Rome predikte, maar toen geleidelijk in haar voordeel begon te prediken totdat hij zich uiteindelijk bekeerde en een Katholieke priester werd. Hort geeft verslag over Newman met zowel kritiek als bewondering.

Hij zei ooit: “Je moet me verkeerd hebben begrepen over Newman. Veel van zijn uitspraken en daden kan ik niet anders dan het sterkst veroordelen. Maar ze zijn niet Newman en ik aanbid hem bijna. Er zijn maar weinig mannen die het voorrecht hebben gehad de auteurs te zijn geweest van zulke onschatbare zegeningen voor de wereld.”

Toen hij over een andere auteur sprak, schreef Hort: “De leider is dr. Nevin, ik kan hem alleen met Newman vergelijken, en hogere lof zou moeilijk zijn om te geven. ”

Toen hij een keer aan Westcott schreef, zei hij: “De volmaakte duidelijkheid en scherpzinnigheid van Newman geeft me altijd plezier.”

Op sommige plaatsen lijkt Hort kritiek te zijn op de wending van Newman richting Rome, maar dan, in een brief aan meneer John Ellerton, in het jaar 1848, zou Hort het volgende schrijven: “De pure Roomse visie lijkt mij dichterbij, en waarschijnlijker om naar de waarheid te leiden dan die van de Evangelische.”

Hort ging zelfs zo ver dat hij gunstig sprak over de verering van Maria en het idee van Maria als mede-bemiddelaarster met Christus: “Ik ben er al vele jaren van overtuigd dat de Maria-aanbidding en Jezus-aanbidding veel gemeen hebben in hun oorzaken en resultaten. Misschien kan worden gezegd dat de hele kwestie te maken heeft met het ware idee van bemiddeling; wij veroordelen alle secundaire menselijke bemiddelaars als schadelijk voor de Ene. Maar deze laatste fout kan nauwelijks worden uitgebannen totdat Protestanten hebben afgeleerd: ‘de waanzinnige gruwel’ van het idee van het priesterschap.”

Elders bekende Hort dat hij “een getrouwe Sacerdotalist” was. Sacerdotalisme is het geloof dat een priester nodig is om op te treden als bemiddelaar tussen het volk en God.

Toch in het Nieuwe Testament verklaarde de apostel Paulus duidelijk:

1 Timothy 2:5 For there is one God, and one mediator between God and men, the man Christ Jesus;

1 Timothy 2:6 Who gave himself a ransom for all, to be testified in due time.

Geloof in Christus als de enige middelaar, in plaats van in Maria of een katholieke priester is het centrale verschil tussen het Bijbelse Protestantse geloof en de religie van Rome.

Zoals de grote theoloog William Shedd zei: Christus heeft het priesterschap afgeschaft omdat hij de grote hogepriester is en onze advocaat is bij de Vader, Jezus Christus de rechtvaardige. Dus we hebben vandaag geen priester nodig omdat Christus ons tot God brengt, hij is de grote hogepriester en hij is onze voorspraak en bemiddelaar.

En dan de valse leringen over Maria, Maria wordt een bemiddelaarster, Maria wordt nu een mede-verlosseres genoemd met Christus, en dat is weer een grote godslastering om iemand anders in de plaats te zetten van de enige middelaar tussen God en de mens, de man Christus Jezus.

Terwijl hij de voorkeur gaf aan bepaalde elementen van het Romanisme, uitte Hort zijn verzet tegen de traditionele opvattingen van Evangelische Christenen.

In een brief aan dr. Roland Williams in het jaar 1858 schreef hij dat: “De positieve leerstellingen, zelfs die van de evangelisten, lijken mij verdraaid. Ik vrees dat er tussen ons nog serieuzere verschillen bestaan op het gebied van autoriteit, met name de autoriteit van de Bijbel.”

Hort lijkt standpunten te uiten die in overeenstemming zijn met die van Newman en de Tractarians. Zowel hij als Westcott verwierpen het Evangelisch geloof dat de Bijbel het onfeilbare woord van God is.

Hort schreef ooit: “Ik herken God’s hand in bijbelgeschriften. Heel sterk herken ik het, maar ik ben niet bereid te zeggen dat het beslist als absolute onfeilbaarheid geld.”

Ondertussen in 1860 uitte Westcott zijn eigen twijfels, hij zei: “Mijn beste Hort… ook ik ‘moet zeggen dat ik onfeilbaarheid afwijs’ in het bijzijn van mijn overtuigingen. Het enige waar ik aan vasthou is dat hoe meer ik leer, hoe meer ik ervan overtuigd ben dat nieuwe twijfels voortkomen uit mijn eigen onwetendheid en dat ik momenteel de aanname belangrijker vind dan de absolute waarheid – ik verwerp het woord ‘onfeilbaarheid’, van de Heilige Schrift ten zeerste. ”

Gedurende deze periode publiceerde Charles Darwin zijn evolutietheorie die het Bijbelse verslag van de oorsprong van de mensheid uitdaagde. En trok inderdaad in twijfel de geloofwaardigheid van de Bijbel als een verslag van ware geschiedenis.

Darwin hemzelf heeft ooit op jonge leeftijd het Christendom beleden, maar op een gegeven moment keerde hij zich ertegen. In zijn geschriften zei hij: “Ik kan inderdaad nauwelijks zien hoe iemand zou willen wensen dat het Christendom waar is, want als dat zo is, lijkt de duidelijke taal van de tekst aan te tonen dat de mannen die niet geloven, en dit geldt ook voor mijn vader, broer en bijna al mijn beste vrienden voor eeuwig gestraft zullen worden en dit is een vervloekte leer.”

‘The Origin of Species’ (De Oorsprong van Soorten) geschreven door Charles Darwin werd uitgebracht in 1859, en natuurlijk is evolutie een theorie, het is zeker niet bewezen, maar toen en ik geloof dat het Hort was en hij het boek kreeg en het las, schreef hij aan zijn vriend Westcott dat hij niet kon snappen hoe Charles Darwin’s ‘Oorsprong van Soorten’ kon worden weerlegd.

Hort zei specifiek dat hij dacht dat de theorie van Darwin onweerlegbaar was. Hij verwierp ook het Genesis-verslag van de Hof van Eden.

Ondertussen in het jaar 1890 schreef Westcott: “Niemand nu, neem ik aan, beweert dat de eerste drie hoofdstukken van Genesis, bijvoorbeeld, een letterlijke geschiedenis weergeven. Ik kon nooit begrijpen hoe iemand die ze met open ogen las zou kunnen denken van wel.”

Bij het lezen van hun correspondentie wordt duidelijk wat Hort bedoelde toen hij sprak over de ‘gevaarlijke ketterijen’ waar hij en Westcott aan vasthielden, aangezien hun opvattingen sterk afweken van de orthodoxe Christelijke leer.

Ze hadden problemen op elk gebied, of het nu ecclesiologie was ‘kerk doctrine’, of het nu christologie was ‘de leerstelling van Christus’, soteriologie ‘de verlossingsleer’, ze waren volledig afvallig en ketters op al die gebieden.

Hort verwierp zelfs de leer dat Christus stierf aan het kruis als plaatsvervanger voor de zonden van de wereld: Hij zei: “De populaire leerstelling van plaatsvervanging is een immorele en materiële vervalsing, niets kan onschriftuurlijker zijn dan de beperking van Christus dat hij onze zonden en lijden draagt tot zijn dood, maar inderdaad, dat is slechts één aspect van een bijna universele ketterij.”

Maar omdat Hort zijn overtuigingen voor het publieke oog verborgen hield, kon de academische wereld zijn denkbeeldige theorie omarmen over de geschiedenis van de bijbelse tekst.

En toen ze klaar waren met de 1881, was dat niet genoeg, ze moesten het verkopen, dus Hort was het meesterbrein die een inleiding schreef op hun Griekse tekst. Wat Hort deed was informatie vervalsen, het geven van giswerk en stellingen, heel weinig bewijs, heel weinig documentatie, en verkocht deze vervuilde tekst aan de wetenschappelijke wereld, en het werkte, alle mannen behalve Burgon en een paar anderen in Engeland waren ervan overtuigd dat dit de weg was om te gaan.

Duitsland nam het op, Frankrijk, Italië, Verenigde Staten van Amerika, Canada, op onze eigen school: Dallas Theological Seminary. dr. Chafer was ook overtuigd, het ging naar Princeton en ging naar Southern Baptists in Louisville en AT Robertson, het veroverde de wetenschappelijke wereld

als een speer, maar het was niet gebaseerd op feiten maar op fictie en giswerk met sluwheid.

Dat Griekse Nieuwe Testament verwierp de ‘Ontvangen tekst’ als de basistekst van het Nieuwe Testament.

Het lijkt erop dat dr. Hort eindelijk in staat was te ondermijnen

wat hij dertig jaar eerder had genoemd ‘die vuile Textus Receptus’. Toch beweren geleerde dat de ideeën waarop Westcott en Hort vertrouwden niet met hun begonnen.

Zij hebben de tekst eigenlijk niet helemaal zelf uitgevonden, soms geven mensen de indruk dat ze als onafhankelijken werkten en ineens uit het niets produceren ze deze nieuwe tekst.

Maar als Westcott en Hort niet op het idee kwamen voor een nieuwe Griekse tekst, waar kwam die dan vandaan? De negentiende-eeuwse predikant Robert L. Dabney beargumenteerde dat evangelische critici hun kijk hadden overgenomen van het ‘gros van ongelovige rationalisten’, waarvan hij zei dat het: “gebaseerd is op de veronderstelling dat de evangelisten en de apostelen niet werden geleid door inspiratie”.

In zijn biografie over Dean John Burgon, auteur Edward Goulburn zei dat: Burgon’s grootste strijd was tegen de rationalistische benadering van het begrijpen van de Bijbel.

Hij schreef dat: “Het rationalisme houdt zich ijverig bezig met het woord van God, om te zien of het zijn zekerheid in twijfel kan trekken en twijfel kan zaaien over zijn onfeilbaarheid.

De oorspronkelijke vraag van het rationalisme, is de vraag waarmee ‘de Kwaade in persoon’ erin slaagde de loyaliteit van onze eerste moeder van haar Schepper te verdringen, was: Yea, hath God said? (Ja, heeft God gezegd?) ” Genesis 3:1 KJV

Genesis 3:1 Now the serpent was more subtil than any beast of the field which the LORD God had made. And he said unto the woman, Yea, hath God said, Ye shall not eat of every tree of the garden?

Goulburn geloofde duidelijk dat de vraag van de slang door het in twijfel trekken van God’s woord in de tuin een beeld was van de ongelovige argumenten die werden bedacht door de rationalistische critici die grip kregen in de universiteiten van Duitsland in de 18e eeuw en het begrip van de Bijbel drastisch zouden veranderen en daardoor de basis zouden leggen voor de herziening van Westcott en Hort.

Dr. Ian Paisley schreef: “Geen enkele bijbelgelovige zou misleid moeten worden door het pronken van grote namen op het gebied van bijbelwetenschap, terwijl deze mannen slechts de papegaaien zijn van de rationalisten van een andere eeuw. De zaak die ze presenteren is niet van henzelf, maar een moderne presentatie van een oude ketterij. ”

Hoewel de Bijbel van zichzelf zegt dat:

2 Timothy 3:16 All scripture is given by inspiration of God, and is profitable for doctrine, for reproof, for correction, for instruction in righteousness:

De rationalistische-beweging werd gedreven door de overtuiging dat de Bijbel niet geïnspireerd is, maar louter de uitvinding was van gewone mensen, zoals elk ander geschiedenisboek. Ze geloven dat wonderen en het bovennatuurlijke moeten worden begrepen door rationele uitleg. De aanval begon in het begin met een sceptische kijk op het boek Genesis. In de 17e eeuw wordt de Joodse Nederlandse filosoof Baruch Spinoza wordt vaak gezien als de eerste man die vraagtekens zet bij het auteurschap van Mozes. Spinoza was opgeleid door een ex-jezuïetenpriester, hij schreef een keer: “Het geloof dat Mozes de auteur was van de Pentateuch is ongegrond en irrationeel.”

Spinoza werd uit zijn synagoge geëxcommuniceerd en zijn werk zou later worden genoemd: ‘Een boek gesmeed in de hel’. Maar zijn invloed zou worden bevorderd door een Franse geneesheer genaamd Jean Astruc, die een meer systematische methode ontwikkelde om het auteurschap van Mozes te ontkennen, en die bekend zou worden als de man die begon met sceptisch kritiek op de Bijbel.

Astruc werd geboren uit een lange lijn van getrouwe martelaren die hun leven hadden neergelegd voor Christus, maar hij keerde zichzelf af van het geloof en zou een goddeloze en immorele man zijn geworden.

De predikant JM Coleman schreef dat: “Voltaire beschrijft Astruc als een ‘Vrek en losbandig, en bezeten met een duivel. Dit was de man die de basis legde voor de vernietigende kritiek op de Bijbel door zijn theorieën over Genesis.”

Astruc zijn ideeën zouden worden opgepikt door twee latere theologen genaamd Karl Heinrich Graf en Julius Wellhausen, die de theorie nog verder hadden ontwikkeld over dat Mozes het boek Genesis niet echt had geschreven.

De veronderstelling van Graf / Wellhausen kwam eigenlijk uit Duitsland, dat is het concept dat de Pentateuch was samengesteld uit de JEDP-documenten, wat staat voor Jehovah, Elohim, Deuteronomy en Priesterlijke documenten, ze werden allemaal samengebracht om de Pentateuch te vormen, en zeiden dat Mozes deze niet heeft geschreven ondanks wat onze Heer zei, waarbij hij Mozes vele malen citeerde in het Nieuwe Testament en nooit enig twijfel wierp op het feit dat de wet, ‘de Pentateuch’ door Mozes is geschreven.

Na jarenlang van lesgeven over zijn kritische theorieën, kreeg Julius Wellhausen uiteindelijk zorgen over de invloed van zijn werk op anderen. Toen hij ontslag nam van zijn hoogleraarschap in 1882 zei hij: “Ik werd een theoloog omdat de wetenschappelijke behandeling van de Bijbel mij interesseerde. Pas gaandeweg begon ik te begrijpen dat een professor in de theologie ook de praktische taak heeft om de studenten voor te bereiden op de dienst in de Protestantse kerk, in plaats daarvan, ondanks alle voorzichtigheid van mijn kant, maak ik mijn leerlingen ongeschikt voor het ambt. Sindsdien drukt mijn theologische hoogleraarschap zwaar op mijn geweten.”

Men zou kunnen zeggen dat Wellhausen zijn gekwelde geweten had kunnen vermijden als hij had geloofd wat de Bijbel zegt over God’s belofte om zijn Heilige woord te bewaren.

God heeft beloofd om zijn woord te bewaren, en God bewaart zijn woord door mensen en hij legt het op hun hart, dit is het woord van God, hij legde het op hun hart met respect tot de Canon, ze wisten dat de 2 Peter erin hoorde, maar dat Barnabas, de brief van Barnabas er niet bij hoorde, en hij legde het op hun hart met respect tot de tekst van de Schrift.

In de Bijbel schrijft de psalmist dat: (KJV 1611)

Psalm 12:6 The words of the LORD are pure words: as silver tried in a furnace of earth, purified seven times.

Psalm 12:7 Thou shalt keep them, O LORD, thou shalt preserve them from this generation for ever.

De Schrift zegt ook:

Psalm 33:11 The counsel of the LORD standeth for ever, the thoughts of his heart to all generations.

Jezus verklaarde dat het woord van God waarheid is.

John 17:17 Sanctify them through thy truth: thy word is truth.

En de Schrift zegt ons:

Psalm 117:2 For his merciful kindness is great toward us: and the truth of the LORD endureth for ever. Praise ye the LORD.

Psalm 100:5 For the LORD is good; his mercy is everlasting; and his truth endureth to all generations.

Psalm 111:7 The works of his hands are verity and judgment; all his commandments are sure.

Psalm 111:8 They stand fast for ever and ever, and are done in truth and uprightness.

In het boek Isaiah zegt God:

Isaiah 59:21 As for me, this is my covenant with them, saith the LORD; My spirit that is upon thee, and my words which I have put in thy mouth, shall not depart out of thy mouth, nor out of the mouth of thy seed, nor out of the mouth of thy seed’s seed, saith the LORD, from henceforth and for ever.

En in Isaiah lezen we dat:

Isaiah 40:8 The grass withereth, the flower fadeth: but the word of our God shall stand for ever.

In het Nieuwe Testament schreef de apostel Petrus aan de kerk en zei:

1 Peter 1:25 But the word of the Lord endureth for ever. And this is the word which by the gospel is preached unto you.

Ondertussen zei Jezus:

Matthew 24:35 Heaven and earth shall pass away, but my words shall not pass away.

De Kritische Theorie

Sinds de tijd van Westcott en Hort is de kritische versie van de Bijbel gepresenteerd als een meer nauwkeurigere weergave van de originele tekst. Maar het argument is gebaseerd op een reeks veronderstellingen die in twijfel worden getrokken door degenen die de traditionele lezingen verdedigen.

En de redenering gaat meestal als volgt, en je ziet dit overal in het kritische tekstdebat: “Nou als dit waar is, moet dit waar zijn, en als dit waar is, dan moet dat waar zijn, en als dit waar is, moet dat waar zijn, en als resultaat is de Kritische tekst superieur zonder ooit het eerste punt bewezen te hebben.

Dus wat u zegt is dat veel van waarop de Kritische tekst is gebaseerd meer een theorie is dan een historisch feit?

Het is meer theorie en suggestie, en de suggestie van vandaag wordt morgen de gevestigde orthodoxie, en deze intelligentie, het is wat ik ‘de tirannie van de expert’ noem, je stelt een vraag, en ze zeggen:

‘Iedereen en elk intelligent persoon weet dit..’

Maar hoe weten ze het?

‘Nou als je een intelligente geleerde was, zou je niet hoeven vragen…’

Dus het antwoord en de verdediging van de dingen wordt: ‘Nou, dit is wat de experts geloven, dat is waar in evolutie, dat is waar over de opwarming van de aarde, en wat dan nog meer, en elk intelligent persoon weet dit, dus we hoeven het niet uit te leggen, we hoeven het niet te verdedigen.”

De tirannie van de expert zegt: ik ben een expert, mijn vrienden zijn experts, jij bent geen expert, dus wij weten het.”

En dat is de verdediging van zoveel dingen. En ik ben gaan geloven dat de ‘tirannie van de expert’ meestal wordt aangeboden omdat mensen zelf ook weten dat er geen feiten zijn die ondersteunen van wat ze beweren, en ze trekken zich daarop terug, niet omdat ze geen tijd willen nemen om iemand te antwoorden, ze trekken zich daarop terug omdat ze weten dat er geen antwoord is.

En dit is de manier waarop veel bijbelleraren de Schrift onderwijzen. Het is door te zeggen: Oké, dit is wat het zegt, maar een betere vertaling zou zijn …., onze oudere en betere vertalingen zeggen dit…., hun hele methode van bijbelonderwijs is gebaseerd op het opdringen van Kritische tekstlezingen boven de Meerderheidstekst.

En als je erkent dat de Kritische tekst niet gebaseerd is op de oudste en beste, we hebben namelijk al lang geleden ontdekt dat Vaticanus en Sinaiticus niet de beste waren, toen begonnen mensen erachter te komen dat ze ook niet de oudste zijn, vooral bij Sinaiticus en wellicht bij Vaticanus zijn er verschillende vragen over of ze zo oud zijn als mensen willen denken dat ze zijn.

Wat betreft Vaticanus en Sinaiticus, trok de 19e-eeuwse geleerde Robert L. Dabney zowel hun oorsprong als de data aan hen toegeschreven in twijfel. In feite beweerde hij dat de analyse van beide gebaseerd was op niets meer dan giswerk en speculatie, hij zei: “De grote basis van het geheel is een bundel vermoedens. Geen van deze codex’en heeft een continue, en authentieke, bekende geschiedenis.

Deze beschuldiging klopt zeker met betrekking op de leeftijd die ze de Griekse manuscripten graag willen geven, die ze ons als ‘meest eerbiedwaardig’ aanbevelen. Het Vaticaan, de Alexandrine en nu de Sinaiticus. Het is uitdrukkelijk toegegeven dat geen van deze een uitgebreide geschiedenis heeft. Er bestaat geen extern documentair bewijs met betrekking tot de namen van de kopiisten die ze heeft vertaald, de datum of de plaats van schrijven.

Niemand weet vanwaar het Vaticaanse manuscript naar de bibliotheek van de paus kwam, of hoe lang het daar al is geweest, Tischendorf hemzelf was niet in staat om de leeftijd van zijn favoriete codex te achterhalen in het klooster van St. Catherine, alleen van externe getuigen boven de 12e eeuw. Hun vroege datum wordt hun toegeschreven door giswerk.”

Op dezelfde manier deed George Sayles Bishop, een 19e-eeuwse predikant en criticus van Westcott en Hort, in twijfel trekken, de datering van het hoofd manuscript, de codex Vaticanus, die voor het eerst werd ontdekt in de Vaticaanse bibliotheek in het jaar 1475, hoe het daar terechtkwam is onbekend.

In de zestiende eeuw werd deze Codex aan Desiderius Erasmus aanbevolen door de toenmalige bibliothecaris van het Vaticaan, die wilde bewijzen dat hij dichter bij de lezingen van de Latijnse Vulgaat lag, maar Erasmus verwierp hem omdat hij geloofde dat de Codex Vaticanus op de een of andere manier veranderd of mee geknoeid was na het Concilie van Florence in 1435. “Dit werd gesuggereerd een geheime overeenkomst te zijn geweest van die raad.”

(Een verslag van de gedrukte tekst van het Griekse Nieuwe Testament” door Samuel P. Tregelles. P22:)

Het manuscript werd eeuwenlang verborgen gehouden totdat het door Napoleon naar Parijs werd gebracht in 1809, en werd weer terug gebracht naar het Vaticaan in 1815, maar tijdens het verblijf in Parijs had een Rooms-katholieke geleerde genaamd Johann Leonhard Hug het onderzocht en publiceerde vervolgens een traktaat: “Over de oudheid van codex Vaticanus”, waarin hij het manuscript dateerde aan de vierde eeuw.

Hierover schreef George Bishop: “Professor Hug deed zijn best om te bewijzen dat het Vaticaan in het begin van de vierde eeuw werd geschreven, maar bisschop March zegt het twee eeuwen later.”

De Vaticanus wordt ook wel codex B genoemd, Bishop zei verder: “B zou ouder zijn. Welnu, het is misschien ouder, omdat het minder betrouwbaar is, minder gebruikt en dus niet versleten is. Of het is misschien niet ouder… het wordt nergens genoemd voor het jaar 1475, nog geen vijftig jaar vóór de Reformatie. Dat is een vrij jong document om van te beweren heer te zijn over 1100 documenten, waarvan er vele voor zover we weten wel duizend jaar oud zijn. ‘O, maar het is in grote hoofdletters geschreven, en het heeft onderverdelingen in alinea’s zoals documenten dat hadden in de tijd van Eusebius.’ “Ja, en wat weerhoud mannen om een manuscript te imiteren van Eusebius zijn tijd en het groots te schrijven en voor een bepaald doel?”

De Codex Vaticanus is belangrijk omdat hij het fundament vormt van de Kritische tekst. Volgens Dean Burgon ontwikkelden Westcott en Hort hun theorie op zo’n manier dat het Vaticaanse manuscript het hoofd zou worden van alle Griekse manuscripten ter wereld.

In zijn uitleg over Westcott en Hort’s theorie zei Dean Burgon het volgende: “Dus dan, uiteindelijk, aan het einde van precies 150 vermoeiende pagina’s, komt het geheim naar buiten! Het enige punt waarnaar de gerespecteerde redacteuren blijkbaar de hele tijd hebben gewerkt, het enige doel van die vele vage uiteenzettingen van hen over ‘intrinsieke en transcriptionele waarschijnlijkheid’, de enige reden van al hun vage terminologie – en van hun ongegronde theorie van ‘conflatie’ en van hun vernedering van de vaders, het geheim van dit alles komt eindelijk naar buiten! Alles wordt samengevat in de beknopte formule: Codex B!”

Burgon vervolgde met te zeggen dat de theorie van Westcott en Hort vereiste dat al het andere materiaal over de Bijbel, kopieën, vaders en versies moeten: “allemaal meedogenloos worden geofferd”, zei hij “op het altaar van Codex B.”

Met andere woorden, al het andere materiaal moet in overeenstemming zijn met de Griekse Bijbel van het Vaticaan, Codex B of de Codex Vaticanus. Volgens Burgon was dat de theorie van Westcott en Hort in een notendop.

Paleografie

Toch is de bekendheid van Vaticanus grotendeels gebaseerd op paleografische analyse. Paleografie is de studie van oude geschriften wat word gebruikt als controle en om data’s toe te wijzen aan oude manuscripten die van onbekende oorsprong zijn. Ongelooflijk genoeg werd de praktijk zelf ontwikkeld door de Rooms-katholieke kerk als onderdeel van de contra-Reformatie.

Schrijvend over de geschiedenis van de paleografie, James W. Thompson, voormalig president van de American Historical Association, schreef dat: “De drang voor het maken van een methode om de echtheid van documenten te bewijzen, kwam van doctrinele conflicten van de Reformatie en contra-Reformatie.” hij zei: “Rome was gedwongen om geschiedenis met geschiedenis te bestrijden. Sinds de Reformatie een beroep deed op de geschiedenis, werd de contra-Reformatie gedwongen hetzelfde instrument te gebruiken.”

Thompson legde uit dat de grondleggers van paleografische-analyses twee benedictijnse monniken waren, de eerste was Jean Mabillon die Latijnse paleografie ontwikkelde in de 17e eeuw. Zijn opvolger Bernard De Montfaucon zou daarna Griekse paleografie ontwikkelen in het begin van de 18e eeuw. In feite, het was het werk van Montfaucon dat werd omarmd door Constantine von Tischendorf in zijn zoektocht naar oude manuscripten.

Auteur James Bentley vertelt ons dat: “Op het gebied van Griekse manuscripten verwierf Tischendorf een werk van een andere beroemde benedictijnse monnik, Bernard De Montfaucon, die in 1708 zo goed als de studie van Griekse en Byzantijnse Paleografie creëerde.”

Was het toeval dat de Roomse Kerk een systeem ontwikkelde om Griekse manuscripten te evalueren, zodat uiteindelijk de bijbel van de paus, die ooit door Erasmus was afgewezen, zou worden verklaard tot de nummer één Griekse bijbel ter wereld, en in het proces ook zou omverwerpen, de traditionele Griekse tekst van de Protestantse Reformatie.

Het is de moeite waard om op te merken dat na het werk van Westcott en Hort te hebben bekeken, Dean John Burgon wantrouwend was over wat er werkelijk achter hun theorie zat, hij zei: “Ik openlijk beken dat voor mij de gehele acceptatie van de theorie van de twee revisoren heel erg lijkt op, wat in de taal van advocaten wordt genoemd ‘samenzwering’.”

Ondertussen waren de speculaties over de Codex Vaticanus doorgegaan tot in de moderne tijd, maar de meeste geleerden lijken zich niet bewust van het feit dat de ware oorsprong ervan nog steeds vrijwel onbekend is.

De overleden professor Neville Birdsall is hier afgebeeld naast dr. Bruce Metzger, een van de belangrijkste tekstcritici van de 20e eeuw. Birdsall werd beschouwd als een expert op het gebied van paleografie en bijbelse manuscripten, met betrekking tot de codex Vaticanus zei hij dat:

“In het kort, we kunnen niet zeker zijn van de exacte datum of de plaats van oorsprong van codex Vaticanus, noch kunnen we ondanks wetenschappelijke inspanningen de geschiedenis ervan van vóór de 15e eeuw worden achterhaald.”

Professor Birdsall’s analyse van Vaticanus in 1998 lijkt de beweringen van mannen als RL Dabney en George Sayles Bishop te bevestigen. De datering van de Codex is eerder gebaseerd op vermoedens, dan op onweerlegbare wetenschap.

Maar hoe zit het met codex Sinaiticus? Het manuscript werd ontdekt door Constantine von Tischendorf in het St. Catherine klooster, en het manuscript werd genoemd ‘de oudste bijbel ter wereld’. Maar de Griekse paleograaf Constantine Simonides voerde aan dat hij de ware auteur van de codex was en dat hij door hem was gemaakt in 1840.

Terwijl de vooraanstaande geleerden van toen Simonides beweringen verwierpen, waren er mensen die achterdochtig bleven, dit komt deels doordat Simonides twee unieke boeken presenteerde die toebehoorde als onderdeel van de codex. De brief van Barnabas, gepubliceerd in 1843, en de herder van Hermas, gepresenteerd in het jaar 1856.

Bijna identieke exemplaren van beide boeken werden gevonden als onderdeel van de Codex Sinaiticus in 1859. Hoe konden deze zeldzame boeken die onbekend waren voor de rest van de wereld, in het bezit van Simonides zijn geweest? En hoe konden overeenkomstige exemplaren jaren later in de codex van Tischendorf verschijnen als Simonides er niets mee te maken had?

In 1874, de beroemde bijbelgeleerde James Donaldson analyseerde de vergelijking tussen de werken van Simonides en degene gevonden in het Sinaiticus-manuscript. Hij begon met het uiten van zijn twijfels over het verhaal verteld door Tischendorf, die beweerde te hebben gevonden de eerste delen van de codex in st. Catherine’s klooster, in 1844.

Waar pagina’s van het manuscript zogenaamd in een prullenbak waren weggegooid en door de monniken werden gebruikt om het vuur te voeden. Tischendorf beweerde dat hij de pagina’s van een vrijwel zekere vernietiging had gered. Jaren later zou hij terugkeren naar St. Catherine’s om de rest van de Codex te ontdekken in 1859.

Bij het terugblikken op deze gebeurtenissen schreef James Donaldson het volgende, hij zei: “De gescheurde en verspreide fragmenten die in de grote mand waren geworpen om het vuur te voeden, waren tevoorschijn gekomen, ze waren allemaal verenigd en vormden nu een compleet geheel, een geheel zo compleet dat iets dergelijks niet bestaat. Niet alleen werden de andere delen van het Oude Testament gevonden, maar het enige volledige uncial manuscript van het Nieuwe Testament zat erin, en hieraan werd het volledige Grieks van de brief van Barnabas toegevoegd en bijna evenveel Grieks van de pastoor van Hermus, zoals was gegeven in de Simonides-manuscripten.”

Donaldson vervolgde met te zeggen: “Er zijn veel omstandigheden in dit verhaal die argwaan opwekken, en er zijn andere toevoegingen van een even achterdochtige aard die ik niet heb genoemd. Maar degenen die het meest bekwaam zijn om te oordelen hebben toegestaan dat het wellicht een echt oud manuscript lijkt te zijn.”

Donaldson leek bijna terughoudend om het echt te noemen, maar koos ervoor om de eenstemmigheid van anderen te volgen. Het is ook opmerkelijk dat de Simonides-affaire eindigde in 1864, en toch publiceerde Donaldson zijn vermoedens 10 jaar later.

Toch werd één aspect van Donaldsons werk aangevochten door een krant genaamd The Athenaeum, ze beweerden dat de brief van Barnabas, uitgegeven door Simonides, een vervalsing moet zijn geweest, ze schreven dat: “Simonides produceerde ter bevestiging van de echtheid en de datum van zijn uitgave van Barnabas, een krant van Smyrna, gepubliceerd in 1843, met een lange recensie van het werk, het papier en de druk van de krant zagen er ongewoon fris uit en bij navraag bij Smyrna bleek dat zo’n krant nooit had bestaan, Simonides had de moeite genomen om zijn krant te fabriceren, evenals de datum van zijn uitgave.”

Toch heette de krant in kwestie ‘De ster van het Oosten’, een later onderzoek bewees dat ‘The Athenaeum’ zich kennelijk vergiste en dat er inderdaad een krant met die naam bestond in Smyrna in de jaren 1840.

Hier is een kopie van het artikel afgebeeld met een recensie van Simonides zijn brief van Barnabas uit 1843.

Hoewel Donaldson bereid was om het officiële verhaal te aanvaarden, twijfelde hij nog steeds aan de datering van codex Sinaiticus, in het bijzonder het type Grieks dat ze gebruikte bij de herder van Hermas, hij zei: “Het Grieks is niet het Grieks van de ‘ten minste’ eerste vijf eeuwen van het Christelijke tijdperk.”

Als Donaldson gelijk had, zou dat de datering van de codex Sinaiticus volledig uit de vierde eeuw kunnen drukken.

Terwijl Westcott en Hort ‘Sinaiticus’ zonder twijfel omhelsde, waren er mensen die het verhaal van Simonides bleven onderzoeken tot in de 20e eeuw. In 1907 publiceerde James A. Farrer zijn boek over ‘Literaire Vervalsingen’ ‘Literary Forgeries’, waarin hij de controverse in detail onderzocht.

Hoewel hij erkende dat het indirecte bewijs ten gunste van Simonides betekenisvol was, geloofde hij uiteindelijk dat de zaak nooit volledig was opgelost, hij zei: “Het is te betreuren dat deze zaak nooit opgehelderd is op het moment dat de claim werd gemaakt.

Aan de kant van Simonides staat zijn onbegrensde vaardigheid in kalligrafie; de brutaliteit van zo’n bewering is volkomen ongegrond,… de opmerkelijke aanwezigheid in de Codex van een deel van de herder van Hermas, waarvan Simonides de eerste geleerde was die het ooit in het Grieks had gezien.

Het feit dat geen enkele bezoeker van het klooster op de berg Sinaï vóór 1844 ooit een dergelijk werk had gezien of gehoord dat toebehoorde aan de monniken, en het zeer buitengewone verhaal wat Tischendorf vertelde over zijn ontdekking en verwerving van de codex. De vraag moet daarom, in afwachting van het verkrijgen van verder bewijs, onder een van de meest interessante maar onopgeloste mysteries van de literatuur.”

Dr. Phil Stringer: “Ik kan gemakkelijk geloven dat Tischendorf en anderen geen grondige studie hebben gedaan om erachter te komen waar dit vandaan kwam, omdat ze op zoek waren naar iets waarvan ze dachten dat het oud was, iets dat paste bij hun overtuigingen, en in Sinaiticus vonden ze iets dat voor hen de grootste Bijbelse ontdekking was die ooit is gedaan, en ze vonden iets waarvan ze wilden dat het zo was, en het wordt heel gemakkelijk om iets te geloven als jij zo graag wil dat het datgene is.

Toch valt niet te ontkennen dat de meeste geleerden vandaag geloven dat Vaticanus en Sinaiticus beide echte oude manuscripten zijn. Maar als ze de oudste zijn, betekent dit dat ze de meest betrouwbare zijn, zoals beweerd door Westcott en Hort? De kwestie wordt belangrijk als men bedenkt dat de theorie van Westcott en Hort zou worden gebruikt om te produceren de onderliggende Griekse tekst voor de overgrote meerderheid van alle nieuwe bijbels in de 20e eeuw.

De theorie van Westcott en Hort is gebaseerd op de voorbedachte overtuiging dat onze nieuwtestamentische tekst gebaseerd moet zijn op codex Vaticanus en codex Sinaiticus. Het verschilt duidelijk van de Ontvangen tekst en daarom moeten we nu een theorie ontwikkelen die op maat gemaakt zal worden voor deze nieuwe tekst die we hebben geadopteerd. Als deze tekst korter is, en hij is korter, hij is korter in bijna 2900 woorden, hij bevat ongeveer 2900 minder woorden.

De reden voor minder woorden is omdat er kortere lezingen zijn in zowel Vaticanus als Sinaiticus. Westcott en Hort hun theorie was dat de kortere lezingen nauwkeuriger de oorspronkelijke Schrift vertegenwoordigden en dat de langere lezingen opzettelijk werden gemaakt door redacteuren die veel woorden en passages aan de Bijbel toevoegden. Dit zou gedaan zijn tijdens de vermeende herziening die plaatsvond tussen 250 en 350 na Christus…, toen deze redacteuren eenmaal de langere versie van de tekst hadden gemaakt, werd deze vervolgens duizenden keren gedupliceerd, wat de reden is waarom de meerderheid van de Griekse manuscripten de vollere lezingen bevatten… Het was dit verrassende aspect van de Westcott en Hort-theorie dat werd weerlegd door dr. Scrivener omdat dit helemaal geen historische basis heeft.

Er is hier geen één spoor van te vinden in de geschiedenis, dit is gewoon iets dat Westcott en Hort hebben verzonnen. Ondanks hun gebrek aan bewijs, beweerden Westcott en Hort dat delen van het Nieuwe Testament, zoals de laatste 12 verzen van Marcus (Mark 16: 9-20), het verhaal van de vrouw in overspel betrapt (John 7: 53-8: 11), het verhaal van de engel die de wateren in beroering bracht bij de poel van Bethesda (John 5:4), en het verslag van Christus die bad voor degenen die hem kruisigden (Luke 23:34), deze en vele andere lezingen maakten zogenaamd geen deel uit van de originele tekst.

Dean John Burgon argumenteerde tegen deze beweringen en toonde aan hoe Westcott en Hort een meerderheid van het Bijbelse bewijs verwierpen ten gunste van hun eigen onbewezen theorie. Hij gaf als voorbeeld het getuigenis van Christus aan het kruis, uit Luke 23 vers 34, hij zei: “Deze twaalf kostbare woorden – (Toen zei Jezus: Vader, vergeef hun; want zij weten niet wat zij doen). De doktoren Westcott en Hort waren ervan overtuigd dat de woorden vals zijn. En toch worden deze woorden gevonden in elke bekende uncial en in elke bekende cursieve Kopie, behalve vier, en bovendien gevonden in elke oude versie. Het is zo dat de bemiddeling van onze Heer voor Zijn moordenaars wordt bevestigd door meer dan 40 Patristische getuigen uit alle delen van het oude Christendom. Hoe konden onze revisoren twijfels durven zaaien in wankelende harten en ongeleerde hoofden, waar (zoals hier) zij zeker moesten weten dat er helemaal geen enkele twijfel bestaat?”

Terwijl Westcott en Hort theoretiseerden dat dergelijke verschillen in de tekst het resultaat waren van opzettelijke veranderingen die door de vroege kerk waren aangebracht, argumeerde hun tegenstanders dat er een veel meer historische verklaring was, een die teruggaat tot de apostelen in de eerste eeuw.

Corruptie gaat terug naar het allereerste begin, Paulus waarschuwt voor corruptie voordat de Canon van het Nieuwe Testament voltooid is.

In zijn brief aan de Corinthians (Korinthe) schreef de apostel Paulus:

2 Corinthians 2:17 For we are not as many, which corrupt the word of God: but as of sincerity, but as of God, in the sight of God speak we in Christ.

Hierom argumenteren verdedigers van de traditionele Griekse tekst dat de vroegste manuscripten niet noodzakelijk de meest nauwkeurige zijn.

Dr. Phil Stringer: Ik ben 40 jaar in de ministry geweest. Ik heb de eerste 10 jaar van mijn leven als voorstander van de kritische tekst doorgebracht. Ik was er geen voorstander van omdat ik de kwestie nauwkeurig had bestudeerd, maar vrijwel elk boek dat ik las was voorstander van de Kritische tekst. In Bible College heb ik de kwestie nooit op de een of andere manier besproken horen worden, maar na ongeveer 10 jaar van ministry en af en toe verklaringen af te leggen die voor de Kritische tekst zouden zijn, daagde een bepaald persoon mij vriendelijk en persoonlijk uit, ik zou niet hebben geluisterd als hij was ruw tegen me had gedaan, maar hij daagde me vriendelijk en privé uit om de situatie te bestuderen, stelde me vragen als: ‘hoe weet je of de oudste tekst het beste is? En dat dreef me ertoe om een jaar van mijn leven te besteden om dit te bestuderen, om er grip op te krijgen, ik werd gaandeweg vooral geholpen door Wilbur Pickering’s boek ‘De identiteit van de Nieuwe testamentische tekst’ ‘The identity of the New Testament tekst’ om de kwestie te begrijpen. En als jij een corrupte tekst had gevonden die net na het boek Romeinen was geschreven, de dag nadat God het boek Romeinen had geïnspireerd, en we weten dat er direct corrupte teksten werden geproduceerd op basis van uitspraken van de vroege kerkleiders, als jij één van die teksten vond vandaag de dag, zou het de oudste tekst zijn die iemand had, en het zou corrupt zijn.

In de 2 Thessalonians gaf Paulus nog een waarschuwing, zeggende:

2 Thessalonians 2:1 Now we beseech you, brethren, by the coming of our Lord Jesus Christ, and by our gathering together unto him,

2 Thessalonians 2:2 That ye be not soon shaken in mind, or be troubled, neither by spirit, nor by word, nor by letter as from us, as that the day of Christ is at hand.

De Pulpit Commentary beschrijft de vermelding van ‘een brief’ in de waarschuwing van Paulus als: “Een brief die, of vervalst is in de naam van de apostel, of hij beweert zijn boodschap over te brengen.”

Ondertussen, de 18e-eeuwse geleerde John Gill zei dat Paulus waarschuwde voor degenen die waarschijnlijk: “een brief vervalsen en hun handschrift namaakte, want zulke praktijken begonnen al heel vroeg gebruikt te worden, er werden valse brieven van de apostel Paulus rondgedragen.”

FHA Scrivener weerlegde ook het idee dat eerdere manuscripten noodzakelijkerwijs betrouwbaarder zouden zijn. Hij zei: “De ergste corrupties waaraan het Nieuwe Testament ooit is onderworpen, zijn ontstaan binnen honderd jaar nadat het was geschreven.”

In zijn boek over: ‘De identiteit van de Nieuwtestamentische tekst’ ‘The identity of the New Testament text’ dr. Wilbur Pickering schreef dat: “Gaius, een orthodoxe kerkvader die schreef tussen 175 en 200 na Christus noemt Asclepiades, Theodotus, Hermophilus en Apollonides als ketters die corrupte kopieën van de Schrift maakten en die discipelen hadden die kopieën van hun verzinsels maakten.”

Ook in de tweede eeuw was er een vroege kerkvader Irenaeus van Lyon, die waarschuwde voor de corruptie’s van de Gnostics die als ketters werden beschouwd. In zijn boek: ‘Tegen Ketterijen’ ‘Against Heresies’, schreef hij dat: “Marcion en zijn volgelingen hebben zich ertoe gezet de Schrift te verminken en sommige boeken helemaal niet erkend, en hebben verkort het evangelie volgens Luke (Lukas) en de brieven van Paul (Paulus), die zij zelfstandig hebben ingekort. (Irenaeus, ‘Against Heresies’, ca. 180 n.Chr.)

Verdedigers van de Traditionele tekst geloven dat deze Gnostische invloed hoogstwaarschijnlijk achter de kortere lezingen zit die worden gevonden in Vaticanus en Sinaiticus.

Ze hebben in totaal 2886 Griekse woorden geschrapt, gewoon laten vallen, gewoon verwijderd vanwege de invloed van de Alexandrijnse Egyptische Gnostics die de tekst wilden veranderen voor doctrinaire doeleinden. Dat zijn veel verzen en veel woorden die uit het Nieuw Testament zijn gehaald.

Dat is zoveel als we hebben in 1 en 2 Peter, dus we hebben 1 en 2 Peter uit de moderne tekst gehaald.

Maar als een tekstvolume gelijk aan de 1 en 2 Peter werd verwijderd uit de herziening van Westcott en Hort, wat zijn enkele van de weglatingen en waarom zijn ze significant?

Als je woorden weglaat, als het kernwoorden zijn, worden doctrines ook geschrapt en veranderd, dat is precies wat er is gebeurd.

Dean John Burgon schreef, dat het: “Belangrijkste doel van ketterse vervalsers is om te ontkennen dat Jezus Christus gelijk is aan God in de Godheid.”

Ondertussen argumenteerde George Sayles Bishop dat de herziening van Westcott en Hort: “verzwakt en verwijdert de Godheid van Christus op veel plaatsen.”

Een van de meest voor de hand liggende weglatingen van hun tekst is te zien in Ephesians hoofdstuk 3, in de King James Bible lezen we:

Ephesians 3:9 And to make all men see what is the fellowship of the mystery, which from the beginning of the world hath been hid in God, who created all things by Jesus Christ:

Maar in de tekst van Westcott en Hort worden de woorden “door Jezus Christus” verwijderd. Het is een verwijdering die ook in de meeste moderne bijbels wordt aangetroffen. (NBV, BGT, Het Boek, NBG51 enz.. ) Een andere controversiële lezing is te vinden in 1 Timothy 3:16, in de King James Bijbel lezen we:

1 Timothy 3:16 And without controversy great is the mystery of godliness: God was manifest in the flesh, justified in the Spirit, seen of angels, preached unto the Gentiles, believed on in the world, received up into glory.

Maar de herziening van Westcott en Hort verandert het woord ‘God’, en leest: “He who was manifested in the flesh”

Als resultaat hiervan plaatsen de meeste moderne bijbels het woord ‘Hij‘ in de plaats van ‘God‘.

Dr. DA Waite: “‘Great is the mystery of godliness: God was manifest in the flesh’, Gnostics geloofden niet dat hij God was, hoe kon hij worden gezien in het vlees? Dus halen ze ‘Theos’ eruit, en gebruiken ‘hos’ of ‘ho’, betekend: ‘wie’ of ‘welke’. Terwijl er meer dan 300 keer in het manuscripten-bewijs het woord Theos / God, er wel staat. En nog geen dertien keer staat er ‘hos’ of ‘ho’. Wat is driehonderd tegenover dertien? Maar vanwege hun verdraaide en kromme manuscripten-bewijs gooien ze het bewijs weg dat er is.”

Misschien wel het meest misleidende aspect van de gnostische leer is dat het gebaseerd is op de tekst van de Bijbel en dat het op dramatische wijze de betekenis van woorden verandert, en daarmee de Bijbel aanpast naar hun eigen mystieke systeem. Het woord Gnostic komt van het Griekse woord gnosis wat ‘kennis’ betekent.

Toen de apostel Paulus, Timótheüs waarschuwde voor oppositions of science falsely so called:’ het Griekse woord dat hij voor wetenschap gebruikte, was ‘gnosis’. Als gevolg hiervan geloven sommigen dat Paulus waarschuwde voor de vroege gnostische misleidingen.

1 Timothy 6:20 O Timothy, keep that which is committed to thy trust, avoiding profane and vain babblings, and oppositions of science falsely so called:

Paulus waarschuwde ook de kerk in Korinthe door te zeggen:

2 Corinthians 11:3 But I fear, lest by any means, as the serpent beguiled Eve through his subtilty, so your minds should be corrupted from the simplicity that is in Christ.

2 Corinthians 11:4 For if he that cometh preacheth another Jesus, whom we have not preached, or if ye receive another spirit, which ye have not received, or another gospel, which ye have not accepted, ye might well bear with him.

Vroege kerkvaders zoals Irenaeus geloven dat de Gnostics een totaal andere versie predikten van wie Jezus was.

Veel Gnostics hielden vast aan een eigenaardige doctrine die bekend staat als Adoptionisme ‘Adoptionism’. De term Adoptionism is eigenlijk het idee dat God Jezus had geadopteerd, hij nam in unie voor een paar jaar de Christusgeest, maar het is ketterij.

Filmacteur die een Gnostic speelt:

“Wij weten dingen die de apostelen niet wisten, het werd hen niet gegeven, wij hebben de geheime kennis, wij kunnen deze kennis aan jullie doorgeven.”

De Gnostics geloofden over het algemeen dat Jezus maar een gewone man was, maar dat hij hemzelf niet de Christus was. De ‘Christus-geest’, ook wel het ‘Christus-principe’ genoemd, ontving hij pas nadat hij door Johannes de Doper was gedoopt.

Filmacteur die een Gnostics speelt:

‘De apostelen hebben je verteld dat Jezus is de Christus, maar zij hadden maar een deel van het verhaal.’

Voor de Gnostics was de Christus-geest gescheiden van Jezus hemzelf. De Gnostische ketters geloofden in een geestelijke christologie, de Gnostics geloofden niet dat Jezus Christus één persoon was, en wanneer de nieuwe versies deze Gnostische manuscripten gebruiken, om Jezus te scheiden van Christus, zoals in een van de verzen waar ik naar verwees in 1 John, dat splitst de persoon van de Heer Jezus Christus in tweeën, en wat ze geloofden, wat de Gnostics geloofden, dat is waarom ze deze teksten veranderden, daarom splitsten ze Christus en Jezus.

De Gnostics geloofden dat Jezus een gewoon mens was zoals jij en ik, en hij had zonden en moest worden gered, dat hij verloren is, Jozef was zijn vader, God was niet zijn vader, geen wonderbaarlijke maagdelijke geboorte, en hij maar één persoon is. Het Christus-principe kwam over Jezus ‘volgens de gnostische theorieën’ bij zijn doop, en verliet hem bij calvarie. Jezus Christus is dus niet één persoon voor de Gnostics.

En dit is de ketterij die wordt gegeven en waarvoor wordt gewaarschuwd aan het einde van onze Bijbel en toch zijn er ongeveer 80 plaatsen waar Jezus wordt weggelaten of op de een of andere manier wordt gescheiden van Christus of van een verklaring van Godheid in de moderne Kritische tekst, en het gaat terug naar deze twee oude manuscripten die deze ketterij weerspiegelen.

Een voorbeeld van waar dr. Moorman naar verwijst wordt gezegd gevonden te worden in 1 John hoofdstuk 4, uit de King James Bible lezen we:

1 John 4:3 And every spirit that confesseth not that Jesus Christ is come in the flesh is not of God: and this is that spirit of antichrist, whereof ye have heard that it should come; and even now already is it in the world.

Maar in de Westcott en Hort tekst leest het vers: “And every spirit which confesseth not ….. Jesus …… is not of God: and this is the spirit of antichrist, …

Het woord Christus is verwijderd. Dit is ook zo in bijna elke moderne bijbel. Ze splitsen de eenheid op van de persoon van de Heer Jezus Christus, die in het vlees is gekomen, zijn vleeswording, de Gnostics geloofden niet dat Jezus Christus in het vlees was gekomen.

Aan het einde van uw King James Bible, beginnend in 1 John hoofdstuk 2 vers 22, staat: ‘Who is a liar but he that denieth that Jesus is the Christ?’ En er zijn vijf soortgelijke waarschuwingen aan het einde van uw King James Bible, en ik had deze vele jaren gelezen maar kon niet begrijpen waarom de nadruk hierop was. Dus er lijkt een tweedeling te zijn tussen Jezus en Christus, en toen begonnen we ons te realiseren dat vaak in de moderne bijbels Jezus en Christus gescheiden zijn.

1 John 2:22 Who is a liar but he that denieth that Jesus is the Christ? He is antichrist, that denieth the Father and the Son.

Van de vele voorbeelden wordt er nog een gevonden in Matthew (Matthéüs) hoofdstuk 16 in vers 20, waar in een King James Bible staat:

Matthew 16:20 Then charged he his disciples that they should tell no man that he was Jesus the Christ.

Maar in de Westcott en Hort tekst staat: “Then charged he his disciples that they should tell no man that he was …?… the Christ.”

De naam van Jezus is weggelaten.

Dan in Acts (Handelingen) hoofdstuk 16 vers 31, toen Paulus en Silas getuigden aan de Filippijnse gevangenbewaarder, in de King James Bible zeggen ze:

Acts 16:31 And they said, Believe on the Lord Jesus Christ, and thou shalt be saved, and thy house.

Maar in de Westcott en Hort tekst staat:

Acts 16:31 And they said, Believe on the Lord Jesus …?… , and thou shalt be saved, and thy house.

Het woord Christus is verwijderd.

Ondertussen in Matthew (Matthéüs) hoofdstuk 8, wanneer Jezus een demonische confronteert, schreeuwen de demonen het uit. In de King James Bible lezen we:

Matthew 8:29 And, behold, they cried out, saying, What have we to do with thee, Jesus, thou Son of God? art thou come hither to torment us before the time?

Maar in de Westcott en Hort tekst staat:

And, behold, they cried out, saying, What have we to do with thee, …?… thou Son of God?

De naam Jezus is verwijderd.

Dit zijn slechts enkele voorbeelden van wijzigingen die zijn aangebracht door Westcott en Hort. In zijn boek over ‘Early Manuscripts, Church Fathers and the Authorized Version’ dr. Jack Moorman documenteerde 86 voorbeelden waar moderne versies van de Bijbel de naam Jezus loskoppelen van andere titels en Goddelijke daden.

Waar de Authorized Version (KJV) de volledige titel ‘Jezus Christus’ zou hebben, is het dan ‘Jezus’ alleen of ‘Christus’ alleen.

Dr. Moorman gelooft dat de aard van deze veranderingen wijst op de waarschuwingen die werden gegeven door vroege kerkvaders over de corrupties van de Gnostics en hun doctrine redenen om de bijbelse tekst te wijzigen.

De passage in John (Johannes) hoofdstuk 1 vers 18 waar staat:

John 1:18 No man hath seen God at any time; the only begotten Son, which is in the bosom of the Father, he hath declared him.

Het is opmerkelijk dat deze twee manuscripten de ketterij van Adoptionisme laten zien op wel 80 plaatsen, de scheiding tussen Jezus en de bevestiging van Godheid, en ze zeggen ook in dat gedeelte in plaats van: ’the only begotten Son’, verwijzen zij naar Christus als ’the only begotten God’, en dat is Gnosticisme. (Nederlands Bijbelgenootschap, Vlaams Bijbelgenootschap, Royal Jongbloed Heerenveen enz..)

Dr. Thomas Holland schreef dat: “De Gnostics dachten dat Christus een verwekte god was geschapen door God de Vader die ze de on-verwekte God noemden.

Dean John Burgon geloofde dat de tekst van John 1:18 was verdraaid door een vroege gnostische groep die bekend staat als de Valentinian’s.

FHA Scrivener trok ook de lezing in twijfel en zei: “De ketter, Arius houdt ook vast aan ‘God only begotten’, welke omstandigheid ons niet helpt te verzoenen met een term waar eerbiedige gedachte instinctief voor terugdeinzen.”

Arius was een bekende ketter uit de 4e eeuw die geloofde dat Jezus als de Zoon van God geen gelijke goddelijkheid deelde met God, maar een schepsel was dat geschapen was door God de Vader.

Toch geloofde Arius dat het goed was om Jezus te aanbidden, omdat gelovige een schepsel zouden aanbidden in plaats van de Schepper hemzelf, iets wat duidelijk verboden is in Romans hoofdstuk 1 vers 25.

Daarom werd het Arianisme veroordeeld als ketterij en gezien als een vorm van afgoderij. De frase ‘only begotten God’ is nergens anders bekend in de Bijbel, in tegenstelling daarmee gebruikte de apostel Johannes (John) de term: ’the only begotten Son’ vier keer in zijn geschriften. Het lijkt erop dat hij verwees naar Psalm hoofdstuk 2 en vers 7, waar staat:

Psalm 2:7 I will declare the decree: the LORD hath said unto me, Thou art my Son; this day have I begotten thee.

Dr. Thomas Holland argumenteerde dat Arius samen met andere bekende ketters besmet waren met het gnosticisme en citeerde daarom John 1:18 als ‘only begotten God’. Hij zei: “Aan de andere kant vinden we veel van de orthodoxe vaders die zich verzette tegen het gnosticisme en quoten John 1:18 als ‘only begotten Son’.

Het is ook waard om te melden dat de Nieuwe-Wereldvertaling die door Jehovah Getuigen wordt gebruikt de uitdrukking ‘De eniggeboren god’ gebruikt met een kleine ‘g’, wat zoals dr. Holland erop wijst is in overeenstemming met hun leerstelling dat Christus een geschapen god is. Hun versie van John hoofdstuk 1 luidt: “In het begin was het Woord … en het Woord was een god.”

Hippolytus, een vroege kerkvader beschrijft bepaalde Gnostics, de Naassenes genaamd, die beweerden geheime wijsheid te ontvangen van de slang die ‘hun aanbood wat hij Eve in Genesis aanbood, de kans om een god te zijn’.

Van gnosticisme wordt gezegd dat het de vermenging is van heidense filosofieën met verschillende Christelijke leringen. Velen geloven dat de invloed ervan vandaag de dag in de wereld voortduurt, en kan worden gevonden in een verscheidenheid aan groepen, waaronder de Vrijmetselaars, de Rozenkruisers en de hele New Age-beweging die dezelfde doctrine leert van de oude ketters, dat de mens niet gered hoeft te worden door God, maar alleen zijn eigen god hoeft te worden.

Filmacteur die een gnosticus speelt:

“Om zelf te weten wat de waarheid is, moet je in jezelf kijken.”

Zoals eerder aangetoond, Irenaeus waarschuwde voor de gnostische corrupties van de bijbelse tekst, hij zei: ‘Zij doen geweld aan de goede woorden van de Schrift door ze aan te passen aan hun goddeloze verzinsels.’

Zeker, het gnosticisme breekt elke fundamentele leer af van het Christelijk geloof, de Godheid van Christus is weg, je hebt Christus niet nodig, Christus is niet de Verlosser, niet gekomen om te zoeken en te redden dat wat verloren is, daarom is Matthew 18:11 volledig geëlimineerd in de nieuwe bijbels.

Er staat: Matthew 18:11 For the Son of man is come to save that which was lost.

De Gnostics geloofden niet dat de “Son of man” kwam om iemand te redden, hij kwam voor niemand, hij was gewoon een man, dus ze verwijderen het, Gnosticisme neemt de persoon van Christus weg, en het is antichrist, daar is geen twijfel over mogelijk, antichrist. Iedereen die zegt dat iedereen gered is, iedereen die zegt dat de duivel hemzelf gered is, dat is de gnostische leer, dat is antichrist, het is een evangelie dat verkondigd zal worden, het is een evangelie dat vandaag door de modernistische liberalen wordt verkondigd, alle mensen zijn gered, universele redding, universeel vaderschap van God, broederschap van de mens, dit is gnosticisme en het is antichrist en het zit in de nieuwe bijbelversies, omdat zij niet de juiste Griekse basistekst in het Nieuwe Testament hebben.

Nestle, Aland & Metzger

(Heilige Bijbel, Herziene Versie) (Holy Bible, Revised Version)

Dit is een authentieke kopie van de ‘English Revised Version’ die door onze familie is vertaald, het is een vertaling van de Westcott Hort Griekse tekst, het was een nieuwe Griekse tekst die ze vervolgens vertaalde in deze versie genaamd; ‘The English Revised Version’.

Het Nieuwe Testament werd eerst vertaald toen ze geleidelijk de nieuwe Griekse tekst naar het comité van de zuidelijke provincie van de Anglicaanse Kerk brachten, en daarna vertaalde ze het Oude Testament. Het Oude Testament werd in 1885 voltooid en daarom werd deze versie gedrukt. Het is fascinerend omdat dit niet is wat ze beweren dat het is, ze beweerden dat het de versie is die werd uiteengezet in het jaar 1611, dat is het niet, het is een geheel nieuwe vertaling gebaseerd op de nieuwe Griekse tekst gemaakt door Westcott en Hort.

Dean John Burgon lijkt de eerste te zijn geweest die opmerkte dat de revisoren van 1881 een nieuwe Griekse tekst creëerden, maar het proces van het herzien van die tekst was nog maar het begin. In 1898, een Duitse tekstcriticus genaamd Eberhard Nestle publiceerde de eerste editie van een Grieks Nieuw Testament genaamd ‘Novum Testamentum Graece’.

Nestle combineerde het werk van Westcott en Hort met dat van Constantine von Tischendorf en voegde er het werk van de beroemde geleerde Richard Weymouth aan toe, die auteur was van het Weymouth Nieuwe Testament.

Na 1901 verving hij het werk van Weymouth door dat van Bernhard Weiss. De Nestlé-tekst werd later gepubliceerd door de British and Foreign Bible Society in 1904, zij adopteerden het nieuw ontwikkelde Grieks om de Textus Receptus te vervangen.

De Nestlé-tekst zou 13 edities ondergaan tussen 1904 en 1927, daarna in de 1950’s een andere geleerde genaamd Kurt Aland begon de tekst te herzien, in 1963 werd de 25e editie gepubliceerd met de naam Nestle-Aland op de omslag.

Maar net als Westcott en Hort voor hem, had Kurt Aland controversiële ideeën over het Nieuwe Testament. Kurt Aland suggereerde in twee boeken die hij had geschreven dat er een grotere kans zou zijn op kerkelijke eenheid als we wellicht zouden schrappen 2 Peter (Petrus), Hebrews (Hebreeën) en Revelation (Openbaring) uit de canon. Hij heeft twee boeken die dit aangeven.

Aland’s opvattingen over het Nieuwe Testament waren gedeeltelijk gebaseerd op zijn geloof dat de apostelen niet werkelijk de evangeliën en brieven hadden geschreven die hun namen dragen; hij zei dat: “De autoriteit van het Nieuwe Testament had als veronderstelling het feit dat haar apostelen en ooggetuigen aan het woord waren. Zodra kritische wetenschap bewees dat dit of dat Nieuw-testamentische geschrift niet door een apostel kon zijn geschreven, stortte het gezag van de auteur daarmee ook ineen, en met het gezag van de auteur stortte het gezag van het Nieuwtestamentische Geschriften ineen, en met het gezag van het Nieuwe Testament Geschrift stortte ineen het gezag van de Kerk.”

Kurt Aland leek het effect te beschrijven van moderne tekstkritiek op de hele westerse wereld die zich systematisch afkeerde van het Christendom als gevolg van zoveel twijfels die waren gemaakt over de Bijbel.

Wat Aland hemzelf betreft ging hij zelfs zo ver dat hij zich afvroeg of Jezus wel of niet een echt persoon was: “Als de epistles (brieven) echt zijn geschreven door de apostelen wiens namen ze dragen, en door mensen die het dichtst bij Jezus stonden, dan rijst de echte vraag, was er echt een Jezus? Kan Jezus echt hebben geleefd als de geschriften van zijn naaste metgezellen zijn gevuld met zo weinig van zijn realiteit, zo weinig van de realiteit van de historische Jezus. Als we dit bekijken, en ervan uitgaan dat de geschriften waarover we spreken echt afkomstig zijn van hun vermeende auteurs – dan lijkt het bijna alsof Jezus slechts een verschijning was en dat de echte theologische kracht niet bij hem lag, maar bij de apostelen en bij de aardse kerk.”

De overleden dr. Henry Morris, de man die bekend staat als de grondlegger van de moderne scheppingswetenschap beweging, schreef ooit dat zowel Nestlé als Aland Duitse theologische sceptici waren, maar deze mannen waren twee van de belangrijkste toezichthouders van het Griekse Nieuwe Testament in de 20e eeuw.

En dat is één van de feiten van tekstkritiek, de grote dragers en vormgevers van de Kritische tekst waren vanaf het allereerste begin theologische liberalen.

Oecumenische dialoog was een belangrijk doel voor Kurt Aland en zijn benadering van de Bijbel, een ideologie die hem uiteindelijk naar Rome zou leiden.

In de voetsporen van mannen als Philip Schaff en Constantine von Tischendorf, bracht Kurt Aland meerdere bezoeken aan het Vaticaans en ontmoette met paus Paulus de zesde en later met paus Johannes Paulus de tweede.

De banden met Rome en de Kritische tekst waren er vanaf het begin, zowel Westcott als Hort verdedigden de romaanse ideeën, en zelfs Samuel P. Tregelles een vooraanstaande geleerde die een sleutelrol speelde bij het verdedigen van de manuscripten die door de Herzieningscomité werden gebruikt, was van tevoren naar het Vaticaan gestuurd met aanbevelingsbrieven van kardinaal Wiseman om de Codex Vaticanus te bestuderen.

Het was kardinaal Wiseman die jaren eerder de Oxford-beweging had gelanceerd om Engeland terug te brengen naar Rome.

Kurt Aland werkte ook samen met een andere oecumenische geleerde, die een van de belangrijkste tekstcritici van de 20e eeuw was, dr. Bruce Manning Metzger.

Kurt Aland werkte ook samen met een andere oecumenische geleerde, die een van de belangrijkste tekstcritici van de 20e eeuw was, dr. Bruce Manning Metzger.

Bruce Metzger, sommige mensen zeggen dat hij een conservatief was, in feite dat hij degene was die Griffith Thomas lezingen gaf op mijn seminarie, Dallas Theological Seminary, een aantal jaren geleden. Ik schreef naar het toenmalige schoolhoofd dr. Donald Campbell, met wie ik naar school ging, hij zat één schooljaar hoger als mij in Dallas, ik zei: ‘Donald, deze man, waarom heb je die man daar in je seminarie laten spreken die een liberale modernist is?

Hij zei: ‘Oh hij is in orde, hij is dit en hij is dat’. Bruce Metzger is ook zoals je weet de redacteur van de ‘Reader’s Digest Bible’ wat de Schrift bekritiseerd, verdraaid, verkort en weglaat, hij zei: Petrus heeft Petrus niet geschreven en Johannes heeft Revelation (Openbaring) niet geschreven, en al deze boeken waren volledig hoger kritisch.

Bruce Metzger is redacteur van een aantal prestigieuze boeken die afschuwelijk zijn en vol liberalisme, en hij brengt de Bijbel terug tot niets anders dan mythologie.

Metzger zijn beroemdste leerling is Bart Ehrman, de bestsellerauteur wiens boeken erop gericht zijn om anderen te leren dat de Bijbel niet echt het woord van God is. Het is interessant om op te merken dat Ehrman beweert dat hij begon als een Evangelische Christen, maar sommigen geloven dat wanneer hij eenmaal werd blootgesteld aan de tekstuele theorieën van dr. Metzger, zijn geloof uiteindelijk is vernietigd.

Dr. Jeffrey Khoo schreef dat: “Metzgers filosofie en methodologie leid alleen maar tot chronische onzekerheid en een eeuwig ongeloof.”

Metzgers onzekerheid begon met Genesis, waarvan hij geloofde dat het mythen bevatte in plaats van een letterlijk verslag van de schepping. In de inleiding van zijn ‘Reader’s Digest Bible’ wordt ons verteld dat de bijbelauteurs waren: “grote creatieve kunstenaars”, in plaats van profeten uit de oudheid die door God zijn geïnspireerd.

Metzger was ook de co-redacteur van ‘The New Oxford Annotated Bible’ die de lezer vertelt dat de boeken van Mozes zijn afgeleid: “… uit een matrix van mythe, legende en geschiedenis”, wat verscheen “… al in de tijd van David en Solomon ‘, maar dat alleen’ … later in gewijzigde vorm een deel van de Schrift werd’.

Als dit waar zou zijn, dan zou het betekenen dat Mozes niet de boeken had kunnen schrijven die zijn naam dragen, maar Metzger en de redacteuren waarmee hij samenwerkte leveren geen bewijs van hun beweringen, maar speculeren slechts op dezelfde manier als Baruch Spinoza en Jean Astruc.

Niettemin is Metzger’s invloed significant, omdat hij een van de belangrijkste bijbelcritici van de 20e eeuw was. Metzger was een erg vreemd karakter, hij was geen bijbelgelovige, maar hij heeft wel zijn afdrukken overal in de moderne vertalingen van de Schrift staan omdat hij aan zo veel daarvan heeft gewerkt.

Bruce Metzger was toen hij nog leefde de leidende Amerikaanse Tekstcriticus, hij was de man waar mensen naar toe gingen om te bepalen welke lezing, ‘als er meerdere lezingen beschikbaar waren’ welke lezing van het betreffende vers in de bijbel zou moest worden opgenomen in de United Bible Society of Nestlé Aland-tekst, hij zat in beide commissies.

Metzger leverde ook bijdrage aan de Revised Standard Version, hij leidde ook de commissie voor de New Revised Standard Version die de officiële goedkeuring kreeg van de Rooms-katholieke Kerk. Deze editie vertelt ons dat het een oecumenische studiebijbel is, Bruce Metzger presenteerde een exemplaar aan paus Johannes Paulus II in een privé-ontmoeting in 1993.

Maar het samenwerken met Katholieken was hem niet onbekend. Metzger werkte samen met een jezuïetenpriester genaamd Carlo Maria Martini in het Grieks Nieuwtestamentische comité, en vervolgens weer met een andere Jezuïet, genaamd George McRae, in het New Revised Standard Version-comité.

Metzger had ook een eerdere reis naar het Vaticaan gemaakt om paus Paulus de zesde te ontmoeten, in 1973. Bij die gelegenheid overhandigden hij en anderen een exemplaar van de RSV Gemeenschappelijke Bijbel aan de paus. Metzger schreef dat: “… de paus accepteerde de kopie als een belangrijke stap in het bevorderen van oecumenische relaties tussen de kerken.”

Het was deze gewone bijbel die dr. Ian Paisley ooit noemde als: ‘de bijbel van de antichrist’, de titel van een pamflet dat hij publiceerde in 1973.

En Metzger was geïnteresseerd in het promoten van oecumenisme, in ieder geval tussen Katholieken, Protestanten en Grieks-orthodoxen. Nou, dat was zijn uiteindelijke doel, maar dit is een alom bekend doel, over dat andere maakte hij geen woorden vuil. Hij wilde een verenigde, ‘en als je wilt’, een interkerkelijke bijbel die iedereen kon gebruiken, dat was zijn doel, hoewel hij geloofde dat Jonah een volksverhaal was, en hij zegt dat Isaiah werd geschreven door twee of drie verschillende mensen.

Mezger geloofde niet eens dat Paulus 1 & 2 Timothy (Timótheüs) en Titus had geschreven, dus je hebt deze man die de Bijbel vertaalde, niet echt gelooft in de Bijbel, niet geloofde in de inspiratie van de Geschriften en zijn doel is om iets aanvaardbaar te krijgen voor alle belangrijke denominaties, Protestanten, Baptisten, Katholieken en Orthodoxen.

Hoewel Metzger duidelijk was overgeleverd aan een sceptische kijk op de Bijbel, stond hij hoog aangeschreven bij andere conservatieve leraren van het evangelie. Na zijn dood in 2007 bracht een van zijn oud-studenten John Piper, in een persoonlijk eerbetoon aan dr. Metzker, zei hij dat: “In zijn hoogtijd was er geen grotere autoriteit op het gebied van nieuwtestamentische tekstkritiek dan dr. Metzker in de Engelssprekende wereld. ”

We spraken met dr. James White, een van de belangrijkste verdedigers van de Kritische tekst en auteur van het boek ‘The King James Only controversy’, een werk dat zeer werd geprezen door Bruce Metzger tijdens zijn leven. We vroegen naar Metzgers kijk op de Geschriften van Mozes en vroegen ons af hoe hij door conservatieven kon worden geaccepteerd als hij het fundament van de Bijbel zelf leek te ontkennen.

Wat denk jij van Metzger’s vaak bekritiseerde kijk op het Oude Testament dat hij blijkbaar niet dacht dat Mozes Genesis en Exodus enzovoort had kunnen schrijven?

Dr. James White: “Wel, dat is de mening van 80% van alle oudtestamentische geleerden van vandaag, echt waar, het is verbazingwekkend dat zoveel van mijn, dit is waarom we deze mensen niet noodzakelijk zo goed betrekken, daarom ben ik blij dat ik uiteindelijk naar het Fuller Seminary ben gegaan, zodat ik op deze dingen kan wijzen. We zijn in de minderheid in bijbelwetenschap als we in mosaic-auteurschap geloven, ik zal het verdedigen, we moeten het blijven verdedigen, maar daar was niets ongewoons aan, in feite zou het absoluut schokkend zijn geweest als hij een andere mening had gehad toen hij op dat moment in Princeton was. Helaas, wij als conservatieven hebben het oudtestamentische veld geruime tijd aan de liberalen overgegeven en we beginnen nu pas wat opgang te maken en een deel ervan terug te krijgen, en in bijna elk commentaar dat in de afgelopen 50 jaar is gepubliceerd wat enig hooggeleerde verklaring bevat zal minimaal bespreken de alternatieve theorieën over auteurschap, en de overgrote meerderheid gaat gewoon beginnen met de aanname dat als er sprake was van iemand die Mozes heet, dan heeft hij er misschien iets mee te maken gehad, met enkele van de belangrijkste leringen van het document, maar dat de overgrote meerderheid lang en lang daarna werd geschreven door allerlei andere mensen. Dus hij was volledig in lijn met de scholen waar hij heenging om die functies te bekleden.”

Dr. White maakt duidelijk dat hij zelf het niet eens is met Metzger’s mening, maar hij voelt zich niet noodzakelijk gedwongen om de rest van zijn studiebeurs hierom af te wijzen.

dr. James White: “Ik ben het er helemaal niet mee eens, ik ben het er helemaal niet mee eens, maar ben ik bereid om te zeggen dat als iemand dus ongelijk heeft op dit gebied, hij het ook mis heeft op elk ander gebied? Ik kan dat niet doen, niet consistent, niet logischerwijs. ”

Maar het ontkennen van Mozes als de auteur van Genesis en de andere vier boeken die zijn naam dragen, doet twijfels zaaien over het hele fundament van de Bijbel en zelfs over het Evangelie zelf. In de gehele Schrift wordt Mozes herhaaldelijk de ware auteur genoemd, in het Oude Testament lezen we over de:

2 Chronicles 34:14 And when they brought out the money that was brought into the house of the LORD, Hilkiah the priest found a book of the law of the LORD given by Moses.

De Heer zei tot Joshua (Jozua) voordat hij ten strijde trok:

Joshua 1:7 Only be thou strong and very courageous, that thou mayest observe to do according to all the law, which Moses my servant commanded thee: turn not from it to the right hand or to the left, that thou mayest prosper whithersoever thou goest.

De Heer zei:

Joshua 23:6 Be ye therefore very courageous to keep and to do all that is written in the book of the law of Moses, that ye turn not aside therefrom to the right hand or to the left;

Ondertussen in het Nieuwe Testament zei Jezus hemzelf:

John 7:19 Did not Moses give you the law, and yet none of you keepeth the law? Why go ye about to kill me?

En opnieuw zei hij:

Mark 12:26 And as touching the dead, that they rise: have ye not read in the book of Moses, how in the bush God spake unto him, saying, I am the God of Abraham, and the God of Isaac, and the God of Jacob?

Jezus zei ook:

John 5:46 For had ye believed Moses, ye would have believed me: for he wrote of me.

John 5:47 But if ye believe not his writings, how shall ye believe my words?

Jezus bevestigde duidelijk dat het Mozes was die de boeken schreef die zijn naam dragen, dus als Mozes niet de ware auteur was, dan zou Jezus niet de onfeilbare Redder kunnen zijn, maar wordt hij eerder een slecht geïnformeerde verhaalverteller die alleen mythen en legenden herhaalt.

Als wat Jezus over Mozes leerde niet waar was, hoe kon iemand dan vertrouwen op wat hij zei over het Koninkrijk der Hemel, of de waarschuwingen van de hel, of de beloften van verlossing en het eeuwige leven voor degenen die in Hem geloven?

Charles Spurgeon zei ooit: “We willen niet dat God in Zijn Heilig Boek fouten maakt in kwesties van geschiedenis of wetenschap, net zo min als Hij doet over de grote waarheden van redding. Als de Heer God is, moet Hij onfeilbaar zijn, en als hij kan worden beschreven als onwaar in de kleine aspecten van de menselijke geschiedenis en wetenschap, dan kan Hij niet worden vertrouwd in de grotere zaken.”

Zoals eerder aangetoond kwamen de twijfels over het auteurschap van Mozes niet van Christelijke geleerden, maar van ongelovigen, maar maakt het voor de kerk tegenwoordig uit of iemand de Bijbel echt gelooft, om als tekstcriticus te worden geaccepteerd?

Tekstcriticus Dr. James White: “Als je zegt dat je een Christelijk wereldbeeld moet hebben om nauwkeurig om te gaan met de tekstuele kritiek op de Bijbel, dan zou dat hetzelfde zijn als zeggen dat je een Christelijk wereldbeeld nodig hebt om een hartchirurg te zijn. Geloof je dat, ik heb namelijk cardiale ablatie gehad, ik had een hartprocedure voor een supersnelle hartslag omdat ik een atleet ben, en soms ontwikkelen we dit op onze leeftijd en ik had een zogenoemde cardiale ablatie om te proberen dit supersnelle hartslag onder controle te houden

met een snelheid soms boven 255 slagen per minuut. Nu vroeg ik niet of mijn chirurg een Christelijk wereldbeeld had, maar hij was een buitengewoon bekwame cardioloog en chirurg.”

Het argument van Dr. White is gebaseerd op het idee dat tekstkritiek slechts een wetenschap is zoals wiskunde of geneeskunde, daarom maakt het niet uit of de informatie door ongelovigen wordt verwerkt. Maar zoals we hebben gezien, zijn er heel weinig bewijsbare historische feiten in de theorie van de Kritische tekst, die, zoals RL Dabney opmerkte, voornamelijk gebaseerd zijn op vermoedens en speculatie.

De negentiende-eeuwse geleerde AE Housman wiens werken vaak worden geciteerd door moderne critici, gaf toe aan de beperkingen van tekstkritiek en gewaarschuwde voor degenen die er te veel geloofwaardigheid aan gaven, hij zei: ‘Tekstkritiek is geen tak van wiskunde, en ook totaal geen exacte wetenschap. Het behandelt een kwestie die niet rechtlijnig en constant is, zoals lijnen en getallen, maar vloeiend en variabel. Het is daarom niet geschikt voor harde en vaste regels. Het zou veel gemakkelijker zijn als dat wel zo was, dat is de reden waarom mensen proberen te doen alsof het zo is, of in ieder geval gedragen ze zichzelf alsof zij dat dachten.”

Omdat tekstkritiek geen exacte wetenschap is, dragen tegenstanders aan dat het onvermijdelijk wordt beïnvloed door de persoonlijke opvattingen van de kritische geleerde.

Dr. Wilbur Pickering gaf in zijn boek over ‘De identiteit van de nieuwtestamentische tekst’ commentaar op enkele van de speculatieve methoden die in de moderne tijd worden gebruikt, daarbij verwijzend naar dr. Bruce Metzger schreef hij: “Metzger zei: dat het begrijpelijk is dat in sommige gevallen verschillende wetenschappers tot verschillende evaluaties zullen komen. Metzger’s ‘in sommige gevallen’ is beslist een zwak statement. In feite, zullen zelfs dezelfde geleerden aarzelen, zoals blijkt uit de meer dan 500 veranderingen die zijn gemaakt in de derde editie van de Griekse tekst geproduceerd door de United Bible Societies, dit vergeleken met de tweede editie (hetzelfde comité van vijf redacteuren heeft beide edities bereid). Het lijkt er dus op dat in een tijdsbestek van drie jaar, en zonder significante toename van nieuw bewijsmateriaal, dezelfde groep van vijf geleerden van gedachten veranderden op meer dan 500 plaatsen. Het is moeilijk om het vermoeden te weerstaan dat ze aan het raden waren.”

In het licht van dr. Pickering’s analyse, wat voor soort gissingen of keuzes met betrekking tot de tekst van de Bijbel zouden worden bedacht door mannen die een afvallige kijk op het Christelijk geloof hebben?

Het vreemde aan dwaling is, dwaling heeft een hypnotisch effect, het gaat tegen gezond verstand in, en het veel lijkt op een evolutietheorie of het Marxism, hoe het zich vanaf een klein begin overal verspreidde, en dus ook dit verspreidde, en alle zegeningen die afkomstig zijn van het drukken van de Ontvangen tekst en de grote Reformatiebijbels van Europa, dat moet nu aan de kant worden gegooid, en nu hebben we deze nieuwe Bijbel.

Voorafgaand aan de herziening van 1881 waren er waarschuwingen over de spirituele toestand van de tekstcritici in Europa destijds. Jaren voordat de herziening plaatsvond, werd een befaamd baptisten prediker genaamd JC Philpot gevraagd of een herziening van de Bijbel een goed idee was, als reactie schreef hij het volgende: ‘Zou het wenselijk zijn om een nieuwe vertaling van de Schriften te hebben? We geven volledig toe dat er hier en daar passages zijn waarvan de vertaling wellicht zou kunnen worden verbeterd, maar wie moeten die uitvoeren? In wiens handen zou de vertaling vallen? Wat een kans voor de vijanden van de Waarheid om ons een verminkte valse Bijbel te geven!”

Philpot erkende duidelijk dat de vijanden van de Schrift aan het werk waren in de academische wereld en dat ze het veld van tekstkritiek hadden overspoeld, hij vervolgde met te zeggen: “Natuurlijk moeten het geleerde mensen zijn, grote critici, geleerden en trouw aan God, maar het is bekend dat zij meestal besmet zijn met het pausdom of ongeloof. Waar zijn de mannen, die geleerd, maar toch gezond in de Waarheid zijn en die hun leven leiden voor God, die de noodzakelijke kwalificaties bezitten voor zo een belangrijk werk? En kunnen dwalende mensen, dood in overtredingen en zonden, vleselijke, wereldse, goddeloze personen, geestelijk een boek vertalen, geschreven door de Heilige Geest? We hebben geen enkele reden om te hopen dat zij godvrezende mannen zouden zijn zoals we wel reden hebben om te geloven hoe de Schrift in onze huidige versie is vertaald.”

Inspiratie verwijst naar de auteur, heilige mannen van God spraken terwijl zij werden bewogen door de Heilige Geest.

2 Peter 1:21 For the prophecy came not in old time by the will of man: but holy men of God spake as they were moved by the Holy Ghost.

Dat is het origineel en toch heeft God beloofd dat intact te houden, en dat heeft hij gedaan, en we zouden zoeken naar vertalers, die, zoals in het voorwoord voor de lezers, de vertalers van de Authorized Version (KJV) zochten hem die de sleutel van David had, en ze waren nederige mannen, en ze waren geleerden, maar het waren geestelijke mannen.

We moeten naar de hand van God kijken, maar we weten natuurlijk dat ja, inspiratie alleen verwijst naar de originelen en toch beloofde God om het te bewaren, en dat deed hij inderdaad. En hij bewaarde het door geestelijke mannen.

We hebben het probleem aangevoerd bij dr. James White, aangezien het argument van degenen die de Kritische tekst verdedigen, is dat de spirituele toestand van een geleerde of criticus op de een of andere manier onbelangrijk is. Dr. White weigerde te erkennen dat sceptische voetnoten van ongelovigen eenvoudigweg niet hetzelfde zijn als inzichtelijke voetnoten van gelovige mensen.

Tekstcriticus Dr. James White: “Waarom hebben de mensen die de 1611 lazen en de honderden kanttekeningen lazen die zeiden dat: sommige manuscripten dit vers niet bevatten, Lukas hoofdstuk 17, waarom veroorzaakte dat niet hetzelfde explosie?”

Dat is mijn punt, mijn punt is: de Schrift werd behandeld door godvrezende mannen van geloof, mannen die…

Dr. James White: “Het wereldbeeld was anders, het wereldbeeld was anders …

Maar ik denk niet dat Westcott, Hort, Bruce Metzger, Kurt Aland, ik denk niet dat zij in die groep passen,

Dr. James White: “Je kunt dat niet, zelfs om te proberen hen in dezelfde tijd te plaatsen, dat is een ongeldige vergelijking, en er is bijna, ik ken bijna niemand die ook maar een idee heeft van wat Kurt Aland’s opvattingen over theologie waren.”

Zoals we eerder zagen werden de opvattingen van Kurt Aland, waar het de tekst van de Bijbel betreft, verklaard in zijn eigen geschriften, maar is het een verdedigbaar argument om te suggereren dat degenen die een sceptische kijk op de Bijbel hebben vertrouwd moeten worden, om het woord van God

te hanteren op wat voor niveau dan ook?

Eén van de vragen die ik aan mensen stel is, nummer één: ‘zou je een dief de leiding geven over een bank?’ dan zeggen ze: ‘natuurlijk niet’. ‘Zou je een vos de leiding geven over de kippen?’ ‘Nee’. ‘Zou u een ongelovige de leiding over uw Bijbel geven?’”

De Schrift zegt dat:

Romans 10:17 So then faith cometh by hearing, and hearing by the word of God.

Maar als mensen niet geloven dat de woorden van de Schrift werkelijk van God komen, waar zou hun geloof dan op gebaseerd zijn?

De Bijbel waarschuwt voor degenen in de laatste dagen die zouden zijn:

King James Version 1611:

2 Timothy 3:4 Traitors, heady, highminded, lovers of pleasures more than lovers of God;

2 Timothy 3:5 Having a form of godliness, but denying the power thereof: from such turn away.

In het boek Ezekiel berispt God de kinderen van Israël omdat ze ongelovigen toelaten in de tempel van God, hij zei tegen hen:

Ezekiel 44:7 In that ye have brought into my sanctuary strangers, uncircumcised in heart, and uncircumcised in flesh, to be in my sanctuary, to pollute it, even my house, when ye offer my bread, the fat and the blood, and they have broken my covenant because of all your abominations.

Ezekiel 44:8 And ye have not kept the charge of mine holy things: but ye have set keepers of my charge in my sanctuary for yourselves.

Maar de praktijk van het samenwerken met ongelovigen is terug te voeren op Westcott en Hort, zij namen in hun commissie een unitaire predikant op, genaamd dr. Vance Smith, iemand die de Godheid van Christus openlijk verwierp. Dean Burgon schreef aan de comité-voorzitters: ‘Jullie hebben willens en wetens jezelf geassocieerd met iemand die openlijk heeft ontkend de eeuwige Godheid van onze Heer en de inspiratie van het woord.’

De hele controverse leidde tot opschudding tegen het betrekken van een unitariër in Westminster Abbey. Burgon werd gesteund door het protest van duizenden andere bischoppen, waaronder Henry P. Lidden, een vooraanstaande theoloog uit die tijd.

In een brief aan Dean Burgon vertelde hij dat het hebben van een ongelovige die het woord van God hanteert in geenszins een aanvaardbare norm was onder Gereformeerde Protestanten, hij zei: “Maar helaas! Welke verontschuldiging kan er worden geboden aan de kerkmannen die een man hebben uitgenodigd die zijn leven lang de Godheid van onze gezegende Heiland heeft ontkend. Wanneer, sinds de Reformatie is het geloof van onze Kerk nog wreder gekwetst? Hoe kunnen we [deze vertaling] ooit benaderen, anders dan een object vol met onvermijdelijke verdenking? Hoeveel passages zullen er wel niet voorkomen waarin we verwachten de hand van ketterij te traceren?”

Burgon noemde het opnemen van een Unitaire minister: “Een belediging voor onze Goddelijke Meester en een fout richting de Kerk, dat het zuivere woord van God op zo een manier is behandeld.”

Dr. Ian Paisley zei toen hij over de controverse van Westcott en Hort schreef dat: “Zo oneerlijk was hun gedrag, dat Charles Wordsworth, bisschop van St. Andrews weigerde zijn naam te ondertekenen als dankbetuiging aan de voorzitter. Terugkijkend op de vertaling noemde de bisschop het ‘een betreurenswaardige mislukking’.”

Als we het over Westcott en Hort hebben, waren zij gewoon geen getrouwe gelovigen in de Schriften, ze hadden geen hoge kijk op de Schrift, ze hadden geen geloof in de mondelinge perfecte inspiratie van de Schriften, en je kan geen corrupte wortel hebben zonder corrupte vruchten.

Het belang van het ontvangen van het Nieuwe Testament als het woord van God wordt al sinds de oudheid erkend.

De apostel Paul schreef aan de vroege kerk en zei:

1 Thessalonians 2:13 For this cause also thank we God without ceasing, because, when ye received the word of God which ye heard of us, ye received it not as the word of men, but as it is in truth, the word of God, which effectually worketh also in you that believe.

Toch gaan moderne kritische geleerden vaak niet met de Bijbel om alsof het het woord van God is, maar ze vinden vaak dat de Bijbel behandeld moet worden als elk ander historisch of religieus boek zoals de Koran.

Tekstcriticus dr. White: “De Koran en het Nieuwe Testament zijn beide oude documenten die naar ons zijn overgebracht en hebben een tekstuele geschiedenis en je moet dezelfde standaard en analyse gebruiken die je gebruikt bij de analyse van de andere”

Dr. White’s commentaar is opnieuw gebaseerd op het idee dat het herstellen van de geschiedenis van de Bijbel als wiskunde is, iets dat op een puur wetenschappelijke manier kan worden gedaan zonder de vereiste van geloof of de spirituele leiding van God.

Tekstcriticus dr. White: “Ja, ik zeg dat een niet-Christen de geschiedenis van de Bijbel kan begrijpen, natuurlijk, als ik iets anders zeg dan zou ik een Gnostic moeten worden, dan moet ik zeggen dat er een soort spirituele kennis is, en wat dat doet is dat de Bijbel uit het rijk van de geschiedenis wordt verwijderd. ”

Toch blijft de vraag welke geschiedenis van de Bijbel moet worden omarmd? De geschiedenis die werd begrepen door de Hervormers en mannen als dr. Scrivener en Dean Burgon, of de speculatieve geschiedenis gebaseerd op de theorie van Westcott en Hort?

Degenen die zich verzetten tegen de oorsprong van de Kritische tekst argumenteren dat het geloof in Christus was ‘overgeleverd aan de heiligen’ en niet de geleerden en critici, daarom zouden het de heiligen moeten zijn die het woord van God hanteren. De Schrift zegt:

1 Corinthians 2:14 But the natural man receiveth not the things of the Spirit of God: for they are foolishness unto him: neither can he know them, because they are spiritually discerned.

De apostel Paul schreef aan de kerk in Korinthe en zei:

2 Corinthians 6:14 Be ye not unequally yoked together with unbelievers: for what fellowship hath righteousness with unrighteousness? and what communion hath light with darkness?

2 Corinthians 6:15 And what concord hath Christ with Belial? or what part hath he that believeth with an infidel?

Jezuïeten, Gnostics & de Papyri

Bij het werk van Kurt Aland en Bruce Metzger, voegde zich de Rooms Katholieke Jezuïeten-priester genaamd Carlo Maria Martini. Carlo Maria Martini was beslist een geleerde, en hij was zeker weten een Jezuïet van kinds af aan, hij was de perfecte man van de paus om voor te stellen om met de Protestanten samen te werken in de gezamenlijke Griekse projecten, de creatie van een Griekse tekst.

De Vaticaanse website vertelt ons dat Martini het enige Katholieke lid was van de Oecumenische commissie die de nieuwe Griekse editie van het Nieuwe Testament voorbereidde.

De UBS, United Bible Societies 1e editie Griekse tekst kwam uit rond 1965-1966 precies toen, en toen deze uitkwam, onmiddellijk daarna, werd Carlo Maria Martini geroepen om zich bij hen aan te sluiten met het doel om een Griekse tekst te creëren waar Katholieken ook mee konden werken, nummer één, en ze zouden zich ook op hun gemak voelen bij het opnieuw opzetten van een Latijnse Vulgaat die overeenkomt, zodat wanneer je kijkt naar hun nieuwe, de Nova Vulgata, New Latin Vulgate en de United Bible Societies 3e editie Griekse tekst, dan zijn ze vrijwel hetzelfde.

Martini’s betrokkenheid was blijkbaar bedoeld om een einde te maken aan het conflict tussen de Griekse en Latijnse teksten die dateren uit de tijd van Erasmus, die zijn Nieuwe Testament publiceerde in zowel het Grieks als het Latijns, zoals we leerden in het Erasmus-huis in Brussel: “Twee verschillende teksten, een is de versie van de Griekse tekst en hier rechts de kolom met de Latijnse tekst, het was revolutionair voor deze tijd, omdat de mannen van deze tijd het origineel en de vertaling van Erasmus konden vergelijken, en dat veranderde het systeem van het religieuze denken van deze tijd.”

Het gewijzigde religieus denken dat de Erasmus-tekst inspireerde, zou de grote Reformatie van de zestiende eeuw worden, wat leidde tot een kloof tussen Katholieken en Protestanten die zo’n driehonderd jaar besloeg, waarin conflicten vaak werden opgelost door oorlog en inquisitie. Maar tegen de 19e eeuw begonnen de dingen te veranderen toen Protestantse geleerden de Vaticaanse Griekse bijbel overnamen, de Codex Vaticanus.

Men zou kunnen zeggen dat de moderne Oecumenische beweging begon met de invloed van belijdende Evangelische geleerden zoals Constantine von Tischendorf. Er bestaat geen twijfel over zijn connecties met de Katholieke kerk en het is interessant dat als je verder gaat en je concentreert op wat er in de vorige eeuw is gebeurd, is het verbazingwekkend de banden tussen het Rooms-katholicisme en de banden tussen met name de Jezuïeten en de Evangelicalen (of degenen die Evangelisch worden genoemd) die de Evangelische wereld veranderen en beïnvloeden.

Veel onderzoekers geloven dat de Oecumenische beweging om de Evangelische aan te sluiten bij Rome, en een moderne manifestatie is van de Jezuïeten contra-Reformatie. Ik denk dat de moderne Oecumenische beweging een kind van Rome is, en ik geloof dat het idee is om hen terug te brengen, bijna vreedzaam in plaats van met geweld, bloedbad en oorlog, om het Protestantisme vreedzaam terug te brengen aan de voet van het pausdom.

Dus ik denk dat de moderne Oecumenische beweging, hoofd zijn over onderwijs, propaganda en dat soort dingen, kerkverenigingen, eenheidsconferenties en vele boeken, pamfletten en tijdschriften en conferenties die allemaal bijeenkomen om de Oecumenische eenheid te bevorderen. Ik denk dat dat is waar de contra-Reformatie vandaag werkt.

In de 20e eeuw zou de Jezuïet Carlo Martini een van de meest invloedrijke figuren worden in de bijbelwetenschap en in de zaak van de Oecumenisme vanwege zijn werk aan het Griekse Nieuwe Testament. Van 1966 tot 2002 was Martini lid van de United Bible Society, één van de vijf mensen ter wereld die de Griekse tekst bepaalde, wat een machtige positie, als resultaat daarvan werd hij tot kardinaal verheven, hij kreeg speciale onderscheidingen.

Net als Westcott, Hort, Aland en Metzger stond Martini bekend om zijn liberale theologie, hij werd zelfs de paus van liberale Katholieken genoemd.

En totdat hij stierf, hoewel hij ver weg was van een liberaal voor Katholieke theologie, was hij erg nuttig om mensen te samen te krijgen op dit ene gebied, deze Oecumenische Bijbel.

Maar Martini was slechts één de meerdere invloedrijke Jezuïeten in de geschiedenis van de Kritische tekst, de eerste was kardinaal Angelo Mai in de negentiende eeuw die aan de Codex Vaticanus werkte. Het was kardinaal Mai die Constantine von Tischendorf in het Vaticaan ontmoette, vlak voordat Tischendorf naar St. Catherine’s klooster vertrok om codex Sinaiticus te ontdekken.

Maar in de 20e eeuw zou een andere jezuïetenpriester een sleutelrol spelen in de volgende fase van de kritische tekstgeschiedenis. In de jaren vijftig kocht een vooraanstaande Zwitserse verzamelaar genaamd Martin Bodmer een serie van Egyptische manuscripten die bekend zouden worden als de Bodmer Papyri. Dit was slechts één van een reeks ontdekkingen waarbij oude bijbelteksten uit het zand van Egypte werden teruggevonden.

Omdat de papyri overeenkomt met enkele van de lezingen van Vaticanus en Sinaiticus, geloven sommigen dat ze de theorie van Westcott en Hort bevestigen en daarom de bezwaren van mannen als Dean Burgon verwerpen.

Tekstcriticus Dr. James White: “Ik maak me zorgen over al het gebruik van Burgon als relevantie voor vandaag de dag buiten een historische toepassing voor het analyseren van de balans tussen Westcott en Hort. Wat ik daarmee bedoel is dit: Burgon bestond en schreef voor de papyrus, als je consequent de dingen toepast die Burgon zelf schreef, als hij de papyrus had gehad, zou hij gedwongen zijn om andere conclusies te trekken”

Maar is dit het geval? Zou Dean Burgon zijn theorie hebben verlaten of veranderd als hij de papyrus levend had gezien?

Zoals al eerder werd aangetoond, was de theorie van Dean Burgon dat de vreemde lezingen die gevonden waren in Vaticanus en Sinaiticus waarschijnlijk het resultaat waren van Gnostische corrupties uit de vroege eeuwen. Maar zijn er aanwijzingen dat de papyri van Gnostische oorsprong zijn en zou dit de reden kunnen zijn waarom ze bepaalde lezingen in de Kritische tekst bevestigen?

Tekstcriticus Dr. James White: “Sinaiticus en Vaticanus tonen het primitieve bestaan aan van een tekst die hen voorgaat tot de papyrus.”

En waar komen de papyri vandaan?

Tekstcriticus Dr. James White: “Veel plaatsen, veel plaatsen, papyri zijn meestal kleine fragmenten, bijvoorbeeld p52, het vroegste papyri-fragment dat we nu hebben, we hebben geen idee wat de herkomst is en waar het precies vandaan kwam, het werd ontdekt tussen een stapel papyri die vanuit Egypte naar Engeland werden gebracht, dus bijna overal in Egypte, we weten het gewoon niet, dus de Bodmer Papyri, de Chester Beatty Papyri, velen binnen die collectie hebben verschillende oorsprongen en bronnen, omdat veel van hen kleine fragmenten zijn.”

De Egyptische papyri die tot het Nieuwe Testament behoorden, vallen over het algemeen in drie categorieën, de eerste werd opgegraven door twee ontdekkingsreizigers genaamd Bernard P. Grenfell en Arthur S. Hunt. Grenfell en Hunt ontdekten een hele verzameling papyri die begraven lagen in een oude vuilnisbelt nabij Oxyrhynchus in Egypte, de verzameling wordt de Oxyrhynchus Papyri genoemd, waarvan sommige de Kritische tekst ondersteunen.

Bijvoorbeeld onder de vele fragmenten werd Uncial 0162 gevonden, waarvan wordt gezegd dat het zeer dicht bij de lezingen van codex Vaticanus staat, maar dit is slechts één voorbeeld van de verschillende verzamelingen papyri.

Tekstcriticus Dr. James White: “De lezingen die ze in gemeen hebben, zijn geen radicaal veranderde lezingen van zelfs de Byzantijnse teksten of iets dergelijks, maar de lezingen die ze in gemeen hebben tonen aan dat er een direct verband is tussen de voorbeelden die werden gebruikt voor Sinaiticus en voor Vaticanus, en de periode van de papyri zelf, dat is de belangrijkste historische kwestie, daar zit het verband.”

Maar tussen de overblijfselen van Oxyrhynchus werden ook fragmenten van andere evangeliën gevonden, waaronder het ‘Evangelie van Thomas’, het ‘Evangelie van Maria’ en het ‘Evangelie van Petrus’, alledrie van Gnostische oorsprong.

Er zijn tonnen Gnostische manuscripten waarin ze gewoon de Bijbel herschrijven en veranderen het in wat zij willen zeggen, dus de Duivel was al heel vroeg bezig met het bederven van de woorden van God.

De volgende verzameling papyrus staat bekend als de Chester Beatty Papyri, genoemd naar hun rijke weldoener, meneer Alfred Chester Beatty, in 1931 werd gepubliceerd dat bepaalde manuscripten werden ontdekt in potten weggestopt en opgegraven op een Koptisch kerkhof in Egypte. De specifieke details van hun oorsprong bleven een mysterie, omdat ze werden verkregen via de zwarte markt, later in de jaren vijftig zou Chester Beatty extra papyri verwerven waarvan wordt gezegd dat ze rechtstreeks verband houden met die van Martin Bodmer, de reden hiervoor is omdat ze afkomstig waren van dezelfde bron.

Beide mannen werkten voor dezelfde antique handelaar in Egypte, een man genaamd Phocion J. Tano, die de vaste vertegenwoordiger van Bodmer en Chester Beatty zou worden. Maar Tano werkte niet alleen, de auteur James Robinson legt in zijn baanbrekende boek het verhaal uit van de Bodmer Papyri, en verteld hoe Tano samenwerkte met een jezuïetenpriester genaamd vader Louis Doutraleau.

We lezen dat “vader Louis Doutraleau, SJ (staat voor de Society of Jesus) werkte in Caïro in de jaren 1950, gedurende welke tijd hij als een schakel diende tussen Tano en de bibliothecaris Bodmar.”

Volgens Robinson’s verslag kocht Tano de manuscripten en Papyri terwijl de rol van Doutraleau was aangeboden tijdens een beoordeling van wat Tano had laten zien aan Bodmer voor de verkoop’.

In zijn schrijfwerk onthulde Doutraleau dat de papyri afkomstig was uit de Nag Hammadi-regio in Egypte. In dezelfde regio was een andere collectie van manuscripten ontdekt tien jaar eerder. In 1945 werd ‘De Nag Hammadi Bibliotheek’ ontdekt, wat een verzameling van Gnostische geschriften was, en bevatte meer dan 50 Gnostische evangeliën en teksten, waaronder het Evangelie van Thomas en ongelooflijk een ander werk met de titel ‘Het Evangelie der Waarheid’.

Het zogenaamde ‘Evangelie der Waarheid’ werd specifiek genoemd door Irenaeus in de tweede eeuw, die beweerde dat het gecreëerd was door de volgelingen van een Gnostische leraar genaamd Valentinus, samen met andere valse evangeliën. Irenaeus schreef: “Ze gaven hun recente compositie de titel ‘Het Evangelie der Waarheid’ hoewel het in niets overeenkomt met de Evangeliën van de apostelen, en dus is geen van hun Evangelie vrij van Godslastering.’

Maar volgens Doutraleau was het niet ver van deze Gnostische bibliotheek dat de Bodmer Papyri werden ontdekt in 1952, hij schreef dat: “Tano sprak over twee ontdekkingen in Nag Hammadi, één in een begraven pot, dit zijn de Gnostische manuscripten, de andere in een grot vrij dichtbij ,wat het grootste deel van de Bodmer-collectie is geworden.”

Doutraleau verwees zelf naar de twee ontdekkingen als: Nag Hammadi 1, (The Gnostic manuscripts) en Nag Hammadi 2 (The Bodmer Papyri).

Bijna alle bijbelse papyri komen uit Egypte, en er wordt over het algemeen gezegd dat deze van het Alexandrijnse teksttype zijn, dat overeenkomt met de classificatie die zowel aan

codex Vaticanus en codex Sinaiticus wordt gegeven. De naam Alexandrië is een verwijzing naar de oude havenstad van Alexandrië in Egypte. Opgericht door Alexander de Grote in de 4e eeuw voor Christus

Het werd een van de belangrijkste steden in de oude wereld en was in de vroege eeuwen het middelpunt van de Gnostische leer.

Volgens een Koptisch-orthodoxe website: “Het belangrijkste centrum van het Gnosticisme was Alexandrië; het was in Alexandrië dat de grootste doktoren van het Gnosticisme, Basilides, Carpocrates en Valentinus floreerden. Athenasius verwijst vaak naar hen, en ook naar Marcion, waarschuwende over hun gevaar voor de Christelijke doctrine.”

Er is altijd al gezegd dat Vaticanus en Sinaiticus hun oorsprong hebben in Alexandrië, Egypte. Bruce Metzger schetst in een van zijn boeken de enorme corruptie dat uit Alexandrië kwam, dat uit Egypte kwam, en in een van zijn boeken is hij over dat punt echt duidelijk, hij noemt alle ketterse culten en sekten die uit dat gebied kwamen.

De geschiedenis van het Gnosticisme in Alexandrië en de associatie met de Egyptische papyri is belangrijk omdat van belangrijke delen van deze collecties er beweerd word dat deze de lezingen van de kritische tekst ondersteunen.

Misschien wel het meest significant is Bodmer papyrus 75, ook bekend als P-75, waarvan wordt gezegd dat het grote

overeenstemmingen heeft met codex Vaticanus.

Tekstcriticus Dr. James White: “Er zijn veel studies gedaan naar de relatie van P-75 met codex Vaticanus en er is aangetoond dat hoewel ze genealogisch verwant zijn, Vaticanus geen kopie is van P-75 en dat beide terug gaan naar een eerdere kopie die al bestond voor hun tijd.”

Maar toch, dr. White’s omschrijving, lijkt de kijk van mannen als Dean Burgon te bevestigen. Burgon argumenteerde dat er verschillende gnostische groepen waren die elk vasthielden aan hun eigen bijzondere doctrines, en dat ze de boeken van het Nieuwe Testament veranderden op basis van hun eigen individuele ideeën, wat resulteerde in inconsistente patronen van corruptie.

Burgon schreef dat; ‘Behalve Marcians verscheurde tekst van het Evangelie van st. Lukas, was er ook een Ebionitische versie van st. Matthéüs. Ook was er een Cerinthische versie van st. Markus en een Valentijnse perversie van st. Johannes. Deze professoren van het gnosticisme hadden geen consistente theorie. De neiging van deze vroege ketters was om afzonderlijk één van de vier evangeliën voor zichzelf aan te nemen, en dit verklaart waarom er geen consistentie waarneembaar is in de corrupties die zij in de tekst introduceerden.”

Van de Egyptische papyri wordt vaak gezegd dat ze van gemengde teksttypen zijn, wat betekent dat ze geen enkel consistent patroon volgen. In dit opzicht lijken ze overeen te komen met het karakter van codex Vaticanus en Sinaiticus, waarvan wordt gezegd dat zij het oneens zijn op zo’n 3000 plaatsen alleen al in het Nieuwe Testament.

Als Dean Burgon had geleefd om de papyri te zien, zou hij zijn kijk hebben veranderd zoals dr. White suggereert, of zou de papyri alleen maar bevestiging geven dat de eigenaardige lezingen van Vaticanus en Sinaiticus en de Kritische Tekst in feite het resultaat zijn van gnostische ketterijen.

Ja Burgon had gelijk, zodra het levende Woord was opgenomen in de hemel, richtte Satan al zijn woede op het geschreven woord, er was een strijd, er was een strijd maar er was een winnaar, en als je naar al het bewijs kijkt en ziet dat er vanaf het allereerste begin er een aanval was op het doctrinaire hart van de Schrift, en in de papyri slaagden ze er bijna in om het eruit te trekken.

De mening van geleerden die de Traditionele Griekse tekst verdedigen is dat de strijd van de eerste eeuwen om het Nieuwe Testament uiteindelijk werd gewonnen door de heiligen die het ware geloof in Christus hadden, en die de zuivere woorden van God van de gnostische invloed scheidden.

Dit is wat Dean Burgon bedoelde toen hij verwees naar de ‘verzonnen lezingen die de kerk allang met afschuw heeft afgewezen’.

Dr. Wilbur Pickering documenteert een studie waarin een aantal van de belangrijkste papyri werd vergeleken met belangrijkste Kritische codexen en toonde ‘een variatie van meer dan 30%’. Als gevolg hiervan wordt het nieuwe Griekse Testament typisch een ‘Eclectische tekst’ genoemd.

Welnu, de enige reden waarom ze dat moeten zeggen

is omdat het zo vaak niet overeen komt, en herhaaldelijk zijn codex Vaticanus en codex Sinaiticus het niet met elkaar eens en dan zijn sommige van hun favoriete papyri het oneens, dus vanwege deze onenigheid, in plaats van naar de Traditionele tekst te gaan die harmonie heeft en die is verenigd en die net aan een klein genoeg verschil heeft om je te laten weten dat de duizenden van manuscripten die het ondersteunen onafhankelijke producties zijn, geen letterlijke kopieën van elkaar, maar in plaats van daar naartoe te gaan, hebben ze nu 7% van de manuscripten die het radicaal met elkaar oneens zijn, maar regelmatig verenigd in hun verzet tegen de Ontvangen traditionele tekstmanuscripten.

Het contrast wordt soms op de volgende manier weergegeven: Er zijn meer dan 5.000 Griekse manuscripten die de lezingen ondersteunen van de Ontvangen tekst. Deze zouden overeenkomen voor meer dan 99% van de tijd, aan de andere kant staan zo’n 45 Kritische tekst manuscripten grotendeels uit Egypte die het in ongeveer 30% van de gevallen oneens zijn.

Er is de zuivere lijn, en de corrupte lijn en deze bestaat uit allerlei verschillende soorten corrupties en de corrupties zijn het niet met elkaar eens.

Men zou kunnen stellen dat het gebruiken van deze corrupte lijn van manuscripten samen met de Westcott en Hort-theorie ertoe leidt dat mensen geloven dat de Bijbel zo vaak is herschreven dat niemand echt weet wat er staat.

De reden is omdat naarmate er nieuwe papyri worden ontdekt de moderne tekstcritici voortdurend wijzigingen hebben aangebracht op basis van wat voor nieuwe theorie er dan ook bedacht word, resulterend in zo’n 28 edities van de Nestle Aland Griekse tekst.

Zoals dr. Pickering ons vertelt: “Daarom is geen enkel deel van de tekst veilig, een nieuwe papyrus kan morgen aan het licht komen met nieuwe varianten om de éénstemmige getuigenis van de rest uit te dagen.”

De theorie van dr. Hort, die de voorkeur geeft aan Minderheidslezingen boven die van de Meerderheidstekst, is een voortdurende bron van conflicten en debat geweest. De 19e-eeuwse Schotse minister William Garden Blaikie definieerde zijn verzet tegen de Westcott en Hort-theorie, hij zei: “Waar we voor strijden is niet de gedrukte tekst van de 16e eeuw, maar de tekst die door het hele Christendom werd ontvangen nadat de kerken rustten van vervolging, toen er tijd was om gedachten en kennis uit te wisselen, en de mannen niet werden gedwongen om de heilige boeken te verbergen. De tekst met de meest breedde, de meest gezaghebbende en met de meest gevarieerde getuigenis-schrift is waar we om vroegen. Dat dit nu eenmaal de dominante tekst is van de 4e eeuw na Christus, en dat het in zeer aanzienlijke mate identiek is aan de Textus Receptus, dr. Hort bevestigd het zelf.”

Blaikie confronteerde vervolgens de onlogische aard van Hort’s argument omdat het de grote meerderheid van alle bijbelse manuscripten afwees. Hij gaf commentaar dat: “ ‘In de veelheid van raadgevers is er veiligheid’, volgens Solomon. “ ‘In de veelheid van getuigen is er onwaarheid’ volgens dr. Hort.”

Eén Wereld Bijbel

De Jezuïet Louis Doutraleau was niet alleen betrokken bij de ontdekking van de Bodmer Papyri, maar was een actief lid van een groep in Frankrijk die bekend staat als Sources Chretiennes, of ‘Christelijke Bronnen’. De groep werd mede opgericht door twee andere jezuïeten genaamd Henri Lubac en Jean Daniélou. Beide mannen zouden bekend worden vanwege hun betrokkenheid bij Vaticaans Concilie 2 in 1960.

Videoclip van Vaticaans Concilie 2:

Het historische Oecumenische concilie Vaticaan 2 komt tot een einde te midden van kleurrijke pracht en praal, beschouwd als een van de belangrijkste concilies in de geschiedenis van de Katholieke kerk. Vaticaan 2 zag 2400 bisschoppen en andere stromen die vele aspecten van de kerkactiviteit herzien.

Vaticaan 2 staat ook bekend als het ‘Oecumenische concilie’ en veranderde dramatisch de kijk van de Katholieke kerk ten opzichte van andere overtuigingen, waaronder het Protestantisme.

Vaticaan 2 was de eerste keer dat de Rooms-katholieke kerk openlijk haar strategie veranderde, ze presenteerden zichzelf als: we zijn allemaal broeders in Christus, ja we hebben enkele verschillen, maar we kunnen ze gladstrijken, dus ze veranderden hun hele strategie van ‘een vervolger’ naar een ‘gescheiden broeder’.

Vaticaan 2 ging specifiek in op de kwestie van bijbelvertalingen waarbij Katholieken en Protestanten betrokken waren, iets dat werd gepromoot door de Jezuïeten-Orde.

Welnu, ze hadden duidelijk een grote rol in Vaticaan 2, het was een Jezuïet die eigenlijk het gedeelte schreef dat zei: ‘we zullen met de gescheiden broeders werken aan bijbelvertalingen’, dat was eigenlijk door een jezuïet geschreven.

Het werk in kwestie heette ‘Dei Verbum’ Latijns voor ‘het woord van God’. Dit gedeelte van Vaticaan 2 kwam onder de invloed van een jezuïetenkardinaal genaamd Augustin Bea, kardinaal Bea gebruikte toen de geschriften van een andere Jezuïet genaamd Walter Abbott.

De Jezuïet Walter Abbott was redacteur voor het tijdschrift America, een jezuïeten tijdschrift dat in de Verenigde Staten werd geproduceerd, in 1959 schreef hij een klein simpel artikel genaamd ‘De Bijbel als een verbond’, iets om Protestanten en Katholieken met elkaar te verbinden. Het idee was dat we allemaal samen konden opschieten in gezamenlijke Bijbel-vertaalprojecten en in gezamenlijke projecten om de Griekse en Hebreeuwse tekst te creëren.

Een aantal Protestanten waren ook aanwezig op het Vaticaans Concilie 2, onder wie David du Plessis, de man die bekend staat als meneer Pinksteren. Volgens zijn eigen getuigenis was du Plessis daarheen gestuurd door een van de belangrijkste figuren in de moderne geschiedenis van de Bijbel, William Cameron Townsend, de oprichter van Wycliffe Bible Translators, ook wel bekend als ‘Uncle Cam’.

Townsend was toegewijd aan het vertalen van bijbels in de afgelegen talen van mensen over de hele wereld, naar eigen zeggen, om zijn doel te bereiken gebruikte hij oecumenische methodes.

In zijn biografie ‘Uncle Cam’ citeerde hij: “Sinds we niet-sektarisch en niet-kerkelijk verbonden zijn, krijgen we hulp van Katholieken, Protestanten, Joden, Moslims, Boeddhisten en zelfs Atheïsten.”

Werkende op een oude verlaten boerderij in Arkansas, richtte Townsend ook een andere groep op die bekend staat als het ‘Zomerinstituut voor Taalkunde’ of ‘SIL’.

David W. Daniels:

“Iedereen die een bijbelvertaler wil worden bij Wycliffe (wycliffe.nl ook in Nederland) of bij SIL of bij ieder ander bijbelvertaalbureau moet door SIL gaan. Iedereen ter wereld wordt zo ongeveer doorgesluisd in het Zomerinstituut voor Taalkunde, dat is waar je de principes leert van hoe je een Bijbelvertaling moet maken. Een cultuur binnengaan, ernaar luisteren, horen hoe de taal wordt gepresenteerd, een schrijfsysteem maken, eerst een geluidssysteem, dan de regels van de taal, creëer een schrijfsysteem omdat ze ongeletterd zijn, leer het aan hen terug en maak vervolgens in dat proces een Bijbel voor hen en leer het hen vervolgens terug en leer hen hun eigen taal te lezen. Dus SIL is dit middel om dit te doen.

Auteur David W. Daniels is afgestudeerd aan Fuller Theological Seminary, jaren geleden zocht hij samen met zijn vrouw Debbie training via SIL.

David W. Daniels: Ik ging er drie zomers heen, iedereen gaat daar drie zomers heen. Tijdens onze eerste zomer bij SIL splitsten Debbie en ik ons op in verschillende richtingen in het weekend, op een zaterdag ging ik de bergen in met een van onze professoren, hij was al jaren een missionaire bijbelvertaler, toen we boven op de berg kwamen luisterde ik naar wat hij zei en terwijl ik aan het luisteren was, kwam er een gedachte in me op om aan hem te vragen, en ik zei, in essentie zei ik:

Geloof jij het verhaal over Noach, de zondvloed en zo? En hij keek mij aan en zei; ‘Nee David, maar kijk, als jij je zending-ondersteuning gaat ophalen, dan moet je al deze geloofs-verklaringen ondertekenen, het maakt niet uit wat je gelooft, onderteken ze gewoon, als je op het zendingsveld komt, kun je alles doen jij wil.’

Ik heb die ochtend naar de prachtige creatie gekeken en dacht, wouw ik wil God eren en hem altijd bedanken zoals het staat in Romans hoofdstuk één en ik was zo opgewonden over de dag, ik had echt iets anders van hem gehoopt te horen dan dat.

Wat het me leerde, waren een aantal hele belangrijke dingen:

Nummer 1: Deze man had geen probleem om tegen kerken te liegen en daar zendingsondersteuning te vragen. 2. Hij geloofde de Bijbel niet die hij aan het vertalen was. 3. Hij heeft een gezin op het zendingsveld grootgebracht. 4. betekend dit dat hij dacht dat ik van plan was, niet in de Bijbel te geloven, een geloofsverklaring te ondertekenen waarin ik zeg dat ik dat wel doe, het veld in ga, een taal ga leren, een schrijfsysteem maak, en voor hen een Bijbel ga vertalen die ik zelf niet geloof? en dit doen met een rein geweten? Hoe is deze man een SIL-vertaler geworden? Wat is er aan de hand, dat een niet-gelovige een vertaler is? En ik begon me af te vragen: Wie nog meer is een niet-gelovige die een SIL-vertaler is? Wat ga ik op het zendingsveld vinden, en wat verwachten ze dat ik ga doen?”

Een van de belangrijkste leden van SIL die met Cameron Townsend werkten, was Eugene Albert Nida, die de methoden van bijbelvertaling drastisch zou veranderen, en de Oecumenische betrekkingen met Rome aanzienlijk zou laten vorderen.

Dit gaat terug tot Eugene Nida, en zijn ontmoeting in 1954

met vertegenwoordigers van de Katholieke kerk, en sprak over het bouwen van bruggen zodat je het vertaalwerk samen kunt doen, verschillende officiële bijeenkomsten hebben onderweg plaatsgevonden, de paus en het Vaticaan en de kardinalen die het idee beamen in Vaticaan 2, zeggend dat het oké is om met de gescheiden broeders te werken, ‘we werden niet eens ketters genoemd op dat punt’, we zijn gewoon gescheiden broeders, je kunt met de gescheiden broeders werken om bijbelvertalingen te produceren. En nogmaals, de kampioen hiervan, ze waren zo opgewonden over zijn benadering hiervan dat ze Eugene Nida vroegen naar de jezuïetenschool in Rome te komen en Bijbelvertaling te onderwijzen.

Eugene Nida was de meest significante man voor bijbelvertaling in de twintigste eeuw. Hij was die man die deze zogenaamde wetenschap in bijbelvertalingen bedacht, waarin zij dachten dat ze alle andere groepen voorbijgingen, de vertalers werden zelfs verteld, ‘kijk dit is niet Christelijk, het is zelfs niet Katholiek, omdat het slechts het woord van God is, wetenschappelijk vertaald.

Nida werkte jarenlang met SIL en Wycliffe Bible vertalers, maar in 1953 was er een scheiding van wegen in een tijd van conflict binnen de organisatie over het onderwerp van de onfeilbaarheid van de Schrift, sommigen geloven dat het deze kwestie was dat Nida’s aftreding veroorzaakte.

Dr. David Brown:

“Ik geloof dat een van de redenen waarom hij Wyicliffe en Summer Institute of Linguistics verliet, hoewel hij nog steeds met hen bleef samenwerken, maar hij verliet zijn positie, was dat hij de doctrinaire verklaring niet kon ondertekenen, dit is mijn persoonlijke geloof, dat hij de doctrinaire verklaring niet kon ondertekenen, hij werd ongemakkelijk, want toen hij voor het eerst begon, hoefden de mensen die in de leiding zaten de leerstellige verklaring niet te ondertekenen waarin stond, dat je gelooft dat de Schrift het woord van God was in de oorspronkelijke geschriften. ”

Maar in 1953, hetzelfde jaar dat Nida aftrad, moesten alle leden de verklaring ondertekenen, de kwestie creëerde wat alleen kan worden genoemd een complexe controverse bij Wycliffe en SIL. In 1955 Cameron “Townsend klaagde dat hij had gewenst dat de ’theorie van inspiratie’ überhaupt nooit was ontstaan.”

Ondanks deze conflicten was het werk van Eugene Nida pas net begonnen. Wat er gebeurde was toen hij daar wegging en met de aanbeveling van enkele mensen uit Wycliffe gaat hij naar de American Bible Society (het Amerikaanse Bijbelgenootschap) en daar wordt hij hun hoofd van vertalers, dus sturen ze hem naar plaatsen, en wat doet hij? Hij vertelt de vertalers, jullie moeten stoppen met letterlijk vertalen.

Op basis van zijn theorieën over taal ontwikkelde Nida een nieuw systeem voor het ontwikkelen van moderne Bijbels. Eugene Nida was de kampioen van wat bekend werd als ‘dynamische equivalentie’, en dit is een vertaalmethode, een nieuwe vertaalmethode die is gebaseerd op een nieuwe doctrine.

Voorafgaand aan Nida gaven mensen op zijn minst lippendienst aan het idee dat God de woorden had geïnspireerd, en dus als je van de ene taal naar de andere vertaalt, is het jouw taak om de woorden die God gaf in het Grieks en Hebreeuws en deze in die taal om te zetten, het equivalent van die woorden in de andere taal.

Maar Nida was een groot voorstander van het idee van ‘concept-inspiratie’, dat God geen woorden inspireerde, maar alleen ideeën. Dus Nida leerde dat in plaats van de woorden te vertalen, we de ideeën achter de woorden moeten vinden, en dan die ideeën moeten vertalen naar de woorden in die taal.

Nida argumenteerde dat degenen die de neiging hadden om de Bijbel woord voor woord te vertalen, schuldig waren aan ‘het aanbidden van woorden meer dan het aanbidden van God’. Hij zei: ‘Ik besloot dat we de Schrift moeten benaderen alsof het de boodschap is en proberen de betekenis ervan te geven, niet alleen maar door de woorden te herhalen.’

Dus ze zeggen: ‘We nemen alleen de betekenis’, nou, je neemt jou eigen interpretatie van de betekenis. Echte Bijbelvertaling vertaalt de woorden die God gaf, en dan moeten jij en ik bedenken hoe we ze moeten interpreteren, en we kunnen verschillen hebben als we dat doen, maar de woorden zijn de autoriteit. En nu hebben we ideeën, nou, wie beslist wat de ideeën achter die woorden waren?

Nida was beïnvloed geraakt door een doctrine genaamd ‘Neo Orthodoxie’, een grappig klinkend woord, maar wat het werkelijk betekent is dat de Schriften niet geïnspireerd zijn, maar de Schriften inspireren de lezer, zoals hij het zei, een manier om het samen te vatten is: ‘de Schrift zijn geïnspireerd omdat ze mij inspireren’ dus wat hij enige tijd in zijn studententijd geloofde, ik bedoel, ik weet niet precies wanneer het gebeurde, maar hij begon te geloven dat als je hetzelfde gevoel zou kunnen oproepen in een lezer, van een andere cultuur, van wat hij beweert dat de oorspronkelijke bijbellezer voelde, dat dat inspiratie was.

Nida zijn leringen hadden ook een grote impact op een andere man genaamd Kenneth L. Pike, die de president van SIL zou worden en een leidend internationale figuur in de taalkunde.

Kenneth Pike was een sterke bijbelgelovige op een bepaald moment, lang lang geleden in 1936-37, hij geloofde zelf dat Nida de verkeerde kant op was gegaan, Ken Pike schreef aan zijn superieuren deze woorden: ‘het territorium van de Duivel heeft een claim gemaakt en heeft een jongen in slavernij gelaten’. Maar daarna trok Nida, Ken Pike mee in dit hele concept van taalkunde en wetenschap en zo, en tegen de tijd dat hij promoveerde, werd hij een diepgaand gelovige in ‘bijbel twijfelen’, tot het punt dat, toen hij de ontwikkelingen zag van Eugene Nida over de jaren heen, schreef hij: “Nida heeft de allergrootste bijdrage geleverd aan bijbelvertalingen in de afgelopen tijd”, en toen zei hij: “Hij heeft het letterlijke ‘woord-voor-woordvertalen’ vastgegrepen, en het kapotgeslagen.”

Na zijn dood in 2011 verklaarde ‘Christianity Today’ dat: “Eugene Nida’s invloed is terug te vinden in de meeste Christelijke gezinnen, en meer specifiek, in hun bijbels, zijn dynamische equivalentie’s benadering wordt door veel moderne versies gebruikt.”

In aanvulling op het overtuigen van vertalers om af te zien van woord-voor-woordvertalen, speelde Nida samen met Cameron Townsend ook een belangrijke rol bij het bevorderen van oecumenische relaties met Rome in overeenstemming met de ideeën van Vaticaan 2.

Video van Vatican Council 2:

“Samen met Katholieke prelaten zijn er wel honderd waarnemers van andere religies ”

Het was Nida die hielp bij het organiseren van het comité van geleerden dat het ‘United Bible Societies Greek New Testament’ samenstelde. Op een zeldzame foto is Nida hier afgebeeld naast de jezuïet Carlo Martini. Het was Martini die Nida uitnodigde om zijn methodes te onderwijzen op een jezuïetenuniversiteit in Rome.

Eugene Nida werd vanaf 1971 elk jaar uitgenodigd voor een aantal weken om een hele klas les te geven in vertaalwerk aan jezuïeten. Hij wordt uitgenodigd als hulp-professor aan het jezuïeten-pauselijke bijbelinstituut in Rome, dezelfde man die de Protestantse vertalers opleidt, gaat naar het pauselijk instituut van de Jezuïeten en leidt de studenten daar op in vertaalwerk.

Op een dag vertelt Nida zelf in zijn autobiografie, hij werd benaderd door een Jezuïet bij het pauselijke bijbel Instituut en zei: “Jij doet het meest belangrijke ding wat er sinds de Reformatie is gebeurd” Dat had een rode vlag moeten doen opsteken … als er een Jezuïet komt en zegt: ‘jij hebt het belangrijkste gedaan sinds de Reformatie’. Het gene jij jezelf zou moeten afvragen is: “ Wat heb ik verkeerd gedaan! ”.

Het Nida Institute voor bijbelwetenschap gaat vandaag door via de American Bible Society, een vertegenwoordiger van het Nida’s Institute geeft ook elk jaar les aan de Jezuïetenuniversiteit in Rome, maar degenen die zich zorgen maken over de oecumenische methodes van het bijbelvertalen, twijfelen aan de resultaten, aangezien het proces inhoudt dat anderen niet beledigd worden door de vertaling.

Wat moet je met een bijbel doen om ervoor te zorgen dat iedereen het er mee eens is? Een voorbeeld van een oecumenisch middenweg is de Revised Standard Version uit 1952, het oud-testamentische comité bevatte ook een ongelovige joodse geleerde Harry M. Orlinsky wiens betrokkenheid een opschudding veroorzaakte over het boek Isaiah.

Dus als je leest in Isaiah 7:14 waar het gaat over een maagd die een kind zal hebben, en Matthew (Matthéüs) de apostel onder inspiratie van de Heilige Geest vertaalt het rechtuit als maagd, nou, deze Joodse vertaler wil niet dat er ‘maagd’ staat. Dus er staat alleen ‘jonge vrouw’, dat was het begin ervan. Wat onvoorstelbaar was dat Ken Pike, die het hoofd van SIL was op dat moment, hij zei: “dit is geweldig, wat hij nu zag, deze liberale vertalers vertaalden veel beter dan conservatieve vertalers die hij had gekend.”

De oecumenische beweging die begon met Vaticaan 2 heeft zich over de hele wereld verspreid en wordt vaak gedreven door verenigingsinspanningen rond de Bijbel, zelfs het museum gewijd aan de nagedachtenis van William Tyndale in Brussel biedt nu een oecumenische Bijbel. (NBV)

Ja, dit is de ‘Nieuwe Bijbelvertaling’ NBV die zowel door de Katholieken als Protestanten wordt gebruikt, zij werkten samen en wordt geproduceerd door het Nederlands bijbelgenootschap in Nederland. De United Bible Society? Ja, The United for Bible Society. En werkten Katholieken en Protestanten hier samen aan? Ja, zeker.

Nu heeft het Vaticaan dankzij Eugene Nida een officiële overeenkomst gesloten met de United Bible Societies (Verenigde Bijbelgenootschappen) sinds 1967, is dat waar?

Ja, en het begon al vóór die tijd, onofficieel, maar vanaf dat moment was er een officiële overeenkomst, en in 1979 was de officiële Griekse tekst van de Rooms-katholieke kerk ook de tekst van de United Bible Societies (Verenigde Bijbelgenootschappen), wat betekend dat je nu een één-wereld Griekse tekst hebt. “Behalve een handjevol van ons die niet zijn aangemeld bij het programma”, maar zij zouden het presenteren als de één-wereldse Griekse tekst waar iedereen het over eens is, dus Rooms-katholieken, de United Bible Society, de American Bible Society, het Nederlands bijbelgenootschap, bijna elke Nationale Bijbel Genootschap over de hele wereld is het eens over dezelfde Griekse tekst, dezelfde Hebreeuwse tekst voor vertaling, dus vanaf 1979 hebben we officieel een één-wereld-bijbel officieel goedgekeurd door de Rooms-katholieke kerk en de paus in het Grieks en Hebreeuws. En dus de nieuwe vertalingen die daaruit voortkomen zullen een grote eenheid hebben, ongeacht de taal waarin ze zijn, dus ik weet dat mensen het hebben over: ‘jongens, we gaan naar een één-wereld-bijbel’ we er niet naartoe, we hebben er een sinds 1979.

Sommigen geloven dat het concept van één-wereld-bijbel uitmaakt van het plan van de Jezuïeten om de mensheid uiteindelijk te verenigen onder één wereldreligie.

Kijk, de Jezuïeten deden altijd weer iets nieuws om de Katholieke kant open te houden voor de Protestanten en ze plaatsten altijd de meest intellectuele, de meest gemoedelijke mensen in die posities, ze zijn aanlokkelijk, je wilt bij hen zijn, je zou het niet erg vinden om een etentje te delen en omgaan met hen, dat is het soort persoon dat de Jezuïet is.

De Jezuïeten waren het cement en het vet en al het andere dat nodig was, inclusief de smerige trucs om één-wereld-bijbel te maken voor één-wereld-religie.

Frank Logsdon

Misschien wel het meest dramatische hoofdstuk van de nieuwe bijbelbeweging is de getuigenis van dr. Frank Logsdon, een voormalig pastoor van de Moody-kerk in Chicago in de jaren 1950. Logsdon beïnvloedde de ontwikkeling van de New American Standard Bible, hij had zijn vriend geadviseerd Dewey Lockman bij het streven naar de vertaling, maar kreeg er later spijt van.

Zijn getuigenis werd opgenomen net voor zijn dood in 1987. Logsdon zei: “Hij begon aan een haalbaarheid’s rapport en ik moedigde hem aan om ermee door te gaan. Ik ben bang dat ik in de problemen ben bij de Heer. Ik moedigde hem aan om ermee door te gaan. We legden de basis, ik schreef het format, ik hielp met het interviewen van een aantal vertalers, ik zat bij de vertalers, ik schreef het voorwoord, als je de New American Standard ziet, zijn dat mijn woorden.

Nou, toen ik mijn exemplaar kreeg, ik heb er nooit echt naar gekeken, ik nam het voor vanzelfsprekend aan dat het was gedaan zoals we ermee waren begonnen, weet je, totdat een paar van mijn vrienden door het land hoorden dat ik er een deel in had, en ze begonnen met zeggen: Hoe zit het met dit? Hoe zit het met dat? Hoe zit het met hiermee? jij had er hier deel aan, hoe zit het hiermee? En ik kwam op het punt dat ik zei tegen Anne, ik zit in de problemen, ik kan deze argumenten niet weerleggen, het is verkeerd, het is vreselijk verkeerd, het is verschrikkelijk fout. En wat ga ik eraan doen? Wel, ik heb mijn hart ongezocht, diep in mijn ziel gezocht gedurende ongeveer vier maanden, zo ongeveer, ik denk ongeveer vier maanden, en ik ging zitten en schreef de moeilijkste brief van mijn leven, denk ik. En ik schreef aan mijn vriend Dewey, en ik zei Dewey: ik kan de kritiek die ik hoor niet langer negeren. En ik kan ze niet weerleggen. Het enige wat ik kan doen, en beste broeder, ik heb niets tegen jou, en ik kan getuigen op de rechterstoel van Christus en voor de mensen waar ik ook ga, dat jij honderd procent oprecht was. Hij is niet geschoold in taal of zoiets, hij is gewoon een zakenman. Hij promootte, hij had het geld – hij promootte. Dus ik zei dat hij het consciëntieus deed – hij wilde het absoluut goed – hij dacht dat het juist was. Maar desondanks, zei ik dat ik mij bij God moet afzweren van elke gehechtheid aan de New American Standard.”

Logsdon geloofde dat de vertaling zelf eerlijk was gemaakt, maar dat het echte probleem lag bij de onderliggende Griekse tekst die kon worden herleid tot Westcott en Hort.

Logsdon: “Nou, tot die tijd dacht ik dat ‘Westcott en Hort’ de tekst was, je was intelligent als je in de Westcott en Hort tekst geloofde. Verschillende van de beste mensen ter wereld geloven erin, in die Griekse tekst. Ze zijn de beste leiders die we vandaag hebben, het zou je verbazen, als ik het je vertelde, zou je het niet geloven. Ze hebben er niet naar gekeken, net zoals ik er niet naar had gekeken, gewoon voor vanzelfsprekend aangenomen.”

Echter hoorde Logsdon van de geheimhouding’s-praktijk van Westcott en Hort en hun misleiding door de Ontvangen tekst te vervangen door hun eigen tekst.

Logsdon: “En ze lieten die mannen zweren dat ze geheim zouden houden en niemand zouden vertellen over de tekst die ze gebruikten tot nadat het boek uitkwam. Bang, denk ik, dat ze gestopt zouden worden, dat de koning van Engeland, of iemand anders hen zou verhinderen. Tweemaal weigerde de Britse royalty ook maar iets te maken te hebben met de herziening van 1881. Hoe dan ook, het was bedrog waarmee het begon. Hun eigen tekst was nog niet eens gepubliceerd. Het had de keuring van het publiek niet doorstaan. Dus de 1881 is daarop gebouwd.”

Logsdon sprak vervolgens zijn vertrouwen uit in de geleerdheid en het geloof van de vertalers achter de Authorized Version (KJV 1611). Logsdon: “Er zijn plaatsen waar ik geloof dat de Geest van God de vertalers van de Authorized Version leidde – en lees jij hun biografieën! Het waren machtige mannen van God – brengen wel vijf uur per dag door in gebed. En sommigen van hen spraken zo’n 20 talen. En het was voordat het modernisme de lucht vervuilde, en hun aandacht werd nog niet afgeleid door zoveel andere dingen, zoals televisie, enzovoort. Zij waren mannen van God.”

Misschien wel het meest verontrustend, Logsden is van mening dat de leden van de jezuïeten-orde vanaf het begin hadden gewerkt om de Ontvangen tekst te ondermijnen, hij ging zelfs zo ver om te beweren dat dit een van de belangrijkste redenen was waarom de compagnie was opgericht door Ignatius Loyola.

Logsdon: “Weet je wat één van de belangrijkste redenen is waarom de jezuïeten onder Ignatius Loyola zijn ontstaan? Hun belangrijkste project was om de Erasmus-tekst te vervangen, op de een of andere manier uit de weg te ruimen – hem gewoon ondermijnen. Ze zeiden, om de Erasmus-tekst te vervangen zullen we onze mannen plaatsen in Protestantse seminaries, in Protestantse bijbelscholen, we zetten ze in onderwijsposities, in seminaries, we zullen ze op de preekstoelen van kerken krijgen en ik weet zeker dat er sommigen in preekstoelen van kerken staan. Om wat te doen? Het hele doel over de hele wereld is om de Erasmus-tekst te vernietigen, en hier kwam uiteraard de Authorized Version uit voort (KJV 1611) kwam vanuit de Erasmus-tekst.”

In de afgelopen eeuwen streden de heiligen tegen het verraad en het bloedvergieten van Rome en haar contra-Reformatie, maar in het hart van het conflict was een aanval op de Bijbel als het onfeilbare woord van God.

Sommigen geloven dat de aanval gemanifesteerd was in het werk van Westcott en Hort, maar in de moderne tijd zijn er conservatieve leraren die de Kritische theorie verdedigen en nog steeds beweren te geloven in de onfeilbaarheid van de Schrift.

Tekstcriticus Dr. James White: “De zogenoemde Moderne Kritische Theorie waar ik aan vasthoud, daar hou ik aan vast als onfeilbaar.”

Maar met alle tegenstrijdigheden in de Kritische tekst, is deze opvatting dan nog consistent? Of leidt het tot een onverdedigbare conclusie.

Dr. Daniel B. Wallace van Dallas Theological Seminary wordt soms een moderne Tischendorf genoemd en wordt beschouwd als een van de belangrijkste conservatieve verdedigers van het Nieuwe Testament. Maar in een artikel met de titel ‘Vijftien Mythen over Bijbel Vertaling’ dr. Wallace stelt: dat het een mythe is dat de Bijbel de exacte woorden van Jezus Christus vastlegt.

Hij zegt: “Geleerden zijn niet zeker van de exacte woorden van Jezus. Oude historici waren bezorgd om ‘de kern’ van wat iemand zei, maar niet noodzakelijk de exacte bewoording. In werkelijkheid, hoewel rode letteruitgaven van de bijbel de gelovigen komfoor kunnen geven dat zij de echte woorden van Jezus hebben in alle gevallen, dit is een valse troost.”

Als dr. Wallace gelijk heeft en het Nieuwe Testament niet de exacte woorden van Jezus bevat, hoe kunnen Christenen dan de specifieke leringen van Christus verdedigen? Jezus zei:

John 12:47 And if any man hear my words, and believe not, I judge him not: for I came not to judge the world, but to save the world.

John 12:48 He that rejecteth me, and receiveth not my words, hath one that judgeth him: the word that I have spoken, the same shall judge him in the last day.

Maar hoe kan een man verantwoordelijk worden gehouden voor de woorden van Jezus Christus als hij niet zeker weet wat ze precies zijn?

Maar in het Nieuwe Testament werd de belofte om de woorden van Christus te kunnen bewaren aan de apostelen gegeven, Jezus zei:

John 14:26 But the Comforter, which is the Holy Ghost, whom the Father will send in my name, he shall teach you all things, and bring all things to your remembrance, whatsoever I have said unto you.

In een commentaar op de Schrift zei Dean John Burgon: ‘Voordat onze Heer in de hemel op genomen werd zei hij tegen zijn discipelen dat hij hun de Heilige Geest zou sturen die zou voorzien zijn plaats en voor altijd verblijft met zijn kerk. Hij beloofde daarbij dat het werk van de inspirerende Geest, niet alleen in hun herinnering zou brengen alle dingen die hij hun had verteld, maar ook om zijn kerk in al de waarheid te leiden. Ik kan absoluut niet geloven, (even in het kort), dat God’s belofte zo volkomen mislukt is dat aan het einde van 1800 jaar een groot deel van de tekst van het Evangelie in feite door een Duitse criticus uit een prullenbak moest worden gehaald in het klooster van st. Catherine, en dat de hele tekst moest worden hermodelleerd naar de patronen van een paar exemplaren die genegeerd zijn gebleven gedurende vijftien eeuwen lang.”

Net als Dean Burgon zijn veel moderne verdedigers van de Traditionele tekst het erover eens dat de belofte van God niet heeft gefaald, maar de vraag blijft? Werd de Kritische tekst ontwikkeld als een meer zuivere versie van de Schrift, of met het doel om het geloof in de Bijbel systematisch te vernietigen, zodat de mensheid op een dag verenigd zou worden in één-wereld-religie en geregeerd zou worden door de persoon die in de Schrift bekend staat als ‘de man van zonde’.

Wordt vervolgd in …

Deel Vier:

“Antichrist: De Verloren Doctrine”

Bridge To Babylon – Rome, Ecumenism & The Bible

Een lamp in het duister: De onvertelde geschiedenis van de Bijbel – Deel 3

– Transcript

Bridge To Babylon – Rome, Ecumenism & The Bible

Een lamp in het duister: De onvertelde geschiedenis van de Bijbel – Deel 3

– Transcript

Deel 3

The Great Revision

Through the Middle Ages the men who loved the Bible and believed it to be the very word of God struggled for centuries to see the sacred scripture translated into the languages of the common people.

In England the great climax of their effort was the publication of the King James Bible in 1611 but nearly 300 years later, what was known as the Authorized Version would be dramatically revised by a committee of English scholars as a result of the discovery of the codex sinaiticus, in 1859, and with it the publication of the Vatican’s Greek Bible known as the Codex Vaticanus.

In 1870 a revision committee came together led by two scholars named Brook Foss Westcott and Fenton John Anthony Hort. These men were determined not only to revise the English words of the Authorized Version (KJV) but also the underlying Greek text.

In the century that would follow the changes they made and the reasons why they made them would spark some of the sharpest controversies in a modern church.

As they perpetrate the lie that the Vatican manuscript the Sinai manuscript are the oldest and the best. They also formulated the theory that the churches throughout all these centuries had a corrupt text to scripture and that only now could the pure text of Scripture be recovered primarily because of the discovery of Vaticanus and the discovery of Sinaiticus and of course if those two manuscripts are not sound their entire theory is gone.

These men were I think co-liberals and apostates and they had more to do with changing the world to the wrong Greek text than any other to, or any other man before them.

The work of Westcott and Hort was opposed by nineteenth-century British scholar Dean John W. Burgon. After studying their revised version of the Bible he confronted their changes in his own work titled ‘The Revision Revised’. Burgon wrote that the revision of 1881 was inaccurate and said it: “exhibits defective scholarship in countless places”. He openly declared that Westcott and Hort had created a ‘new Greek text’.

Burgon wrote that: “It is the systematic depravation of the underlying Greek which does so grievously offend me. For this is nothing else but a poisoning of the River of Life at its sacred source. Our Revisers (with the best and purest intentions, no doubt)…, stand convicted of having deliberately rejected the words of inspiration in every page, and of having substituted for them fabricated readings which the church has long since refused to acknowledge, or else has rejected with abhorrence, and which only survived at this time in a little handful of documents of the most depraved type.”

The theory of Westcott and Hort was that the greater body of Bible manuscripts which number in the thousands were somehow corrupt and that the more accurate readings were to be found in just a few copies that were supposedly older and more reliable.

Westcott and Hort’s contribution was that they were able to academically build a theory which allowed them to ignore 95% of the manuscript evidence so that they could create the the Greek New Testament that they used in 1881.

As a result Dean John Burgon would declare that: “The ‘revision’ of 1881 must come to be universally regarded as – what it most certainly is: the most astonishing, as well as the most calamitous literary blunder of the age.

Another scholar F.H.A. Scrivener served on the committee with Westcott and Hort, he voiced many objections to their theory and their conclusions. In the end he was so troubled by their work that he eventually published his own rebuttal, he said: “Dr. Hort’s system is entirely destitute of historical foundation. We are compelled to repeat it emphatically as ever, our strong conviction that the hypothesis to whose proof he has devoted so many laborious years, is destitute not only of historical foundation, but of all probability.”

Westcott and Hort, coming to the forefront, they clandestinely secretly put together this new Greek text that’s based on the corrupt texts of the Vatican, it’s based on the corrupt texts of Sinaiticus, and is based on, you go back to Griesbach, they used Griesbach his unitarian text as well.

Johann Jakob Griesbach was a 19th century german scholar who is often called the father of modern textual criticism. Westcott and Hort declared that the name of Griesbach was, quote: “A name we venerate above that of every other textual critic of the New Testament.”

Scrivener wrote that their new textual theory was built upon the thinking of Griesbach as well as other textual critics who presented alternative views to the traditional Greek text.

“The germ of this theory can be traced in the speculations of Bentley and Griesbach, but there is little hope for the stability of their imposing structure. If its foundations have been laid on the sandy ground of ingenious conjecture.”

The conjecture Scrivener referred to had to do with the theory of dr. Hort who claimed that sometime, between 250 and 350 A.D. the original texts of the Bible were deliberately altered by certain church leaders at Antioch in ancient Syria, this was supposedly followed by a second revision that took place later on. During these revisions, words and verses were supposedly added to the Bible and resulted in the longer readings which are found in the Textus Receptus or the traditional text used by the Reformers. Hort argued that codex Vaticanus and Sinaiticus contained shorter readings overall because they had not been contaminated by this alleged revision process at Antioch.

Scrivener argued that Hort’s theory was completely imaginary: “Of this twofold authoritative revision of the Greek text not one trace remains in the history of Christian antiquity.”

He doesn’t give a reference or quotation from anybody operating at that period of time, he just theorizes and because he theorizes it’s true.

And then they said when they had this in 250 or 350 A.D. , which is false there was no such convocation, no historical evidence, Dean Burgon says if this were such a tremendous occurring and happenstance they would have them in papers and autobiographies and records and historical books, there’s nothing about this.

Dean Burgon also argued that Westcott and Hort defied the original instructions for the revision which required that they abstain from all but necessary changes. He further claimed that they had secretly introduced their new Greek text to form the foundation for the New Revision. Burgon: “I traced the mischief home to its true authors, doctors Westcott and Hort, a copy of whose unpublished text of the New Testament (the most vicious in existence) had been confidentially and under pledges of the strictest secrecy placed in the hands of every member of the revising body.”

What they did was to put into the hands of every one of these revisers, he put in their hands a different text, their text that they’ve been working on for eleven years and they said: now under no conditions, and in no circumstance will any of you men on this committee tell anybody you have a different Greek text, they forced upon it in secret.

According to Dean Burgon, Westcott and Hort had already created their new Greek text and then began to convince the committee to accept it. Hort himself is said to have been the decisive leader in promoting the historical theory behind it.

Burgon writes: “The revisionists had, in an eagle our, surrendered themselves to dr. Hort’s guidance.”

Yet the question remains: Why would Hort develop such an implausible theory? and then insist upon using it to alter the original Greek text of a New Testament. Some believe the answer is found in a letter he wrote as a young scholar.

He made the statement at the age of 23, in 1851. He wrote to a friend, he said: “I had no idea to the last few weeks of the importance of texts, having read so little Greek Testament and dragged on with the villainous Textus Receptus, think of that vile Textus Receptus leaning entirely on late manuscripts.” That’s where he begin and he just held to that throughout his life, 23 years old, hadn’t read much Greek Testament, comes to that. I think you can see an enemy had done this, to use the quote from Mark, and the parable of the wheat and tares, an enemy has done this.

But why did dr. Hort hold to such a hostile view of the traditional Greek text, and was he really an enemy of the Bible? After Westcott and Hort died their private letters were published and shed light on some of their beliefs. Hort appears to have capped his own doctrinal views secret while working with Westcott on the new Greek text fearing that it might be rejected because of his heretical views.

Writing to Westcott, in 1861, Hort said: “Also – but this may be cowardice – I have a sort of craving that our text should be cast upon the world before we deal with matters likely to brand us with suspicion. I mean a text issued by men already known for what will undoubtedly be treated as dangerous heresy will have great difficulty in finding its way into regions which it might otherwise hope to reach. Of course I felt this doubt all along, but made it give way to the necessities of our joint plan.”

The joint plan was a series of essays they intended to publish which dr. Hort believed would reveal their unorthodox views.

Westcott and Hort were very symbolic of a movement in the Church of England that was not Protestant in sympathy, it was not evangelical, it did not represent anything that the better part of the Church of England represented.

To understand the historic context of their writings it is important to know the environment that Westcott and Hort lived in in the 19th century.

It was an era driven by what was known as the Oxford movement. The Oxford movement was primarily to bring the Anglican Church if at all possible back under the authority of Rome.

The Oxford movement was a 19th century manifestation of the Jesuits Counter Reformation. In 1850, historian Thomas Carlyle, referred to this era as ‘the age of Jesuitism’. He went on to describe: “the wretched mortal, known among men as Ignatius Loyola the founder of the Jesuit Order, dedicated to overturning the Protestant Reformation.

Carlyle said: “ to me he seems historically definable, he more than another as the poison-fountain from which these rivers of bitterness that now submerge the world have flowed.”

During the Oxford movement the Jesuits and Romanist were believed to have infiltrated Protestant churches throughout England.

This political cartoon from 1850 shows pope Pius the ninth along with Cardinal Wiseman attempting to break into a church. The Anglo Catholics were known as Ritualists and Tractarians.

Some of their teachings about the Bible are described in the book the secret history of the Oxford movement, by Walter Walsh. They staunchly opposed the Protestant doctrine of ‘Sola Scriptura’ meaning: by scripture alone. Against this the Ritualists taught that: “The Bible is not the sole and only Rule of faith.”

They further declared: “Nor is it any infringement of the reverence due to the Bible, to declare openly and distinctly that Bible Christianity is an invention of the Devil.”

And “Our Blessed Lord did not intend any written document to be the basis of the Faith He founded.”

Perhaps most significantly they said: “If a man’s faith is pinned to a document, and that document be proved to have flaws in it away goes his faith.”

One of the major members of that Oxford movement was John Newman, Newman was a major writer of the tracks that appeared at that time in an attempt to gradually influence the Anglicans to come back under the authority of Rome, they were fairly successful, they had 150 men who came back under the authority of Rome.

In his writings, Hort often wrote about John Henry Newman. Newman had been an Anglican minister who initially preached against Rome but then gradually began to preach in its favor until he finally converted and became a Catholic priest. Hort comments on Newman with both criticism and admiration.

He once said: “You must have misunderstood me about Newman. Many of his sayings and doings I cannot but condemn most strongly. But they are not Newman and him I all but worship. Few men have been privileged to be the authors of such in incalculable blessings to the world.”

When speaking about another author, Hort wrote: “The leading man is dr. Nevin, I can compare him to no one but Newman, and higher praise it would be difficult to give.”

Once when writing to Westcott, he said: “The perfect clearness and keenness of Newman always gives me pleasure.”

In some places Hort seems to be critical of Newman’s turn towards Rome, but then in a letter to mr. John Ellerton, in the year 1848, Hort would write that: “The pure Romish view seems to me nearer, and more likely to lead to the truth than the Evangelical.”

Hort even went so far as to speak favorably about the worship of Mary and the idea of Mary as co-mediator with Christ: “I have been persuaded for many years that Mary-worship and to Jesus-worship has very much in common in their causes and their results. Perhaps the whole question may be said to be involved in the true idea of mediation, we condemn all secondary human mediators as injurious to the One. But this last error can hardly be expelled till Protestants unlearn the crazy horror of the idea of priesthood.”

Elsewhere Hort confessed himself to be “a staunch Sacerdotalist” Sacerdotalism is the belief that a priest is necessary to act as a mediator between the people and God.

Yet in the New Testament the Apostle Paul declared plainly:

1 Timothy 2:5 For there is one God, and one mediator between God and men, the man Christ Jesus;

1 Timothy 2:6 Who gave himself a ransom for all, to be testified in due time.

Faith in Christ as the sole mediator rather than in Mary or a Catholic priest is the central difference between the Bible based Protestant faith and the religion of Rome.

As the great theologian William Shedd said: Christ has done away with the priesthood because he is the great high priest and is our advocate with the father, Jesus Christ the righteous one. So we don’t need a priest today because Christ brings us to God, he is the great high priest and he is our intercessor and mediator.

And then the false teachings about Mary, Mary is made an intercessor, Mary is now said going to be called a co-redemptrix with Christ, and that, I think, is another great blasphemy to put someone else up in place of the only mediator between God and man the man Christ Jesus.

While favoring certain elements of Romanism, Hort expressed his opposition to the traditional views of evangelical Christians.

In a letter to dr. Roland Williams, in the year 1858, he wrote that: “The positive doctrines even of the Evangelical seem to me perverted. There are, I fear, still more serious differences between us on the subject of authority especially the authority of the Bible.”

Hort seem to be expressing views that aligned with those of Newman and the Tractarians. Both he and Westcott rejected the Evangelical belief that the Bible is the infallible word of God.

Hort once wrote: “I did recognize Providence in bible writings. Most strongly I recognize it, but I am not prepared to say that it necessarily involves absolute infallibility.”

Meanwhile in 1860 Westcott expressed his own doubts, he said: “My dear Hort … I too ‘must disclaim setting forth infallibility’ in the front of my convictions. All I hold is, that the more I learn, the more I am convinced that fresh doubts come from my own ignorance and that at present I find the presumption in favor of the absolute truth – I reject the word infallibility – of Holy Scripture overwhelming.”

During this period, Charles Darwin published his theory on evolution which “challenged’’ the biblical account of the origins of mankind. And indeed called into question the credibility of the Bible as a record of true history.

Darwin himself once professed Christianity at an early age but at some point he turned against it. In his writings he said: “I can indeed hardly see how anyone ought to wish Christianity to be true, for if so, the plain language of the text seems to show that the men who do not believe, and this would include my father brother and almost all my best friends, will be everlastingly punished and this is a damnable doctrine.”

The Origin of Species written by Charles Darwin was released in 1859, and of course is evolution a theory, it certainly is not proven, but when, I believe was Hort obtained the book and read it he wrote to his friend Westcott that he did not see how Charles Darwin’s ‘Origin of Species’ could be refuted.

Hort specifically said he thought Darwin’s theory was unanswerable. He also rejected the Genesis account of the Garden of Eden. Meanwhile in the year 1890, Westcott would write: “No one now, I suppose, holds that the first three chapters of Genesis, for example, if a literal history.

I could never understand how any one reading them with open eyes could think they did.”

Upon reading their correspondence it becomes clear what Hort meant when he spoke of the dangerous heresies he and Westcott held to since their views were a strong departure from Orthodox Christian teaching.

They had problems in every area, where there was ecclesiology, Church doctrine, whether it was Christology, doctrine of Christ, soteriology, doctrine of salvation, they were completely apostate and heretical in all of those areas

Hort even rejected the doctrine that Christ died on a cross as a substitute for the sins of the world: He said: “The popular doctrine of substitution is an immoral and material counterfeit, nothing can be more unscriptural than the limiting of Christ’s bearing our sins and sufferings to his death, but indeed, that is only one aspect of an almost universal heresy.”

Yet because Hort kept his beliefs hidden from public view, the academic world was able to embrace his imaginary theory about the history of the biblical text.

And then after they finished the 1881, that wasn’t enough, they had to sell it, so Hort was the mastermind who wrote an introduction to their Greek text. What Hort did was to falsify information give guesswork and hypothesis, very little evidence, very little documentation, selling this polluted text to the scholarly world, and it worked, all the men except Burgon and a few others in England were convinced that this was the way to go.

Germany took it up, France, Italy, United States of America, Canada, in our school Dallas Theological Seminary dr. Chafer that was convincing there, it went over to Princeton and went over to Southern Baptists in Louisville and A.T. Robertson, it just took the scholarly world by storm but it was based, not on fact but on fiction and guesswork with cleverness.

That Greek New Testament unseated the received text as the basic text of the New Testament.

It would appear that dr. Hort was finally able to undermine what he had called 30 years before ‘that vile Textus Receptus’, yet scholars argue that the ideas Westcott and Hort relied upon did not begin with them.

They didn’t actually invent the text all by themselves, sometimes people give the impression that they worked as independents and all of a sudden out of nowhere they produce this new text.

But if Westcott and Hort did not originate the idea for a new Greek text, where did it come from? 19th century minister Robert L Dabney argued that Evangelical critics had adopted their views from the ‘mint of infidel rationalism’, which he said is: “grounded in the assumption that the Evangelist and apostles were not guided by inspiration.”

In his biography of Dean John Burgon, author Edward Goulburn said that Burgons greatest fight was against the rationalist approach to understanding the Bible.

He wrote that: “Rationalism busies itself industriously with the word of God, to see whether it cannot call in question its certainty, and throw doubt upon its infallibility. The initial question of rationalism, the question by which the Evil One, succeeded in supplanting the loyalty of our first mother to her Creator, was, Yea, hath God said?”

Goulburn clearly believed that the serpent’s questioning of God’s word in the garden was a picture of the skeptical arguments engineered by the rationalist critics who took hold in the Universities of Germany in the 18th century and would dramatically alter the understanding of the Bible, laying the foundation for the revision of Westcott and Hort.

The late dr. Ian Paisley wrote that: “No Bible believer should be deceived by the parading of great names in the field of biblical scholarship, when these very men are but the parrots of the rationalist of another century. The case they present is not their own, but a modern presentation of an ancient heresy.”

Although the Bible says of itself that:

2 Timothy 3:16 All scripture is given by inspiration of God, and is profitable for doctrine, for reproof, for correction, for instruction in righteousness:

The rationalists movement was driven by the belief that the Bible is not inspired, but was the mere invention of ordinary men like any other book of history. They believe miracles and the supernatural should be understood through rational explanation. The attack began at the beginning with a skeptical view of the book of Genesis. In the 17th century a Jewish Dutch philosopher named Baruch Spinoza is often seen as the first man to question the authorship of Moses. Spinoza had been educated by an ex Jesuit priest, he once wrote: “Belief that Moses was the author of the Pentateuch is ungrounded and irrational.”

Spinoza was excommunicated from his synagogue and his work would later be called ‘A book forged in hell’. But his influence would be furthered by a French physician named Jean Astruc who developed a more systematic method of denying the authorship of Moses and would become known as the man who originated sceptical criticism of the Bible.

Astruc was born from a long line of faithful martyrs who had laid down their lives for Christ, yet he turned away from the faith himself and is said to have become a wicked and immoral man.

The Reverend J.M. Coleman wrote that: “Voltaire describes Astruc as ‘miser and debauchee, and possessed with a devil. This was the man who laid the foundation for the destructive criticism of the Bible by his theories of Genesis.”

Astruc his ideas would be picked up by two later theologians named Karl Heinrich Graf and Julius Wellhausen who had developed the theory even further, that Moses did not truly write the book of Genesis.

The Graf/ Wellhausen hypothesis actually came out of Germany, that’s the concept that the Pentateuch was composed of the J.E.D.P. documents, which stands for Jehovah, Elohim, Deuteronomy and Priestly documents, they were all brought together to form the Pentateuch and that Moses didn’t write it in spite what our Lord said, quoting Moses many times in the New Testament and never cast any dispersion on the fact that the law, the Pentateuch was written by Moses.

After years of teaching his critical theories Julius Wellhausen was eventually troubled by the influence of his work upon others when he resigned his professorship, in 1882, he said: “I became a theologian because the scientific treatment of the Bible interested me. Only gradually did I come to understand that a professor of theology also has the practical task of preparing the students for service in the Protestant church, instead, despite all caution on my part, I make my heroes unfit for the office. Since then, my theological professorship has been weighing heavily on my conscience.”

It might be argued that Wellhausen could have avoided his troubled conscience if he had believed what the Bible says about God’s promise to preserve his Holy word.

God has promised to preserve his word, and God preserves his word true people and he puts it upon their hearts, this is the word of God, he put it on their heart with respect to the Canon, they knew that second Peter was in, but Barnabas the Epistle Barnabas was out, and he put it upon their heart with respect to the text of Scripture.

In the Bible the psalmist writes that:

Psalm 12:6 The words of the LORD are pure words: as silver tried in a furnace of earth, purified seven times.

Psalm 12:7 Thou shalt keep them, O LORD, thou shalt preserve them from this generation for ever.

The scripture also says:

Psalm 33:11 The counsel of the LORD standeth for ever, the thoughts of his heart to all generations.

Jesus declared that the word of God is truth.

John 17:17 Sanctify them through thy truth: thy word is truth.

And the scripture tells us:

Psalm 117:2 For his merciful kindness is great toward us: and the truth of the LORD endureth for ever. Praise ye the LORD.

Psalm 100:5 For the LORD is good; his mercy is everlasting; and his truth endureth to all generations.

Psalm 111:7 The works of his hands are verity and judgment; all his commandments are sure.

Psalm 111:8 They stand fast for ever and ever, and are done in truth and uprightness.

In the Book of Isaiah God says:

Isaiah 59:21 As for me, this is my covenant with them, saith the LORD; My spirit that is upon thee, and my words which I have put in thy mouth, shall not depart out of thy mouth, nor out of the mouth of thy seed, nor out of the mouth of thy seed’s seed, saith the LORD, from henceforth and for ever.

And in Isaiah we read that:

Isaiah 40:8 The grass withereth, the flower fadeth: but the word of our God shall stand for ever.

In the New Testament the Apostle Peter wrote to the church saying:

1 Peter 1:25 But the word of the Lord endureth for ever. And this is the word which by the gospel is preached unto you.

Meanwhile Jesus said:

Matthew 24:35 Heaven and earth shall pass away, but my words shall not pass away.

The Critical Theory

Since the time of Westcott and Hort the critical version of the Bible has been presented as a more accurate representation of the original text. But the argument is built upon a series of suppositions that are called into question by those who defend the traditional readings.

And the reasoning usually goes something like this, and you see this all over the critical text debate: well if this is true this must be true, and if this is true that must be true, and if this is true that must be true, and as a result the critical text is superior without ever having improving the first point.

Thus what you are saying is that a lot of what the critical text is based on is more a theory than that it is a historic fact?

It’s more theory and suggestion, and today’s suggestion becomes tomorrow’s established orthodoxy, and your intelligence, it’s what I call the tyranny of the expert, you ask a question they say: ‘Everybody, every intelligent person knows this.’

Well how do they know it? ‘Well of course if you were an intelligent scholarly person you would need to ask that’

So the answer and the defense of things becomes: ‘Well this is what the experts believe, that’s true in evolution, that’s true and global warming, that’s true and a whole lot of thing so every intelligent person knows this so we don’t have to explain it, we don’t have to defend it.”

And the tyranny of the expert says: I’m an expert, my friends are experts, you’re not an expert, so we know.”

And that’s the defense of so many things. And I’ve come to believe, the tyranny of the expert, most of the time is being offered because folks absolutely know there aren’t any facts that support what they’re asserting, and they retreat to that not because they don’t want to take the time to answer a person, they retreat to that because they know there’s no answer.

And you look at the way how many many Bible teachers teach the scripture. It is to go through and say: Okay well this is what it says but a better translation would be, our older and better translations say this, their entire method of bible teaching has been based around asserting critical text readings over majority text.

And if you acknowledge that the critical text isn’t based on the oldest and best, we figured out a long time ago that Vaticanus and Sinaiticus were not the best, people are starting to figure out they’re not the oldest either, or at least particularly with Sinaiticus and maybe with Vaticanus there’s several questions about whether they are as old as people want to think they are.

Concerning Vaticanus and Sinaiticus 19th century scholar Robert L Dabney questioned both their origin and the dates ascribed to them. In fact he asserted that the analysis of both was based on little more than guesswork and speculation, he said: “The grand foundation of the whole is a bundle of conjectures. None of these codices have a continuous, authentic, known history.

This charge is eminently true concerning the age which they are pleased to assign those Greek manuscripts which they recommend to us as most venerable. The Vatican, the Alexandrine, and now the Sinaiticus. It is expressly admitted that neither of these has an extent history. No documentary external evidence exists as to the names of the copyist who transpired them, the date or the place of their writing.

Nobody knows whence the Vatican manuscript came to the Pope’s library, or how long it has been there, Tischendorf himself was unable to trace the presence of his favorite codex in the monastery of St. Catherine by external witnesses higher than the 12th century. Their early date is confessedly assigned them by conjecture.”

In the same manner, George Sayles Bishop, a 19th century minister and critic of Westcott and Hort, questioned the dating of the chief manuscript, the codex Vaticanus, which was first discovered in the Vatican Library in the year 1475, how it got there is unknown.

In the sixteenth century, the Codex was recommended to Desiderius Erasmus by the Vatican’s librarian at the time, who wished to prove that it was closer to the readings of the Latin Vulgate, but Erasmus rejected it because he believed that the Codex Vaticanus had been somehow altered or tampered with after the Council of Florence in 1435.

“An Account of the printed text of the greek New Testament” By Samuel P. Tregelles. P22

“This was apparently suggested to have been a secret agreement of that council.”

The manuscript was hidden away for centuries until it was taken by Napoleon to Paris, in 1809, only to be returned to the Vatican in 1815, but during its time in Paris, a Roman Catholic scholar named Johann Leonhard Hug examined it and then published a tract: “On the antiquity of codex Vaticanus” in which he dated the manuscript to the fourth century.

Of this George Bishop wrote that: “Professor Hug labored to prove that the Vatican was written in the early part of the fourth century, but Bishop March puts it two centuries later.”

The Vaticanus is also called codex B, Bishop went on to say: “B is said to be older. Well, it may be older, because less trustworthy, less used, and so not worn out. Or it may not be older. It is first mentioned anywhere, in 1475, not fifty years before the Reformation. That is a pretty young document to claim to be lord over 1100 documents, many of which may have been for all we know, a thousand years old.” ‘Oh but it is written in great capitals, and it has divisions into paragraphs such as documents had in Eusebius his time.’ “Yes, and what is there to prevent men from imitating a manuscript of Eusebius his time, and writing it large and for a purpose?”

The Codex Vaticanus is important because it forms the very foundation of the critical text. According to Dean Burgon, Westcott and Hort developed their theory in such a way that the Vatican’s manuscript would become the chief of all Greek manuscripts in the world.

In his explanation of Westcott and Hort’s theory, Dean Burgon said the following: “Thus then, at last, the end of exactly 150 weary pages, the secret comes out! The one point which the respected editors are found to have been all along driving at, the one aim of those many hazy disquisitions of theirs about ‘intrinsic and transcriptional probability’, the one reason of all their vague terminology, – and of their baseless theory of ‘conflation’ and of their disparagement of the fathers, the secret of it all comes out at last! All is summed up in the curt formula – Codex B!”

Burgon went on to say that Westcott and Hort’s theory required that all other materials on the Bible, copies, father’s and versions, were: “All to be ruthlessly sacrificed,” he said “on the altar … of — Codex B.”

In other words, all other materials must be made to conform to the Vatican’s Greek Bible, Codex B, or the Codex Vaticanus. According to Burgon that was the theory of Westcott and Hort in a nutshell.

Yet the prominence of Vaticanus is largely based on paleo graphical analysis, Paleography is the study of ancient writings used to authenticate and to assign dates to ancient manuscripts that come from unknown origins. Incredibly the practice itself was developed by the Roman Catholic Church as part of the counter-reformation.

Writing on the history of paleography James W. Thompson former president of the American Historical Association, wrote that: “The impetus for articulation of a method of proving the authenticity of documents came from doctrinal conflicts of the Reformation and counter-Reformation.” he said “Rome was compelled to fight history with history. Since the Reformation was an appeal to history, the counter-Reformation was forced to use the same instrument.”

Thompson explained that the key founders of paleographic analysis were two Benedictine monks, the first was Jean Mabillon who developed Latin paleography, in the 17th century. His successor Bernard De Montfaucon would then develop greek paleography in the early part of the 18th century. In fact it was Montfaucon’s work that was embraced by Constantine von Tischendorf in his quest for ancient manuscripts.

Author James Bentley tells us that: “In the field of Greek manuscripts, Tischendorf obtained a work by another famous Benedictine monk, Bernard De Montfaucon, which in 1708 virtually created the study of Greek and Byzantine paleography.”

Was it merely coincidence that the Roman Church developed a system of evaluating Greek manuscripts so that eventually the pope’s Bible once rejected by Erasmus would be declared the number-one Greek Bible in the world, and in the process would also overthrow the traditional Greek text of the Protestant Reformation.

It is worthy to note that after reviewing the work of Westcott and Hort, Dean John Burgon was suspicious of what was really behind their theory, he said: “I frankly confess that to me the wholesale adoption of the theory of the two revisers looks very much indeed like what in the language of lawyers is called ‘conspiracy’.”

Meanwhile the speculations concerning the Codex Vaticanus had continued into modern times, yet most scholars seem oblivious to the fact that it’s true origins still remain virtually unknown.

The late professor Neville Birdsall is pictured here next to dr. Bruce Metzger, one of the leading textual critics of the 20th century. Birdsall was considered an expert in paleography and biblical manuscripts, concerning the codex Vaticanus he said that: “In short, we cannot be certain of the exact date nor the place of origin of codex Vaticanus nor, in spite of scholarly efforts, can its history before the 15th century be traced.”

Professor Birdsall’s analysis of Vaticanus, in 1998, seems to confirm the assertions of men like R.L. Dabney and George Sayles Bishop. The dating of the Codex is based on conjecture rather than irrefutable science.

But what about codex sinaiticus? Having been discovered by Constantine von Tischendorf in St. Catherine’s monastery, the manuscript was called the world’s oldest Bible. But Greek paleographer Constantine Simonides argued that he was the true author of the codex and that it had been created by him in the year 1840.

While the leading scholars of the day dismissed Simonides claims there were those who continued to be suspicious, this is partly because Simonides presented two unique books that were found as part of the codex. The epistle of Barnabas, published in 1843, and the Shepherd of Hermas, presented in the year 1856.

Nearly identical copies of both books were found as part of the Codex Sinaiticus in 1859. How could these rare books unknown to the rest of the world have been in Simonides possession? And how could matching copies appear in Tischendorf’s codex years later, if Simonides had nothing to do with it?

In 1874, renowned Bible scholar James Donaldson analyzed the comparison between the works of Simonides and those found in the Sinaiticus manuscript. He began by expressing his doubts about the story told by Tischendorf who claimed to have found the first parts of the codex and st. Catherine’s monastery, in 1844.

Where pages of the manuscript had supposedly been discarded in a rubbish basket and were being used by the monks to feed the fires. Tischendorf claimed he had rescued the pages from almost certain destruction, years later he would return to st. Catherine’s to discover the rest of the Codex in 1859.

In reviewing these events James Donaldson wrote the following, he said: “The torn and scattered fragments which have been cast into the large basket to feed the fire had come forth, they had all united and now constituted a complete whole, a whole so complete that the like of it does not exist. Not only were the other parts of the Old Testament found: but the only complete uncial manuscript of the New Testament was contained in it, and added to this was the complete Greek of the Epistle of Barnabas and nearly as much of the Greek of the pastor of Hermus as had been given in the Simonides manuscripts.”

Donaldson went on to say: “There are many circumstances in this narrative calculated to awaken suspicion, and there are other circumstances of an equally suspicious nature which I have not mentioned. But those who are most competent to judge have allowed that it seems a genuine ancient manuscripts”

Donaldson seemed almost reluctant to call it genuine, but chose to defer to the consensus of others it. Is also noteworthy to consider that the Simonides affair ended in 1864, and yet Donaldson published his suspicions a decade later.

Yet one aspect of Donaldson’s work was challenged by a newspaper called the Athenaeum, they claimed that the epistle of Barnabas published by Simonides must have been a forgery, they wrote that: “Simonides produced in attestation of the genuineness and date of his edition of Barnabas, a newspaper of Smyrna, published in 1843, containing a long review of the work, the paper and the print of the newspaper look uncommonly fresh and on subsequent inquiries at Smyrna, it was found that no such newspaper had ever existed, Simonides had taken the trouble to fabricate his newspaper, as well as the date of his edition.”

Yet the newspaper in question was called ‘The star of the East’ a later investigation proved that ‘the Athenaeum’ was apparently mistaken, and that a newspaper by that name did in fact exist in Smyrna during the 1840s.

Pictured here is a copy of the article with a review of Simonides epistle of Barnabas dated 1843.

Though Donaldson was willing to accept the official story he still questioned the dating of codex Sinaiticus, in particular the type of greek used them a shepherd of Hermas, he said: “The Greek is not the Greek of the at least first five centuries of the Christian era.”

If Donaldson was correct that might push the dating of the codex Sinaiticus out of the fourth century entirely.

While Westcott and Hort embraced Sinaiticus without question, there were those who continue to investigate the story of Simonides into the 20th century. In 1907, James A. Farrer published his book on ‘Literary Forgeries’ where he examined the controversy in detail.

While he recognized that the circumstantial evidence in favor of Simonides was significant he ultimately believed that the case had never been fully resolved, he said: “It is to be regretted that this matter was never cleared up at the time the claim was made. On the side of Simonides is his unlimited skill in calligraphy; the very audacity of such a claim if entirely baseless, the remarkable presence in the Codex of a portion of the Shepherd of Hermas, which Simonides was the first scholar ever to have seen in greek. The fact that no visitor to the monastery at mount Sinai before 1844 had ever seen or heard of such a work as belonging to the monks and the very extraordinary story told by Tischendorf of his discovery and acquisition of the codex. The question therefore, pending the acquisition of further evidence must remain among the interesting but unsolved mysteries of literature.”

Dr. Phil Stringer: “I can easily believe that Tischendorf and others did not do a thorough study to figure out where this came from, because they were looking for something they thought was ancient, something that fit their beliefs, and in Sinaiticus they found something that to them was the greatest Bible discovery ever made, and you know they found something they wanted it to be that, and it becomes very easy to believe something is this when you want it so badly to be this.

Yet it is undeniable that most scholars today believe Vaticanus and Sinaiticus are both genuine ancient manuscripts. But if they are the most ancient does this mean they are the most reliable as argued by Westcott and Hort. The issue becomes important when one considers that the Westcott and Hort theory would be used to produce the underlying Greek text for a vast majority of all the new Bibles in the 20th century.

The Westcott and Hort theory is based on the preconceived conviction that our New Testament text should be based upon codex Vaticanus and codex sinaiticus. It clearly is different from the received text and so now we must develop a theory that will be tailor-made for this new text that we’ve adopted. If this text is shorter then, and it is shorter, it’s shorter in nearly 2900, it has about 2900 fewer words.

The reason for the fewer words is because there are shorter readings in both Vaticanus and Sinaiticus. Westcott and Hort’s theory was that the shorter readings more accurately represented the original Scripture and that the longer readings were created deliberately by editors who added many words and passages to the Bible. This was done during the alleged revision that happened between 250 and 350 A.D., once these editors created the longer version of the text it was then duplicated thousands of times over, which is the reason why the majority of Greek manuscripts contain the fuller readings. It was this startling aspect of the Westcott and Hort theory that was refuted by dr. Scrivener as having no historic foundation whatsoever.

There’s not any trace of this anywhere in history this is simply something that Westcott and Hort dreamed up. Despite the lack of evidence Westcott and Hort asserted that portions of the New Testament, such as the last 12 verses of Mark (Mark 16:9-20), the story of the woman taken in adultery (John 7:53-8:11), the story of the angel troubling the waters at the Pool of Bethesda (John 5:4), and the account of Christ praying for those who crucified him (Luke 23:34), these and many other readings were supposedly not part of the original text.

Dean John Burgon argued against these assertions and demonstrated how Westcott and Hort rejected a majority of the biblical evidence in favor of their own unprovable theory. He gave as an example, the testimony of Christ on the cross, from Luke 23:34. he said: “These twelve precious words, -(Then said Jesus, Father, forgive them; for they know not what they do.) doctors Westcott and Hort entertained that the words are spurious. And yet those words are found in every known uncial and in every known cursive copy, except four, besides being found in every ancient version.

It happens that our Lord’s intercession on behalf of His murders is attested by upwards of 40 patristic witnesses from every part of ancient Christendom. How could our revisionist dare to insinuate doubts into wavering hearts and unlearned heads where (as here) they were bound to know, there exists no manner of doubt at all?”

While Westcott and Hort theorized that such differences in the text were the result of deliberate changes made by the early church, their opponents argued that there was a much more historic explanation, one that dates back to the Apostles in the first century.

Corruption seems to go back to the very beginning, Paul is warning about corruption before the Canon of the New Testament is complete.

In his letter to the Corinthians the Apostle Paul wrote:

2 Corinthians 2:17 For we are not as many, which corrupt the word of God: but as of sincerity, but as of God, in the sight of God speak we in Christ.

Because of this, defenders of the traditional Greek texts argue that the earliest manuscripts are not necessarily the most accurate.

Dr. Phil Stringer: I’ve been in ministry for 40 years I spent the first 10 years of my life as an advocate of the critical texts. I was not an advocate of it because I’d studied the matter closely, but virtually every book I read advocated the critical texts. In Bible College I never heard the issue discussed one way or another, but after about 10 years of ministry and occasionally making statements that would be pro critical texts, one particular individual challenged me kindly and privately, I would not have listened if he’d been rough with me but he challenged me kindly and privately to study the situation, asked me questions like, ‘how do you know the oldest text is best? And that drove me to allocate a year of my life just to study this, to try and get a handle on it, I was especially helped along the way by Wilbur Pickering’s book ‘The identity of the New Testament texts’ in understanding the issue, and if you found a corrupt text that was produced to the book of Romans, the day after God inspired the book Romans, and we know that there were corrupt texts being produced immediately from statements by the early church leaders, if you found one of those texts today, it would be the oldest text anybody had, and it would be corrupt.”

In 2 Thessalonians Paul gave another warning saying:

2 Thessalonians 2:1 Now we beseech you, brethren, by the coming of our Lord Jesus Christ, and by our gathering together unto him,

2 Thessalonians 2:2 That ye be not soon shaken in mind, or be troubled, neither by spirit, nor by word, nor by letter as from us, as that the day of Christ is at hand.

The Pulpit Commentary describes the mention of a letter in Paul’s warning as: “Some letter, either forged in the apostle’s name or pretending to inculcate his views.”

Meanwhile 18th century scholar John Gill said Paul was warning of those who might be: “forging a letter and counterfeiting their hands, for such practices began to be used very early, spurious epistles of the Apostle Paul were carried about.”

F.H.A. Scrivener also refuted the idea that earlier manuscripts would necessarily be more reliable, he said: “The worst corruptions to which the New Testament has ever been subjected originated within a hundred years after it was composed.”

In his book on: ‘The identity of the New Testament text’ dr. Wilbur Pickering wrote that: “Gaius, an orthodox father who wrote between A.D. 175 and 200 names Asclepiades, Theodotus, Hermophilus, and Apollonides as heretics who prepared corrupted copies of the Scripture and who had disciples who multiplied copies of their fabrications.”

Also in the second century was an early church father Irenaeus of Lyon, who warned about the corruptions of the Gnostics who were considered heretics. In his book: Against heresies, he wrote that: “Marcion and his followers have betaken themselves to mutilating the Scriptures, not acknowledging some books at all and, curtailing the Gospel according to Luke and the epistles of Paul which they have themselves thus shortened.

(Irenaeus, ‘Against Heresies,” c. 180 A.D.)

Defenders of the Traditional text believe that this Gnostic influence is most likely behind the shorter readings found in Vaticanus and Sinaiticus.

They’ve dropped out a total of 2886 Greek words, just drop them right out and eliminate them because of the influence of the Alexandria Egypt Gnostics who wanted to change the text for doctrinal purposes. That’s a lot of verses, a lot of words that dropped out of a New Testament.

That’s as much as we’ve got in first and second Peter, so we’ve got first and second Peter taken out of the modern text.

But if a volume of text equal to first and second Peter was removed from the revision of Westcott and Hort, what are some of the omissions and why are they significant?

When you drop out words, if they are key words, doctrines are dropped as well and changed, that’s exactly what’s happened.

Dean john Burgon wrote that the: “Principal aim of heretical corrupters is to deny that Jesus Christ is co-equal God in the Godhead.”

Meanwhile George Sayles Bishop argued that the revision of Westcott and Hort: “Weakens and removes the divinity of Christ in many places.”

One of the most obvious omissions of their text is seen in Ephesians chapter 3, in the King James Bible we read:

Ephesians 3:9 And to make all men see what is the fellowship of the mystery, which from the beginning of the world hath been hid in God, who created all things by Jesus Christ:

Yet in the Westcott and Hort text the words ‘by Jesus Christ’ are removed. It is an omission also found in most modern Bibles today. Another controversial reading is found in first Timothy 3:16, in the King James Bible we read:

1 Timothy 3:16 And without controversy great is the mystery of godliness: God was manifest in the flesh, justified in the Spirit, seen of angels, preached unto the Gentiles, believed on in the world, received up into glory.

Yet the revision of Westcott and Hort changes the word ‘God’ and reads: “He who was manifested in the flesh”

As a result, most modern Bibles substitute the word ‘He’ in place of ‘God’.

Dr D.A. Waite: “Great is the mystery of godliness: God was manifest in the flesh, Gnostics didn’t believe he was God, how could it be manifest in the flesh? so they take our the ‘theos’ put in ‘hos’ or ‘ho”, either ‘who’ or ‘which’ and over 300 times the manuscript evidence ’theos’ God is there, in less than thirteen times you see ‘hos’ or ‘ho”, what is three hundred verses thirteen, but because of their twisted and warped manuscript evidence they throw out the documentation that is there.”

Perhaps the most deceptive aspect of Gnostic teaching is that it is based in the text of the Bible and it dramatically changes the meanings of words, adapting the scripture into its own mystical system. The word Gnostic comes from the Greek word gnosis which means knowledge.

When the Apostle Paul warned Timothy to avoid ‘oppositions of science falsely so called’ the Greek word he used for science was, gnosis. As a result some believe Paul was warning on the early Gnostic deceptions.

1 Timothy 6:20 O Timothy, keep that which is committed to thy trust, avoiding profane and vain babblings, and oppositions of science falsely so called:

Paul also warned the church in Corinth saying:

2 Corinthians 11:3 But I fear, lest by any means, as the serpent beguiled Eve through his subtilty, so your minds should be corrupted from the simplicity that is in Christ.

2 Corinthians 11:4 For if he that cometh preacheth another Jesus, whom we have not preached, or if ye receive another spirit, which ye have not received, or another gospel, which ye have not accepted, ye might well bear with him.

Early church fathers like Irenaeus believe that the Gnostics preached a completely different version of who Jesus was.

Many Gnostics held to a peculiar doctrine known as ‘adoptionism’. The term adoptionism is basically idea that God adopted Jesus, he took into union for a few years the Christ spirit, but it’s a heresy.

Movie Actor playing a Gnostic:

“We know things that the apostles did not know, it was not imparted to them, we have the secret knowledge, we can impart this knowledge to you.

The Gnostics generally believed that Jesus was just an ordinary man but that he himself was not the Christ. The Christ spirit, sometimes called the Christ principle, was something he only received once he was baptized by John the Baptist.

Movie Actor playing a Gnostic:

“The apostles told you that Jesus is the Christ, but they only had part of the story.”

To the Gnostics the Christ spirit was separate from Jesus himself, see the Gnostic heretics believed in a spirit Christology, the Gnostics did not believe that Jesus Christ was one person, and when the new versions use this gnostic manuscripts to divide Jesus from Christ, like one of the verses i did refer to in first John, that splits up the person of the Lord Jesus Christ, and what they believed, what the Gnostics believed, that’s why they changed these texts, that’s why they split Christ and Jesus, the Gnostics believed that Jesus was an ordinary human being like you and I are, and he had sinned and needed to be saved, he’s lost, Joseph was his father, God was not his father, No miracle virgin birth, and he’s just one person, the Christ principle came upon Jesus according to the Gnostic theories at his baptism, and left him at Calvary. So Jesus Christ is not one person to the Gnostics.

And this is the heresy that is given and warned about at the end of our Bible and yet there’s about 80 places where Jesus is either omitted or in some way separated from Christ or from a statement of deity in the modern critical text, and it goes back to these two old manuscripts which reflect this heresy.

One example of what dr. Moorman refers to is said to be found in first John chapter 4, from the King James Bible we read:

1 John 4:3 And every spirit that confesseth not that Jesus Christ is come in the flesh is not of God: and this is that spirit of antichrist, whereof ye have heard that it should come; and even now already is it in the world.

Yet in the Westcott and Hort text the verse reads: “And every spirit which confesseth not Jesus …?… is not of God: and this is the spirit of antichrist.”

The word Christ is omitted the same is true in most every modern Bible. They are splitting up the the unity of the person of the Lord Jesus Christ, come in the flesh, his incarnation, the Gnostics didn’t believe Jesus Christ has come in the flesh.

At the end of your Bible beginning in 1 John chapter 2 verse 22 it says: Who is a liar but he that denieth that Jesus is the Christ?, and there are five warnings like that at the end of your Bible and I had read these for many years but couldn’t understand why the emphasis upon this and so there seems to be this dichotomy between Jesus and Christ, and then we began to realize that many times in the modern Bibles Jesus and Christ are separated.

1 John 2:22 Who is a liar but he that denieth that Jesus is the Christ? He is antichrist, that denieth the Father and the Son.

Of the many examples another is found in Matthew chapter 16 in verse 20, which in a King James Bible reads:

Matthew 16:20 Then charged he his disciples that they should tell no man that he was Jesus the Christ.

But in the Westcott and Hort text it reads: “Then charged he his disciples that they should tell no man that he was …?… the Christ.”

The name of Jesus is omitted.

Then in Acts chapter 16 verse 31 when Paul and Silas testified to the Philippian jailer, in the King James Bible they say:

Acts 16:31 And they said, Believe on the Lord Jesus Christ, and thou shalt be saved, and thy house.

But in the Westcott and Hort text it reads:

Acts 16:31 And they said, Believe on the Lord Jesus …?… , and thou shalt be saved, and thy house.

The word Christ is removed.

Meanwhile in Matthew chapter 8 when Jesus confronts a demoniac, the demons cry out. In the King James Bible we read:

Matthew 8:29 And, behold, they cried out, saying, What have we to do with thee, Jesus, thou Son of God? art thou come hither to torment us before the time?

But in the Westcott and Hort text it reads:

And, behold, they cried out, saying, What have we to do with thee, …?… thou Son of God?

The name Jesus is removed.

These are just a few examples of changes made by Westcott and Hort. In his book on ‘Early Manuscripts, Church Fathers and the Authorized Version’ dr. Jack Moorman documented 86 examples were modern versions of the Bible disassociate the name Jesus from other titles and acts of deity.

Where the Authorized Version (KJV) would have the full title Jesus Christ, maybe it’s only Jesus by himself or Christ by himself.

Dr. Moorman believes that the character of these changes point toward the warnings given by early church fathers about the corruptions of the Gnostics and their doctrinal reasons for altering the biblical text.

The passage in John chapter 1 and verse 18 where it says:

John 1:18 No man hath seen God at any time; the only begotten Son, which is in the bosom of the Father, he hath declared him.

It’s remarkable that these two manuscripts that show the heresy of adoptionism in some 80 places with the separation between Jesus and a statement of deity, also say in that portion, rather than: ‘the only begotten Son’, refer to Christ as ‘the only begotten God’ and that is Gnosticism.

,

Dr. Thomas Holland wrote that: “The Gnostics thought that Christ was a begotten god, created by God the Father, whom they called the unbegotten God.

Dean John Burgon believed that the text of John 1:18 had been depraved by an early Gnostic group known as the Valentinian’s.

F.H.A. Scrivener also questioned the reading, saying: “The heretic, Arius also upholds ‘God only begotten’ which circumstance does not help to reconcile us to a term that reverential minds instinctively shrink from.”

Arius was a renowned heretic from the 4th century who believed that Jesus as the Son of God did not share an equal divinity with God, but was a creature created by God the Father.

Yet Arius believed that it was right to worship Jesus as such believers would be worshipping a creature rather than the Creator himself, something clearly forbidden in Romans chapter 1 verse 25.

Hence Arianism was condemned as a heresy and seen as a form of idolatry. The phrase only begotten God is unknown anywhere else in the Bible, in contrast the Apostle John used the term: ‘only begotten Son’ four times in his writings. It would appear he was referencing Psalm chapter 2 and verse 7, which reads:

Psalm 2:7 I will declare the decree: the LORD hath said unto me, Thou art my Son; this day have I begotten thee.

Dr. Thomas Holland argued that Arius along with other well-known heretics had been tainted with Gnosticism and hence cited John 1:18 as ‘only begotten God’, he said: “On the other hand, we find many of the Orthodox fathers who opposed Gnosticism quoting John 1:18 as only begotten Son.”

It is also worth noting that the New World Translation used by Jehovah Witnesses employs the phrase ‘only begotten god’ with a little g, which as dr. Holland points out is in line with their teaching that Christ is a created god. Their version of John chapter 1 reads: “In the beginning was the Word … and the Word was a god.”

Hippolytus, an early church father describes certain Gnostics called the Naassenes, they claimed to receive secret wisdom from the serpent who ‘offered to them what he offered Eve in Genesis, the opportunity to be a god.’.

Gnosticism is said to be the blending of pagan philosophies with various Christian teachings. Many believe its influence continues in the world today, and can be found in a variety of groups including the Freemasons, the Rosicrucians and the entire New Age movement that teaches the same doctrine of the ancient heretics, that man does not need to be saved by God but rather needs only to become his own god.

Movie Actor playing a Gnostic:

“For you to know what the truth is, you must look within yourself.”

As shown earlier Irenaeus warned about the Gnostic corruptions of the biblical text, he said: ‘They do violence to the good words of Scripture in adapting them to their wicked fabrications.”

Certainly Gnosticism tears down every foundational doctrine of the Christian faith, the deity of Christ is gone, you don’t need Christ, Christ is not the Saviour, didn’t come to seek and save that which was lost, that’s why Matthew 18:11 is completely eliminated in the new Bibles.

It says: Matthew 18:11 For the Son of man is come to save that which was lost.

The Gnostics didn’t believe the Son of man came to save anybody, he didn’t come for anybody, he was just a man, so the eliminate, Gnosticism takes away the person of Christ and it is antichrist, there’s no question about it, antichrist. Anybody that says everybody’s saved, anybody who says the Devil himself is saved, that’s Gnostic doctrine, that’s antichrist, it’s a gospel that is going to be proclaimed, it is a Gospel proclaimed by the modernist liberals today, all men are saved, universal salvation, universal fatherhood of God brotherhood of man, this is Gnosticism and it is antichrist that is in the new bible versions, because they don’t have the proper greek base text in the New Testament.

Nestle, Aland & Metzger

(Holy Bible, Revised Version)

This is an authentic copy of the ‘English Revised Version’ which was transmitted through our family, it is a translation of the Westcott Hort Greek text, it was a new Greek text that they then translated into this version called; ‘The English Revised Version’.

The New Testament was translated first as they gradually brought out the new Greek text to the committee of the southern province of the Anglican Church, then they translated the Old Testament. The Old Testament was completed in 1885 and therefore then this version was printed. It’s fascinating because this is not what they claimed it to be, they claimed it to be being the version set forth in A.D. 1611, it is not, it is an entirely new translation based on the new Greek text created by Westcott and Hort.

Dean John Burgon seems to have been the first to note that the revisers of 1881 created a new Greek text, but the process of revising that text was just the beginning. In 1898, a German textual critic named Eberhard Nestle published the first edition of a Greek New Testament called ‘Novum Testamentum Graece’.

Nestle combined the work of Westcott and Hort with that of Constantine von Tischendorf and added to it the work of renowned scholar Richard Weymouth, who authored the Weymouth New Testament.

After 1901 he replaced the work of Weymouth with that of Bernhard Weiss. The Nestle text was later published by the British and Foreign Bible Society in 1904, they adopted the newly developed Greek to replace the Textus Receptus.

The Nestle text would undergo 13 editions between 1904 and 1927, then in the 1950s another scholar named Kurt Aland began to revise the text, by 1963 the 25th edition was published with the name Nestle-Aland on the cover.

But like Westcott and Hort before him, Kurt Aland held two controversial ideas about the New Testament. Kurt Aland in two books that he’s written suggested that there would be a better chance of church unity if we perhaps would drop 2 Peter, Hebrews and Revelation from the canon. He’s got two books that indicate this.

Aland views of the New Testament were based in part on his belief that the Apostles did not actually write the Gospels and epistles that bear their names, he said that: “The authority of the New Testament had as its presupposition the fact that her apostles and eyewitnesses were speaking. As soon as critical scholarship proved that this or that New Testament writing could not have been written by an apostle, the authority of its author collapsed along with it, and with the authority of the author, the authority of the New Testament writing collapsed, and with the authority of the New Testament writing, collapsed the authority of the Church.”

Kurt Aland seemed to be describing the effect of modern textual criticism on the entire Western world that systematically turned away from Christianity in the wake of so many doubts created about the Bible.

As for Aland himself he even went so far as to question whether or not Jesus was a real person: “If the epistles were really written by the apostles whose names they bear, and by people who were closest to Jesus, then the real question arises, was there really a Jesus? Can Jesus really have lived if the writings of his closest companions are filled with so little of his reality, so little in them of the reality of the historical Jesus. When we observe this – assuming that the writings about which we are speaking really come from their alleged authors — it almost then appears as if Jesus were a mere phantom and that the real theological power lay not with him, but with the apostles and with the earthly church.”

The late dr. Henry Morris, the man known as the founder of the modern creation science movement, once wrote that both Nestle and Aland were German theological skeptics, yet these men were two of the most important caretakers of the Greek New Testament in the 20th century.

And that’s one of the facts of textual criticism, the great movers and shapers of the critical text from the very beginning were theological liberals.

Ecumenical dialogue was an important goal for Kurt Aland and his approach to the Bible, an ideology that would ultimately lead him to Rome.

Following in the footsteps of men like Philip Schaff and Constantine von Tischendorf, Kurt Aland took multiple visits to the Vatican meeting with Pope Paul the sixth and then later with Pope John Paul the second.

The connections with Rome and the Critical text had existed from the beginning, both Westcott and Hort defended Romanist ideas, and even Samuel P. Tregelles a prominent scholar who played a key role in defending the manuscripts used by the Revision committee, had been sent beforehand to the Vatican with letters of recommendation from Cardinal Wiseman in order to study the Codex Vaticanus.

It was Cardinal Wiseman who had launched the Oxford movement years earlier in order to bring England back to Rome.

Kurt Aland also worked with another ecumenical scholar, who was one of the leading textual critics of the 20th century dr. Bruce Manning Metzger.

Bruce Metzger some people say he was a conservative, fact he was the one that gave Griffith Thomas lectures at my seminary, Dallas Theological Seminary, several years back. I wrote to the then president dr. Donald Campbell, that I went to school with, he was one year ahead of me in Dallas, I said ‘Donald, this man, why did you have that guy up there speaking into your seminary who was a liberal modernist?

He siad: Oh he’s alright, he’s this and he’s that”. Well Bruce Metzger also as you know is the editor of the ‘Reader’s Digest Bible’ that criticized and cracked down and shortened up and abbreviated the Scriptures, he said: Peter didn’t write Peter and John didn’t write Revelation, and all these books completely higher critical.

Bruce Metzger is editor of a number of prestigious books that are just gist’s, again, full of liberalism, bring the Bible down to nothing but mythology.

Metzger his most famous disciple is Bart Ehrman, the best-selling author whose books are dedicated to teaching others that the Bible is not really the word of God. It is interesting to note that Ehrman claims he began as an evangelical Christian, but some believe that once he was exposed to the textual theories of dr. Metzger his faith was eventually destroyed.

Dr. Jeffrey Khoo wrote that: “Metzger’s philosophy and methodology only lead to chronic uncertainty and perpetual unbelief.”

Metzger’s uncertainty began with Genesis which he believed contained myths rather than a literal account of the creation. In the introduction of his Reader’s Digest Bible we are told that the biblical authors were: “Great creative artists”, instead of prophets of old who were inspired by God.

Metzger was also the co-editor of ‘The New Oxford Annotated Bible’ which tells the reader that the books of Moses were derived: “… out of a matrix of myth, legend and history”, which appeared “… as early as the time of David and Solomon” but that only “… later in modified form became a part of Scripture.”

If this were true it would mean that Moses could not have written the books that bear his name, yet Metzger and the editors he worked with provide no proof of their assertions but merely speculate after the same manner as Baruch Spinoza and Jean Astruc.

Nevertheless Metzger’s influence is significant because he was one of the leading Bible critics of the 20th century. Mezger was a real strange character, he wasn’t a Bible believer but he has his prints all over the modern translations of the scripture because he worked on so many of them.

Bruce Metzger while he was alive was the leading American textual critic, he was the man that people went to to determine which reading, ‘when there were several readings available’ which reading of the particular verse in the Bible should be included in the United Bible Society or Nestle Aland text, he was on both committees.

Metzger was also a contributor to the Revised Standard Version, he also led the committee for the New Revised Standard Version which received the official approval of the Roman Catholic Church. This edition tells us it is an ecumenical Study Bible, Bruce Metzger presented a copy to pope John Paul II in a private audience, in 1993.

But working with catholics was not unfamiliar for him, Metzger worked with a Jesuit priest in Carlo Maria Martini on the Greek New Testament committee, and then again with another Jesuit named George McRae on the New Revised Standard Version committee.

Metzger had also taken an earlier trip to the Vatican to meet with Pope Paul the sixth, in 1973. On that occasion he and others presented a copy of the RSV Common Bible to the Pope. Metzger wrote that: “… the Pope accepted the copy as a significant step in furthering ecumenical relations among the churches.”

It was this common Bible the dr. Ian Paisley once referred to as: ‘The Bible of the Antichrist’ the title of a pamphlet he published in 1973.

And Metzger his interest was promoting ecumenism at least between Catholics, Protestants and Greek Orthodox. Well that was his total purposes, this is a stated purpose, he didn’t make any bones about that. He wanted a unified, if you would, interdenominational bible that everybody could use, that was his goal, even though he believed that Jonah was a folktale and he says that Isaiah was written by two or three different different people.

Mezger didn’t even believe that Paul wrote first and second timothy and Titus, so you have this guy translating the bible not really believing in the bible, not believing in the inspiration of the scriptures and his purpose is to get something acceptable to all the key denominations, Protestants, Baptists, Catholics and Orthodox.

Though Metzger was clearly given over to a skeptical view of the Bible he was highly regarded by otherwise conservative teachers of the gospel. After his death in 2007 one of his former students John Piper in a personal tribute to dr. Metzker said that: “In his prime there was no greater authority on New Testament textual criticism than dr. Metzker in the english-speaking world.”

We spoke with dr. James White, one of the leading defenders of the critical text, and author of the book the King James Only controversy, a work that was highly praised by Bruce Metzger in his lifetime. We asked about Metzger’s view of the writings of Moses wondering how he could be accepted by conservatives when he seemed to deny the foundation of the Bible itself.

What are your thoughts as Metzger’s often criticized about his view of the Old Testament that he apparently didn’t think Moses could have written Genesis, and Exodus and so on?

Dr. James White: “Well that’s like a view of 80% of all Old Testament scholars today, it is, it’s amazing so many of my, this is why we don’t necessarily engage these folks all that well, that’s why I’m glad I ended up going to Fuller Seminary so that I can point these things out. We are in the minority in biblical scholarship if we believe in mosaic authorship, I’ll defend it, we need to keep defending it but there was nothing unusual about that, in fact it would have been absolutely shocking had he had another view when he was at Princeton at that point in time. We unfortunately as conservatives gave the Old Testament field over to the Liberals for quite some time and we’re only just now starting to make some inroads and getting some of it back, and almost any commentary published within the past 50 years, that has any scholarly quote/unquote credentials to it at all it is going to minimally discuss alternative theories of authorship, and the vast majority are just going to begin with the assumption that if there was somebody named Moses, he may have had something to do with some of the core teachings of this document but that the vast majority was written long long long afterwards by all sorts of other people. So he was he was completely in line with the schools that he was at to hold those those positions.”

Dr. White makes it clear that he himself does not agree with Metzger’s view, but he is not necessarily compelled to reject the rest of his scholarship because of it.

dr. James White: “I fully disagree with it, I fully disagree with it but am I ready to say that therefore if someone is wrong in this area that they’re wrong in every other area? I can’t do that, not consistently, not logically.”

Yet the denial of Moses as the author of Genesis and the other four books that bear his name calls into question the entire foundation of the Bible and even the gospel itself. Throughout the scripture Moses is repeatedly referred to as the true author, in the Old Testament we read of the:

2 Chronicles 34:14 And when they brought out the money that was brought into the house of the LORD, Hilkiah the priest found a book of the law of the LORD given by Moses.

The Lord had said to Joshua before he went into battle:

Joshua 1:7 Only be thou strong and very courageous, that thou mayest observe to do according to all the law, which Moses my servant commanded thee: turn not from it to the right hand or to the left, that thou mayest prosper whithersoever thou goest.

The Lord said:

Joshua 23:6 Be ye therefore very courageous to keep and to do all that is written in the book of the law of Moses, that ye turn not aside therefrom to the right hand or to the left;

Meanwhile in the New Testament Jesus himself said:

John 7:19 Did not Moses give you the law, and yet none of you keepeth the law? Why go ye about to kill me?

And again he said:

Mark 12:26 And as touching the dead, that they rise: have ye not read in the book of Moses, how in the bush God spake unto him, saying, I am the God of Abraham, and the God of Isaac, and the God of Jacob?

Jesus also said:

John 5:46 For had ye believed Moses, ye would have believed me: for he wrote of me.

John 5:47 But if ye believe not his writings, how shall ye believe my words?

Jesus clearly confirmed that it was Moses who wrote the books that bear his name therefore if Moses were not the true author then Jesus could not be the infallible Savior, rather he becomes a misinformed storyteller repeating mere myths and legends.

If what Jesus taught about Moses was untrue how could anyone trust what he said about the Kingdom of Heaven ,or the warnings of Hell, or the promises of salvation, and life eternal for those who put faith in Him?

Charles Spurgeon once said: “We will not have it that God, in His Holy Book, makes mistakes about matters of history, or of science any more than He does upon the great truths of salvation. If the Lord be God, He must be infallible, and if he can be described as in error in the little respects of human history and science He cannot be trusted in the greater matters.”

As shown earlier the doubts about the authorship of Moses came not from Christian scholars but from unbelievers, yet does it matter to the church today whether or not a person actually believes the Bible in order to be accepted as a textual critic?

Textual critic Dr. James White: “If you’re saying, well you need to have a Christian worldview to accurately handle the the textual criticism of the Bible, that would be like saying that you need to have a Christian worldview to be a heart surgeon. Do you believe that, I’ve actually had cardiac ablation, I had a heart procedure for a super rapid heart rate because I’m an athlete, sometimes at our age we develop this thing and and I had what’s called cardiac ablation to try to control this super rapid heart rate above 255 beats per minute at times. Now I did not ask whether my surgeon had a Christian worldview but he was a extremely skilled cardiologist and surgeon.”

Dr. White’s argument is based on the idea that textual criticism is merely a science like mathematics or medicine therefore it does not matter if the information is handled by unbelievers. But as we have seen there is very little in the way of provable historic fact in the critical text theory, which as R.L. Dabney noted is based primarily on conjecture and speculation.

Nineteenth century scholar A.E. Housman whose works are often quoted by modern critics, admitted to the limitations of textual criticism and warned against those who give it too much credibility, he said: “Textual criticism is not a branch of mathematics, nor indeed an exact science at all. It deals with a matter not rigid and constant, like lines and numbers, but fluid and variable. It therefore is not susceptible of hard and fast rules. It would be much easier if it were that is why people try to pretend that it is, or at least behave as if they thought so.”

Because textual criticism is not an exact science, its opponents argue that it is unavoidably influenced by the personal beliefs of the critical scholar.

Dr. Wilbur Pickering, in his book on ‘The identity of the New Testament text’ commented on some of the speculative methods used in modern times, citing dr. Bruce Metzger he wrote: “Metzger said it is understandable that in some cases different scholars will come to different evaluations, Metzger’s ‘in some cases’ is decidedly an understatement. In fact, even the same scholars will vacillate, as demonstrated by the more than 500 changes introduced into the third edition of a Greek text produced by the United Bible Societies, as compared with the second edition, (the same committee of five editors prepared both). It thus appears that in the space of three years, with no significant accretion of new evidence, the same group of five scholars change their mind in over 500 places. It is hard to resist the suspicion that they were guessing.”

In light of dr. Pickering’s analysis, what sort of guessing or choices concerning the text of the Bible would be engineered by men who have an apostate view of the Christian faith?

It is a strange thing about error, error has a hypnotic effect, it goes against reason, it’s much like a theory of evolution or Marxism, how from a small beginning it spread everywhere and so this spread, and all of the blessing that come from the printing of the received text and the great Reformation Bibles of of Europe that must now be overturned, and now we’ve got this new Bible.

Prior to the revision of 1881 there were warnings about the spiritual condition of textual critics in Europe at the time. Years before the revision took place a renowned Baptist minister named J.C. Philpot was asked about whether or not a revision of the Bible was a good idea, in response he wrote the following: “Would it be desirable to have a new translation of the scriptures? We fully admit that there are here and there passages of which the translation might be improved but who are to undertake it? Into whose hands would the translation fall? What an opportunity for the enemies of Truth to give us a mutilated false Bible!”

Philpot clearly recognized that the enemies of the scripture were at work in the academic world and that they had flooded the field of textual criticism, he went on to say: “Of course, they must be learning men, great critics, scholars and divine’s. But these are notoriously either tainted with popery or infidelity. Where are the men, learned, yet sound in Truth not to say alive unto God who possess the necessary qualifications for so important a work? And can erroneous men, dead in trespasses and sins, carnal, worldly, ungodly persons spiritually translate a book, written by the Blessed Spirit? We have not the slightest ground for hope that they would be godly men such as we have reason to believe translated the Scriptures into our present version.”

Inspiration refers to the author,

2 Peter 1:21 For the prophecy came not in old time by the will of man: but holy men of God spake as they were moved by the Holy Ghost.

That’s the original and yet God has promised to keep that intact, and he has, And we would look to translators, who like the preface to the readers, the Authorized Version translators (King James Bible 1611) sought him that hath the key of David, and they were humble men, and they were scholars, but they were spiritual men.

We have to look at the hand of God, but of course we know that yes inspiration refers only to the originals and yet God’s promised to preserve it, and he did indeed, he did indeed. And yet he preserves it through spiritual man.

We raised the issue with dr. James White, since the argument of those who defend the critical text is that the spiritual condition of a scholar or critic is somehow unimportant. Dr. White refused to acknowledge that sceptical footnotes offered by unbelievers are simply not the same as insightful footnotes given by men of faith.

Textual critic Dr. James White: “Why didn’t the people, who read the 1611, and read the hundreds of marginal notes that said, some manuscripts don’t contain this verse, Luke chapter 17, why did that not cause the same explosion?”

That’s my point, my point is: The Scriptures were being handled by God-fearing men of faith, men who,

Dr. James White: “The worldview was different, the worldview was different..

But I don’t think Westcott, Hort, Bruce Metzger, Kurt Aland, I don’t think they fit into that camp,

Dr. James White: “You can’t, even trying to put them in the same area like that is an invalid comparison, and there is almost, I don’t know almost anybody who has a clue what Kurt Aland’s views on theology were.”

As we have seen, the views of Kurt Aland where the text of the Bible are concerned were declared in his own writings, but is it a defensible argument to suggest that those who hold to a skeptical view of the Bible should be trusted to handle the word of God at any level?

One of the questions I ask when I’m talking about the people, I ask, number one: would you put a thief in charge of a bank? of course they say: of course not. Could you put a fox in charge of the chickens? No. Would you put an unbeliever in charge of your Bible?

The scripture says that:

Rom 10:17 So then faith cometh by hearing, and hearing by the word of God.

But if men do not believe that the words of scripture actually come from God then what could their faith be based on?

The Bible warns of those in the last days who would be,

King James Version 1611:

2 Timothy 3:4 Traitors, heady, highminded, lovers of pleasures more than lovers of God;

2 Timothy 3:5 Having a form of godliness, but denying the power thereof: from such turn away.

In the Book of Ezekiel God reproved the children of Israel for allowing unbelievers into the temple of God, he said to them:

Ezekiel 44:7 In that ye have brought into my sanctuary strangers, uncircumcised in heart, and uncircumcised in flesh, to be in my sanctuary, to pollute it, even my house, when ye offer my bread, the fat and the blood, and they have broken my covenant because of all your abominations.

Ezekiel 44:8 And ye have not kept the charge of mine holy things: but ye have set keepers of my charge in my sanctuary for yourselves.

But the practice of working with unbelievers can be traced back to Westcott and Hort, they included on their committee a Unitarian minister named dr. Vance Smith, one who openly rejected the divinity of Christ. Dean Burgon wrote to the committee chairmen, saying: “You have knowingly associated yourself with one who has openly denied the Eternal Godhead of our Lord and the inspiration of the word.”

The whole controversy led to an uproar against having a Unitarian involved at Westminster Abbey, Burgon was supported by the protest of thousands of other ministers including Henry P Lidden a prominent theologian of the time.

In a letter to Dean Burgon he revealed that having an unbeliever handled the word of God was by no means an acceptable standard among reformed Protestants, he said: “But alas! what apology can be suggested for the Churchmen who invited a man who has spent his life in denying the Godhead of our Blessed Savior. When since the Reformation has the faith of our Church been more cruelly wounded? How can we ever approach [this translation] but as an object of legitimate, inevitable suspicion? How many passengers will at once occur in which we shall expect to trace the hand of heresy.”

Burgon called the inclusion of a Unitarian minister: “An insult to our Divine Master and a wrong to the Church [that the] pure word of God should have been thus handled.”

Dr. Ian Paisley when writing about the controversy of Westcott and Hort, said that: “So dishonest was their behavior, that Charles Wordsworth, Bishop of st. Andrews refused to sign his name to a testimonial of thanks to the chairman. Looking back on the translation, the Biship called it ‘a deplorable failure’”

When we’re talking about Westcott and Hort, they just weren’t staunch believers in the scriptures, they didn’t have a high view of Scripture, they didn’t believe the in the verbal plenary inspiration of the scriptures, you cannot have a corrupt root without having corrupt fruit.

The importance of receiving the New Testament as the word of God has been acknowledged since ancient times. The Apostle Paul wrote to the early church saying:

1 Thessalonians 2:13 For this cause also thank we God without ceasing, because, when ye received the word of God which ye heard of us, ye received it not as the word of men, but as it is in truth, the word of God, which effectually worketh also in you that believe.

Yet modern critical scholars do not handle the Bible necessarily as if it were the word of God but often think the Bible should be treated as any other historic or religious book such as the Koran.

Textual critic dr. White: “The Quran and New Testament are both ancient documents that were transmitted to us and have a textual history and you have to use the same standard and the analysis the one that you use in the analysis of the other”

Dr. White’s comment is again based on the idea that recovering the history of the Bible is like mathematics, something that can be done in a purely scientific manner without the requirement of faith or spiritual guidance from God.

Textual critic dr. White: “Yes I am saying that a non-Christian could understand the history of the Bible, of course, if I say otherwise I have to become a Gnostic, then I have to say that there’s some kind of of spiritual knowledge, and what that does is that removes the Bible from the realm of history.”

Yet the question remains which history of the Bible should be embraced, the history that was understood by the Reformers and men like dr. Scrivener and Dean Burgon, or the speculative history based on the theory of Westcott and Hort?

Those who oppose the origins of the critical text argue that the faith of Christ was ‘delivered unto the saints’ and not the scholars and critics, therefore it should be saints who handled the word of God. The scripture says:

1 Corinthians 2:14 But the natural man receiveth not the things of the Spirit of God: for they are foolishness unto him: neither can he know them, because they are spiritually discerned.

The Apostle Paul wrote to the church at Corinth, saying:

2 Corinthians 6:14 Be ye not unequally yoked together with unbelievers: for what fellowship hath righteousness with unrighteousness? and what communion hath light with darkness?

2 Corinthians 6:15 And what concord hath Christ with Belial? or what part hath he that believeth with an infidel?

Jesuits, Gnostics & The Papyri

Joining Kurt Aland and Bruce Metzger in their work was a Roman Catholic Jesuit priest named Carlo Maria Martini. Carlo Maria Martini was definitely a scholar and he was most definitely a Jesuit from childhood, he was the perfect man for the pope to suggest to work with the Protestants in those joint Greek projects, the creation of a Greek text.

The Vatican website tells us that Martini was the only Catholic member of the ecumenical committee that prepared the new Greek edition of the New Testament. The UBS, United Bible societies first edition Greek text had come out about 1965-66 right there and when it came out immediately after that Carlo Maria Martini was called to join with them with the purpose of creating a Greek text that Catholics could also work with, number one, and they’d also feel comfortable resetting up a Latin Vulgate to match, so that if you look at their new or new or Nova Vulgata, New Latin Vulgate and the United Bible Societies third edition Greek text, they’re virtually the same.

Martini’s involvement was apparently intended to end the conflict between the Greek and Latin texts that can be dated back to the time of Erasmus who published his New Testament in both Greek and Latin as we learned at Erasmus house in Brussels: “Two different texts, one is the version of the Greek text and at the right the column with the Latin text, it was revolutionary for this time, because the men of this time could compare the original and the translation of Erasmus, and that modified the system of the religious thinking of this time.

The modified religious thinking that the Erasmus text inspired would become the great Reformation of the sixteenth century, which led to a divide between Catholics and Protestants that spanned some three hundred years, during which conflicts were often resolved through war and Inquisition. But by the 19th century things began to change as Protestant scholars adopted the Vatican’s Greek Bible the Codex Vaticanus.

It might be said that the modern ecumenical movement began with the influence of professing evangelicals scholars such as Constantine von Tischendorf. There’s no question about his connections with the Catholic Church and it’s interesting as you go on and you focus on what’s happened in the last century, it is amazing the ties between Roman Catholicism and the ties between particularly the Jesuits and the evangelicals (those called evangelical) who change and impact evangelical world.

Many researchers believe that the Ecumenical movement to join Evangelicals with Rome is a modern manifestation of the Jesuits Counter Reformation. I think the modern ecumenical movement is a child of Rome and I believe that the idea is to bring back nigh peaceably rather than by force, massacre and war, to bring Protestantism back peaceably to the foot of the papacy, so think on the modern ecumenical movement, majors on education, propaganda and those kinds of things, church unions, unity conferences and many books, pamphlets and magazines and conferences all meeting, to promote ecumenical unity. I think that’s where the counter-Reformation works today.

In the 20th century the Jesuit Carlo Martini would become one of the most influential figures in biblical scholarship and in the cause of Ecumenism because of his work on the Greek New Testament. Over 1966 until 2002 Martini was a member of the United Bible Society, one of the five people in the world to determine the Greek text, what a powerful position, as a result of that he was elevated to cardinal, he was given special honors.

Like Westcott, Hort, Aland and Metzger, Martini was known for his liberal theology, he was even referred to as the pope of liberal Catholics, and until he died even though he was way off liberal for Catholic theology he was very useful for pulling people together in this one area, this ecumenical Bible.

But Martini was just one of a number of influential Jesuits in the history of the critical text, the first was Cardinal Angelo Mai in the nineteenth century who worked on the Codex Vaticanus. It was Cardinal Mai who met with Constantine von Tischendorf at the Vatican right before Tischendorf left for st. Catherine’s Monastery to discover the codex Sinaiticus.

But in the 20th century another Jesuit priest would play a key role in the next phase of critical text history. In the 1950s a prominent Swiss collector named Martin Bodmer purchased a series of Egyptian manuscripts that would become known as the Bodmer Papyri, this was but one of a series of discoveries that involved recovering ancient biblical texts from the sands of Egypt.

Because the papyri match some of the readings of Vaticanus and Sinaiticus some believe that they confirm the theory of Westcott and Hort and hence refute the objections of men like Dean Burgon.

Textual Critic Dr. James White: “My concern is any use of Burgon as having relevance today outside of a historical application to analyzing the balance of Westcott and Hort. What I mean by that is this: Burgon existed and wrote before the papyri, if you consistently apply the things that Burgon himself wrote, had he had the papyri he would have been forced to make different conclusions..”

But is this the case? Would Dean Burgon have abandoned or changed his theory if he had lived to see the papyri?

As shown before Dean Burgon’s theory was that the strange readings found in Vaticanus and Sinaiticus were likely the result of Gnostic corruptions from the early centuries. But is there evidence that the papyri are of Gnostic origin and could this be the reason why they confirm certain readings in the critical texts?

Textual Critic Dr. James White: “Sinaiticus and Vaticanus demonstrate the primitive existence of a text that goes before them to the papyri.”

Now where do the papyri come from?

Textual Critic Dr. James White: “Many places, many places, papyri tend to be small fragments, for example p52 the earliest papyri fragment we have right now, we have no idea what its provenance is as far as to where specifically it came from, it was discovered amongst a bunch of papyri that were brought to England from Egypt so almost anywhere in Egypt, we simply don’t know, so the Bodmer Papyri, the Chester Beatty Papyri, many within that collection have different origins and sources because so many of them are fragmentary.”

The Egyptian papyri that pertained to the New Testament generally fall into three categories, the first was unearthed by two explorers named Bernard P. Grenfell and Arthur S. Hunt. Grenfell and Hunt discovered a whole collection of papyri that were buried in an ancient rubbish dump near Oxyrhynchus in Egypt, the collection is called the Oxyrhynchus Papyri some of which supports the critical texts.

For example among the many fragments was found Uncial 0162, which is said to be very close to the readings of codex Vaticanus, yet this is only one example among the various collections of papyri.

Textual Critic Dr. James White: “The readings that they share in common are not radically changed readings from even the Byzantine texts or anything like that but the readings that they share in common demonstrate that there is a direct connection between the exemplars that was used for Sinaiticus and for Vaticanus and the period of the papyri themselves, that is the key historical issue, that’s where the connection is.”

Yet among the Oxyrhynchus remains were also found fragments of other Gospels including the ‘Gospel of Thomas’ the ‘Gospel of Mary’ and the ‘Gospel of Peter’, all three of Gnostic origin.

There’s tons of Gnostic manuscripts where they just rewrite the Bible and change it to what they want to say so the Devil was busy very early corrupting the words of God.

The next collection of papyrus are known as the Chester Beatty Papyri, named after their wealthy benefactor sir Alfred Chester Beatty, in 1931 it was published but certain manuscripts were discovered stowed away in jars and dug up from a Coptic graveyard in Egypt. The specific details of their origin remained a mystery because they were obtained through the black market, later in the 1950s, Chester Beatty would acquire additional papyri that are said to be directly related to those of Martin Bodmer, the reason is because they were taken from the same source.

Both men work for the same antiquities dealer in Egypt, a man named Phocion J. Tano who would become the permanent agent of Bodmer and Chester Beatty. But Tano did not work alone, author James M. Robinson in his groundbreaking book on the story of the Bodmer Papyri, explains how Tano worked alongside a Jesuit priest named father Louis Doutraleau.

We read that “father Louis Doutraleau, S.J. for the (Society of Jesus) worked in Cairo in the 1950s, during which time he served as a link between Tano and the bibliothec Bodmar.”

According to Robinson’s account, Tano acquired the manuscripts and Papyri while the role of Doutraleau was in ‘giving an assessment of what Tano had to offer Bodmer for sale.’

In his writings Doutraleau revealed that the papyri had come from the Nag Hammadi region in Egypt. In the same region another collection of manuscripts had been discovered a decade earlier. In 1945 was uncovered ‘The Nag Hammadi Library’ which was a collection of Gnostic writings containing over 50 Gnostic gospels and texts including the gospel of Thomas and incredibly another work titled ‘The Gospel of Truth’.

The so-called ‘Gospel of truth’ was specifically mentioned by Irenaeus in the second century who claimed it had been created by the followers of a Gnostic teacher named Valentinus along with other false Gospels, Irenaeus wrote: “They entitled their recent composition ‘the Gospel of Truth’ though it agrees in nothing with the Gospels of the apostles, and so no Gospel of theirs is free from blasphemy.”

Yet according to Doutraleau it was not far from this Gnostic library that the Bodmer Papyri were discovered in 1952, he wrote that: “Tano spoke of two discoveries at Nag Hammadi, one in a buried jar, this is the Gnostic manuscripts, the other in a grotto quite close to their what has become the bulk of the Bodmer collection.”

Doutraleau himself referred to the two discoveries as Nag Hammadi 1, (The Gnostic manuscripts) and Nag Hammadi 2 (The Bodmer Papyri).

Nearly all the biblical Papyri come from Egypt and are generally said to be of the Alexandrian text type which matches the classification given to both codex Vaticanus and the codex Sinaiticus. The name Alexandria is a reference to the ancient port city of Alexandria, Egypt. Founded by Alexander the Great in the 4th century B.C.

It became one of the most important cities in the ancient world and in the early centuries was the epicenter of Gnostic teaching.

According to a Coptic Orthodox website: “The most important center of Gnosticism was Alexandria, it was in Alexandria that the greatest doctors of Gnosticism, Basilides, Carpocrates, and Valentinus flourished, Athenasius frequently refers to them as well as to Marcion, warning of their danger to Christian doctrine.”

It’s always been stated that Vaticanus and Sinaiticus have their origin in Alexandria Egypt, Bruce metzger in one of his books outlines the terrific corruption that came out of Alexandria that came out of Egypt and in one of his books he really belabors the point, he mentions all of the heretical cults and sects that came out of that area.

The history of Gnosticism in Alexandria and its association with the Egyptian papyri is significant because key portions of these collections are said to support the readings of the critical texts.

Perhaps most significant is Bodmer papyrus 75 also known as P-75 which is said to be in great agreement with a codex Vaticanus.

Textual Critic Dr. James White: “Lots of studies have been done of the relationship of P-75 with codex Vaticanus and it’s been demonstrated that while they are genealogically related, Vaticanus is not a copy of P-75 and both of them are going back to an earlier copy before them that descended down to them.”

Yet dr. White’s description seems to confirm the view of men like Dean Burgon. Burgon argued that there were different Gnostic groups that each held to their own peculiar doctrines, and that they altered the books of the New Testament based upon their own individual ideas resulting in inconsistent patterns of corruption.

Burgon wrote that; “Besides Marcian’s lacerated text of Saint Luke’s Gospel, there was an Ebionite recension of saint Matthew. Also there was a Cerinthian exhibition of st. Mark and a Valentinian perversion of Saint John. These professors of Gnosticism held no consistent theory. The proneness of these early Heretics severally to adopt one of the four Gospels for their own, and explains why there is no consistency observable in the corruptions they introduced into the text.”

The Egyptian papyri are often said to be of mixed text types meaning that they do not follow any consistent pattern. In this regard they seem to match the character of codex Vaticanus and Sinaiticus that are said to disagree in some 3000 places in the New Testament alone.

If Dean Burgon had lived to see the papyri would he have changed his view as dr. White suggests, or would the papyri only provide confirmation that the peculiar readings of Vaticanus and Sinaiticus and the Critical Text are in fact the result of Gnostic heresies.

Yes Burgon was right, as soon as the living Word was taken to heaven, Satan turned all of his wrath upon the written word, there was a battle, there was a battle but there was a winner, and when you look at all of the evidence and see that from the very beginning there was an attack upon the doctrinal heart of Scripture, and in the papyri they just about succeeded in pulling it out.

The view of scholars who defend the traditional Greek text is that the battle from the early centuries over the New Testament was ultimately won by the saints who believed the true faith of Christ and who separated the pure words of God from the Gnostic influence.

This is what Dean Burgon meant when he referred to the ‘fabricated readings which the Church has long since rejected with abhorrence’.

Dr. Wilbur Pickering documents a study that involved comparing some of the key papyri with a leading critical tax codices and showed ‘a range of variation in excess of 30%. As a result the new Greek Testament is typically called an ‘Eclectic Text’.

Well the only reason why they have to say is because for so much disagreement, and frequently codex Vaticanus and codex Sinaiticus disagree with each other and then some of their favored papyri disagree, so because of this disagreement rather than go to the traditional text which has this harmony which is unified which has just enough slight difference to let you know that the thousands of manuscripts that support it are independent productions, not literal copies of each other, but rather than go to that now they’ve got 7% of the manuscripts radically disagreeing with each other but frequently United in their opposition to the received traditional text manuscripts.

The contrast is sometimes presented in the following way: There are more than 5,000 Greek manuscripts that support the readings of the received text. These are said to be in agreement more than 99% of the time, on the other side are some 45 critical texts manuscripts largely from Egypt that disagree approximately 30% of the time.

There is the pure line, and the corrupt line and the corrupt line is made up of all different kind of corruptions and the corruptions don’t agree with each other.

It might be argued that the inclusion of this corrupt line of manuscripts along with the Westcott and Hort theory is what leads people to believe that the Bible has been rewritten so many times that no one truly knows what it says.

The reason is because as new papyri are discovered modern textual critics have continually made changes based on whatever new theory emerges, resulting in some 28 editions of a Nestle Aland Greek text.

As dr. Pickering tells us: “Hence, no part of the Text is safe, a new papyrus may come to light tomorrow with new variants to challenge the unanimous witness of the rest.”

The theory of dr. Hort, preferring minority readings over those of the majority text has been a continual source of conflict and debate. 19th century Scottish Minister William Garden Blaikie defined his opposition to the Westcott and Hort theory, he said: “What we contend for is not the printed text of the 16th century but the text received by the whole of Christendom after the churches rested from persecution, when there was time to exchange thought and knowledge, and the men were not forced to conceal the sacred books. The text which has the widest, the most authoritative, and the most varied attestation is what we asked for. That this happens to be also the dominant texts of 4th century A.D. and that it is identical to a very considerable extent with the Textus Receptus, dr. Hort himself asserts.”

Blaikie went on to confront the illogical nature of Hort’s argument in that it rejected the great majority of all biblical manuscripts he commented that: “ ‘in the multitude of counsellors there is safety.’, according to Solomon. In the multitude of witnesses, there is falsehood according to dr. Hort.”

The One World Bible

The Jesuit Louis Doutraleau was not only involved in the discovery of the Bodmer Papyri but was an active member of a group in France known as ‘Sources Chretiennes’, or ‘Christian Sources’, the group was co-founded by two other Jesuits named Henri Lubac and Jean Daniélou. Both men would become renowned for their involvement in Vatican Council 2 in the 1960s.

Video clip of Vatican Council 2:

The historic ecumenical council Vatican 2 comes to a close amid colorful pomp and pageantry, considered one of the most important councils in Catholic Church history Vatican 2 saw 2400 bishops and other pelops revised many aspects of church activity.

Vatican 2 is also known as the ‘Ecumenical council’ and dramatically altered the view of the Catholic Church towards other beliefs including Protestantism.

Vatican 2 was the first time the Roman Catholic Church openly changed their strategy, they presented themselves as we’re all brothers in Christ, yeah we have some differences but we can iron them out, so they changed their entire strategy from persecutor to separated brother.

Vatican 2 specifically addressed the issue of Bible translations involving Catholics and Protestants something promoted by the Jesuit Order.

Well they obviously had a huge part in Vatican 2, it was a Jesuit who actually wrote the section that said, ‘we will work with the separated brethren on Bible translation’, that was actually written by Jesuit.

The work in question was called ‘Dei Verbum’ Latin for ‘the word of God’. This section of Vatican 2 came under the influence of a Jesuit Cardinal named Augustin Bea, Cardinal Bea then employed the writings of another Jesuit named Walter Abbott.

The Jesuit Walter Abbott was an editor for America magazine, a Jesuit magazine produced in the United States, in 1959 he wrote a simple little article called ‘The Bible as a bond’ something to bond Protestants and Catholics together. The idea was that we could all get along in joint Bible translation projects and in joint projects to create the Greek and Hebrew text.

A number of Protestants were also in attendance at Vatican Council 2, one of them was David du Plessis, the man known as mr. Pentecost. According to his own testimony du Plessis had been sent there by one of the most important figures in the modern history of the Bible, William Cameron Townsend the founder of Wycliffe Bible Translators, also known as ‘Uncle Cam’.

Townsend was dedicated to translating Bibles into the remote languages of people around the world by his own admission to accomplish his aim he employed ecumenical methods.

In his biography ‘Uncle Cam’ he has quoted saying: “Since we are non sectarian and non ecclesiastical, we get help from Catholics, Protestants, Jews, Muslims, Buddhists and even a atheists.”

Working on an old abandoned farm in Arkansas, Townsend also founded another group known as the ‘Summer Institute of Linguistics’ or ‘SIL’.

David W. Daniels:

“Anybody who wants to become a Bible translator with Wycliffe ( wycliffe.nl ook in Nederland) or with SIL or with any Bible translation agency has to go through SIL everybody in the world is pretty much funneled into the Summer Institute of Linguistics, that’s where you get the principles by which you’re supposed to learn Bible translation, go into a culture, listen to it, hear the way the language is presented, create a writing system, a sound system first, then learn the rules of the language, create a writing system because they’re preliterate, teach it back to them then in that process create a Bible for them and then teach it back to them and teach them to read their own language. So SIL is this means to do this.

Author David W. Daniels is a graduate of Fuller Theological Seminary, years ago he along with wife Debbie sought out training through SIL.

David W. Daniels: I went there for three summers, everybody goes there for three summers. In our first summer at SIL both Debbie and I split off into different directions on weekends, one Saturday I went up into the mountains with one of our professors, he’d been a missionary Bible translator for many years, when we got up on the mountain I listened to what he said and as I was listening a thought came to mind to ask him and I said, basically I said:

Do you believe the story about Noah, the Great Flood, and all that? And he looked and he said; ‘No David but look, when you go to raise your missionary support they have all these statements of faith for you to sign, it doesn’t matter what you believe, just sign them, when you get on the mission field you can do whatever you want.’

I just spent that morning looking at the beautiful creation and thinking, wow I want to honor God and thank him always like it says in Romans chapter one and I was so excited about the day, I really wanted to hear something different from him than that, what it taught me was a number of really important things.

Number 1.: This guy had no problem lying to churches, raising missionary support 2. He didn’t believe the Bible he was translating. 3. He raised a family on the mission field. 4. Does this mean that he intended me, not to believe the Bible, to sign a statement of faith saying I did, to go on the field, to learn a language, to create a writing system form, translate a Bible I didn’t believe for them and to do this on a clean conscience? How did this guy become an SIL translator? What is going on that a non-believer is a translator? And it started to make me wonder, who else is not a believer who’s who is an SIL translator? What am I going to find on the mission field and what do they expect me to do?”

One of the most important members of SIL who worked with Cameron Townsend was Eugene Albert Nida who would dramatically alter the methods of Bible translation and greatly further ecumenical relations with Rome.

This goes back again, Eugene Nida meeting as early as 1954 with representatives of the Catholic Church, talking about building bridges so that you can do translation work together, several official meetings along the way, the pope and the Vatican and the Cardinals endorsing the idea in Vatican 2, saying it’s alright to work with the separated brethren ‘we weren’t even called heretics in that point’, we’re just separated brethren, you can work with the separated brethren to produce Bible translations, and again, the champion of this, they were so excited with his approach to this they asked Eugene Nida to come to the Jesuit school in Rome and teach Bible translation.

Eugene Nida was the most significant man for Bible translation in the twentieth century. He was that guy that created the so-called science of Bible translating in which they thought that they were bypassing all the groups, the translators themselves were told, well this isn’t denominational it’s not even Catholic, anybody can use this Bible because it’s just the word of God translated scientifically.

Nida worked for years with SIL and Wycliffe Bible , but in 1953 there was a parting of the ways during a time of conflict within the organization over the subject of the inerrancy of scripture, some believe it was this issue that brought about Nida’s resignation.

Dr. David Brown:

“I believe one of the reasons that he left Wyicliffe and Summer Institute of linguistics though he’s still continued on working with them but he left his position was that he couldn’t sign the doctrinal statement, this is my personal believe, that he couldn’t sign the doctrinal statement, he got uncomfortable because when he first started the people who are in the leadership didn’t have to sign the doctrinal statement that said you believe that the scripture was the word of God in the original writings.”

But in 1953 the same year Nida resigned all members were required to sign the statement, the issue created what can only be called a complex controversy at Wycliffe and SIL. In 1955, Cameron “Townsend complained that he wished the ‘theory of inspiration’ had never arisen in the first place.”

Despite these conflicts the work of Eugene Nida was just beginning. what happened was as he left there and with the recommendation of some people from Wycliffe he goes to the American Bible Society and starts being their chief of translators, so they send him to places, and what does he do?He tell the translators, you got to quit translating literally.

Based on his theories about language Nida engineered a new system for developing modern Bibles. Eugene Nida was the champion of what became known as ‘dynamic equivalency’, and this is a method of translation, a new method of translation that’s based on a new doctrine. Prior to Nida people at least gave lip service to the idea that God had inspired the words and so when you’re translating from one language to another your job is to take the words that God gave in Greek and Hebrew and turn them into that language, the equivalent of those words in the next language, but Nida was a big backer of the idea of ‘concept inspiration’, that God didn’t inspire words, he inspired ideas. So Nida taught that instead of translating the words we need to figure the ideas behind the words, translate those ideas into the words in that language.

Nida argued that those whose tendency was to translate the Bible word for word were guilty of ‘worshipping words more than worshiping God’. He said: “I decided that we’ve got to approach the scripture as though it is the message and try to give its meaning not just to repeat the words.”

So they say: ‘We’re just taking the meaning’, well you’re taking your interpretation of the meaning. Real Bible translation translates the words God gave and then you and I have to figure out how to interpret them and we may have differences as we come to that, but the words are the authority. Now the idea’s, well who decides what the ideas behind those words were?

Nida had gotten influenced by a doctrine called ‘Neo Orthodoxy’ a funny-sounding word but what it really means is that the scriptures are not inspired, the scriptures inspire the reader, as he said it one way of summarizing it is: ‘the Scriptures are inspired because they inspire me’ so what he believed some time in his college years, I mean I don’t know exactly where it happened but he started to believe that if you could invoke the same feeling in a reader of a different culture of what he alleges that the original Bible reader felt that that’s inspiration.

Nida his teachings also had a profound impact on another man named Kenneth L. Pike who would become the president of SIL and a leading international figure in linguistics.

Kenneth Pike was a strong Bible believer at one point way, way back in 1936-37 he himself believed that Nida had gone the wrong direction, Ken Pike wrote to his superiors these words: ‘the territory of the Devil staked a claim and has left a boy in bondage’ but after that Nida pulled Ken Pike into this whole concept of linguistics and science and all that and by the time he got his doctorate, he became a thoroughgoing believer in bible-doubting to the point that as he saw the development of Eugene Nida over the years, he wrote: “Nida has made the one greatest contribution to Bible translation of recent times”, and then he said: “He has taken over literal word-for-word translation and smashed it.”

After his death in 2011, Christianity Today declared that: “Eugene Nida’s influence can be found in most Christian homes, more specifically in their Bibles, his dynamic equivalence approach is used by many modern versions.”

In addition to convincing translators to abandon word-for-word translation Nida along with Cameron Townsend also played an important role in advancing ecumenical relations with Rome in accordance with the ideas of Vatican 2. 

Video of Vatican Council 2:

“Along with Catholic prelates there are a hundred observers from other faiths”

It was Nida who helped to organize the committee of scholars that put together the ‘United Bible Societies Greek New Testament’ in a rare photo Nida is pictured here beside the Jesuit Carlo Martini. It was Martini who invited Nida to teach his methods at a Jesuit university in Rome.

Eugene Nida was invited, starting in 1971, every year to come for a number of weeks to teach a whole class in translation to Jesuits. He is invited to be the adjunct professor at the Jesuit Pontifical Bible Institute in Rome, the same man training the Protestant translators goes to the Pontifical Institute of the Jesuits and trains the students there in translation.

One day Nida himself relates in his autobiography, he was approached by a Jesuit at the Pontifical biblical Institute and said: “You are doing the most important thing to happen since the Reformation” That should have raised a red flag… if a Jesuit comes to you and says, you’ve done the most important thing since the Reformation the thing you should really ask yourself is: “What have I done wrong!”.

The Nida Institute for biblical scholarship continues today through the American Bible Society, a representative from Nida’s Institute also teaches every year at the Jesuit University in Rome but those concerned about the ecumenical methods of Bible translating question the results since the process involves making sure others are not offended by the translation.

Now what do you have to do to a Bible to get everybody to approve of it? An example of ecumenical compromise is the Revised Standard Version of 1952, the Old Testament committee included an unbelieving Jewish scholar Harry M. Orlinsky whose involvement caused an uproar over the Book of Isaiah.

So when you come to Isaiah 7:14 when it talks about a virgin shall be with child, and Matthew the apostle under inspiration of the Holy Ghost translates it straightforward as virgin, well this Jewish translator doesn’t want it to say ‘virgin’ so it just says ‘young woman’ that was the beginning. What was amazing as Ken Pike who is the head of SIL at the time said: “this is wonderful, that he had seen, these liberal translators did a much better job of translating than conservative translators he’d known.”

The ecumenical movement that began with Vatican Council 2 has spread throughout the world and is often driven by unification efforts surrounding the Bible, even the museum dedicated to the memory of William Tyndale in Brussels now offers an ecumenical Bible.

Yes this is a the ‘Nieuwe Bijbelvertaling’ NBV that is used also by the Catholics, they worked together and is produced by the ‘Nederlands bijbelgenootschap’ in Holland. The United Bible Society? Yes, The United for Bible Society. And did the Catholics and the Protestants work together on this? Yes, yes certainly.

Now the Vatican has been because of Eugene Nida in an official agreement with the United Bible Societies since 1967, is that true? Yes, and it started before then, unofficially, but there was an official agreement from that point on, and by 1979 the official Greek text of the Roman Catholic Church was the United Bible societies text, which meant that you had a one-world Greek text, except for a handful of us you know that aren’t signed into the program, but they would present it as the one-world Greek text that everybody agrees upon, so Roman Catholics, the United Bible Society, the American Bible Society, almost every National Bible Society around the world agrees on the same Greek text, the same Hebrew text for translation, so from 1979 on we’ve had a a one world Bible officially approved by the Roman Catholic Church and the a pope in Greek and Hebrew. And so the new translations that stem from that are going to have great consistency regardless of what language they’re in, so I know folks are talking about: ‘boy we’re heading towards a one world bible’ we’re not heading towards one, we’ve had one since 1979.

Some believe the concept of a one-world Bible is part of the Jesuits plan to eventually unite mankind under a single world religion.

See the Jesuits kept on doing one more thing to get the Catholic side open to the Protestants and they always put the most intellectual, the most affable people in those positions, their winsome, you want to be around them, you wouldn’t mind sharing a dinner and hanging with them, that’s the kind of person that the Jesuit is.

The Jesuits were the cement and the grease and whatever else it took including the dirty tricks to make one world Bible for one world religion.

Frank Logsdon

Perhaps the most dramatic episode of the new Bible movement has been the testimony of dr. Frank Logsdon a former pastor of the Moody church in Chicago in the 1950s. Logsdon influenced the development of the New American Standard Bible, he had advised his friend Dewey Lockman in pursuing the translation but came to regret it later on.

His testimony was recorded prior to his death in 1987, Logsdon said: “He started on a feasibility report and I encouraged him to go ahead with it. I’m afraid I’m in trouble with the Lord. I encouraged him to go ahead with it. We laid the groundwork, I wrote the format, I helped to interview some of the translators, I sat with the translators, I wrote the preface, when you see the New American Standard, they’re my words. Well, when I got my copy, I never really looked at it, I just took it for granted it was done as we started it, you know, until some of my friends across the country began to learn that I had some part in it and they started saying, What about this? What about this? What about this? you had part in it, what what about this, what about this? I got to the place, I said to Anne, I’m in trouble, I can’t refute these arguments, it’s wrong, it’s terribly wrong, it is frightfully wrong. And what am I gonna do about it? Well, I went through heart search, some real soul searching for about four months, I don’t know, I think about four months, and I sat down and wrote the most difficult letter of my life I think. And I wrote to my friend Dewey, and I said Dewey: I can no longer ignore these criticisms I’m hearing. And I can’t refute them. The only thing I can do, and dear brother, I haven’t a thing against you, and I can witness at the Judgement Seat of Christ and before men wherever I go, that you were a hundred present sincere, he’s not schooled in language or anything, he’s just a business man. He did the promoting, he had the money – he did the promoting. So I said he did it conscientiously – he wanted it absolutely right – he thought it was right. Bet nevertheless, I said I must under God, renounce every attachment to the New American Standard.”

Logsdon believed that the translation itself had been done earnestly but that the real problem was with the underlying Greek text that could be traced to Westcott and Hort.

Logsdon: “Well, up till that time, I thought the Westcott and Hort was the text, you were, you were intelligent if you believed in the Westcott and Hort. Some of the finest people in the world believe in it, in that Greek text. They’re the finest leaders we have today, you’d be surprised, if i told you, you wouldn’t believe it. They haven’t gone into it, just as i hadn’t gone into it, just taking for granted.”

Yet Logsdon learned of the secrecy practice by Westcott and Hort and their duplicity in replacing the received text with a text of their own.

Logsdon: “And, they pledged, had those men pledge themselves to secrecy that they wouldn’t tell anybody about the text they were using until after the book was out. Afraid, I guess, that the would be curbed, that the king of England, or somebody would prevent them. Twice British royalty refused to have anything to do with the 1881 revision. But of any rate, it was deception you see to begin with. Their own text hadn’t even been published yet. Hadn’t stood the scrutiny of the public. So the 1881 was built upon.”

Logsdon went on to express his confidence in the scholarship and faith of the translators behind the Authorized Version (KJV). Logsdon: “There are places where I believe the Spirit of God led the translators of the Authorized Version – you read their biographies! They were mighty men of God – spend as much as five hours a day in prayer. And some of them new twenty-some languages. And it before modernism filled the air, and it was before people their attention was diverted by so many other things, television, and so on. They were men of God.”

Perhaps most disturbing Logsden believe that the members of the Jesuit Order had been working to undermine the received text from the beginning, he even went so far as to state that this was one of the primary reasons the company had been founded by Ignatius Loyola.

Logsdon: “Do you know why, one of the main reasons why the Jesuits came into being under Ignatius Loyola? Their main project was to supplant the Erasmus text, get it out of the way somehow – just undermine it. They said, in order to supplant the Erasmus text we’ll put our men in Protestant seminaries, Protestant Bible schools, we’ll get them in teaching positions in seminaries, we’ll get them in pulpits of churches and I’m sure there’s some in pulpits of churches. To do what? The whole aim around the world is to destroy the Erasmus text, and this of course came the Authorized Version (KJV), came from the Erasmus text.”

In centuries past the Saints battled against the treachery and bloodshed of Rome and her counter-Reformation, but at the heart of the conflict was an assault on the Bible as the inerrant word of God.

Some believe the attack was manifest in the work of Westcott and Hort, yet in modern times there are conservative teachers who defend the critical theory and still profess to believe in the inerrancy of Scripture.

Textual Critic Dr. James White: “The quote on quote modern critical theory which I hold to, I hold to as an inerrantist.”

Yet with all the contradictions in the critical text, is such a view consistent?, or does it lead to an indefensible conclusion.

Dr. Daniel B Wallace of Dallas Theological Seminary is sometimes called a modern-day Tischendorf and is considered one of the leading conservative defenders of the New Testament. Yet in an article titled ‘Fifteen Myths about Bible Translation’ dr. Wallace states that it is a myth that the Bible records the exact words of Jesus Christ. He says: “Scholars are not sure of the exact words of Jesus. Ancient historians were concerned to get the gist of what someone said but not necessarily the exact wording. In truth, though red-letter editions of the Bible may give comfort to believers that they have the very words of Jesus in every instance this is a false comfort.”

If dr. Wallace is correct and the New Testament does not contain the exact words of Jesus then how can Christians defend the specific teachings of Christ? Jesus said:

John 12:47 And if any man hear my words, and believe not, I judge him not: for I came not to judge the world, but to save the world.

John 12:48 He that rejecteth me, and receiveth not my words, hath one that judgeth him: the word that I have spoken, the same shall judge him in the last day.

But how can a man be held accountable for the words of Jesus Christ if he has no way of being sure exactly what they are?

Yet in the New Testament the promise to preserve the words of Christ was given to the Apostles, Jesus said:

John 14:26 But the Comforter, which is the Holy Ghost, whom the Father will send in my name, he shall teach you all things, and bring all things to your remembrance, whatsoever I have said unto you.

Commenting on the scripture, Dean John Burgon said “Before our Lord ascended up to heaven he told his disciples that he would send them the Holy Ghost who should supply his place and abide with his church forever, he added a promise that it should be the office of that inspiring Spirit, not only to bring to their remembrance all things whatsoever he had told them, but also to guide his church into all the truth. I am utterly unable to believe in short that God’s promise has so entirely failed that at the end of 1800 years much of the text of the gospel had in point of fact to be picked by a German critic out of a wastepaper basket in the convent of st. Catherine, and that the entire text had to be remodeled after the patterns set by a couple of copies which had remained in neglect during fifteen centuries.”

Like Dean Burgon many modern defenders of the traditional text agree that the promise of God has not failed, but the question remains? Was the critical text developed as a more pure version of the scripture, or for the purpose of systematically destroying faith in the Bible so that mankind might one day be united in a one-world religion and governed by that person known in the scripture as the man of sin.

To be continued in …

Part four:

“Antichrist: The Lost Doctrine”

Zorg er alsjeblieft voor dat je onze Reddingsboodschap bekijkt.

Wat moet je doen om gered te worden? Ontdek het in deze video!

Alle schrift quotes zijn afkomstig uit God’s Heilige woord, de King James Bijbel.

PDF van de King James Bible 1611

(klik hier voor download PDF)

King James Verion 1611

 

2 Timothy 2:15 Study to shew thyself approved unto God, a workman that needeth not to be ashamed, rightly dividing the word of truth.

Geloof jij dat God zijn belofte heeft gehouden om zijn woord in zuivere vorm te bewaren?

Waarom vraag jij God niet of hij jou wil laten zien welke Bijbel zijn ware woord is.

God is getrouw

Isaiah 40:8 The grass withereth, the flower fadeth: but the word of our God shall stand for ever.

Romans 12:1 I beseech you therefore, brethren, by the mercies of God, that ye present your bodies a living sacrifice, holy, acceptable unto God, which is your reasonable service. 

Jezus Christus is de enige weg naar een eeuwig leven en hij is de enige die kan betalen voor jou zonden zodat jij dat niet voor eeuwig zelf hoeft te doen in de hel. (Lees aub Romans / Romeinen 10 : 9 tot en met 10 & vers 13 in de KJV 1611 bijbel.)